Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Hinweis: Ihre bisherige Sitzung ist abgelaufen. Sie arbeiten in einer neuen Sitzung weiter.
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 1.1899-1900

DOI Heft:
Nr. 4
DOI Artikel:
Dussen, Nicolas van der: St. Barbara kapel te's Hertogenbosch
DOI Artikel:
Stuers, Victor E. L. Ridder de: Kapiteelen uit de Groote of St. Laurentiuskerk te Rotterdam
DOI Artikel:
Haverkorn van Rijsewijk, Pieter: Twee herinneringen aan de Maria-Kerk te Utrecht
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.17407#0148

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
i37

Het was niet de moeite waard; de plattegrond ia opgemeten op last
van Jhr. Mr. V. E. L. de Stuers.

Indertijd wilde men hier ook de fraaie St. Antonius kapel afbre-
ken. Alleen de voorgevel was er meer van over. Door tusschenkomst
van het Prov. genootschap is zij gespaard gebleven, doch zij wacht nog
op restauratie.

Kapiteelen uit de Groote of St. Laurentiuskerk te Rotterdam.

In zijne beschrijving dezer kapiteelen (blz. 81 vlg.) voert de Heer
P. Haverkorn van Rijsewijk twee malen monniken op: bij No. 8 en bij
No. io. Ik geloof ten onrechte. De kap maakt niet altijd den monnik;
in de middeneeuwen, toen men geen regenschermen had, droegen ook
leeken kappen. Een kaal hoofd is op zich zelf geen kenteeken; ook
leeken verloren in de middeneeuwen hun haren of lieten zich kaal
schecren. Als men een monnik wilde afbeelden, zorgde men altijd dat
men duidelijk den harenkrans (corona) liet zien, die op een monniks-
hoofd gespaard werd. De kaalkop van kapiteel No. 8 vertoont dien
krans niet; 't is geen monnik, en de sculptuur is geen satyre op het
gastreeren der monniken; het is eenvoudig een illustratie van een «lik
in de pot, die een lik uit de pot krijgt.«

Kapiteel No, io stelt evenmin een monnik voor; het mannetje
draagt een muts, een leekenmuts. De voorstelling is niet «de monnik
(schreeuwende voor een hok) en de muis;<, maar de illustratie van een
oud-Hollandsch spreekwoord, waarvan verschillende lezingen bestaan, n.1.:

«Het is gapen tegen den oven«. (== 't is een onbegonnen werk).

«Hij moet wijd gapen, die den oven overgapen wik.

«Het is te vergeefs tegen den oven te gapen«.

«Zijn mond die moet wel zijn gekloven

«Die overgapen zal een oven«.

Men treft een soortgelijke voorstelling aan op het bekende
spreekwoorden-schilderij van Brueghcl in het Museum te Haarlem.

Victor de Stuers.

Twee herinneringen aan de Maria-Kerk te Utrecht.

De Maria-Kerk te Utrecht werd tusschen 1813 en 1816 gesloopt.
Een interessant gebouw; naar 't zeggen, eene navolging van een kerk te
Milaan; in elk geval, in Italiaanschen stijl, geheel afwijkend van de Romaan-
sche en Gothieke kerken, welke allerwege werden opgericht. Pieter Jansz.
 
Annotationen