Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 6.1905

DOI Heft:
Nr. 4-5
DOI Artikel:
Herv Kerk te Aarlanderveen - Het zoogenamde Kalpelhuis te Amersfoort - Opgravingen te Broeksittard - Ned. Hrv. Kerk te Doetinchem
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.17412#0146

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
132

communi, waarin wordt oresproken van den tijd »doe heer Vranck s. g.
(saliger gedachtenisse) pastoer was 'tarleveen."

Onder een zware zerk in liet voormalige koor werd een onderaardsche
gang ontdekt; het bestaan hiervan was tot dusverre onbekend. Dergelijke
gangen heeft men in de naburige gemeenten Alfen en Koudekerk mede
aangetroffen. De goè-gemeente ziet hierin altijd een bewijs voor het voor-
malig bestaan van een klooster. Waarschijnlijker lijkt het mij een gang, die
naar het pastoorshuis voerde, om op die wijze den geestelijke de gelegenheid
te verschaffen de gemeenschap met zijn kerk te onderhouden, zonder zich
aan de guurheid van ons klimaat bloot te stellen, of ook om zijn kostbare
gewaden voor vocht te behoeden.

Wie weet dit beter ?

Of de oude teekening (op blz. 19 bedoeld) de kerk van Aarlanderveen
voorstelt, zou ik, afgaande op de oude bestekken in het Gemeente-archief
berustend, in twijfel willen trekken.

Zij is enkele jaren geleden op, ik weet niet meer welke, boekver-
kooping aangekocht. Doch, "t zou niet voor 'teerst zijn, dat een niet te
determineeren teekening, om geldswaardig te worden, van e^n of ander
uit de lucht gegrepen opschrift werd voorzien.

Voor mededeeling van geschiedkundige bizonderheden, kerk en gemeente
betreffende, en voor aanwijzing van oude gravures of teekeningen daarvan,
houdt zich beleefd aanbevolen:

Oudshoorn. W. M. C. Regt.

Het zoogenaamde Kapelhuis te Amersfoort.

Voor eenigen tijd werd vernomen dat het fraaie huisje op den hoek
van de Krankeledenstraat en het O. L. Vr. Kerkhof' in andere handen
was overgegaan en zou verbouwd worden. De nieuwe eigenaar wilde het
hooger optrekken om bergruimte te winnen, zoodat de gevel zou moeten
vallen.

De Rijkscommissie voor de beschrijving der monumenten van geschiedenis
en kunst, die dezen gevel beschouwde als een der meest opmerkelijke
voorbeelden van kunstvolle burgerlijke architectuur, welke Amersfoort nog
bezit, stelde zich in verbinding met den eigenaar, om te trachten een zoo
belangrijk monument voor ondergang te behoeden. Door een der architecten
van bet dep. van binnenlandsche zaken liet zij een herstellingsplan ontwerpen
en zij slaagde er in den eigenaar voorloopig te doen afzien van zijn voor-
nemen tot verbouwing.

Het behoud van den gevel was hiermee echter nog niet verzekerd,
want van den eigenaar, die reeds een offer zou brengen door af te zien
van de vergrooting van het perceel, kon niet worden gevergd dat hij de
restauratiekosten (voor den gevel alleen op ƒ800 begroot) voor zijn
 
Annotationen