Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Hinweis: Ihre bisherige Sitzung ist abgelaufen. Sie arbeiten in einer neuen Sitzung weiter.
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 8.1907

DOI Heft:
Nr. 5
DOI Artikel:
Officieele Berichten
DOI Artikel:
Nederlandsche Musea
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.17414#0166

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
1óo

belemmerende bepalingen wijzen wij u op de verplichting om bepaalde
collecties afzonderlijk te plaatsen, zooals bij de legaten Van der Hoop,
Dapper enz., die eene goede ordening van de geheele verzameling
belemmeren, op verbod van uitbreiding of ruiling, gelijk bij het Museum
Meermanuo-Westhreenianum, het binden aan een bepaald gebouw of
aan een hoog entree, gelijk bij de legaten Willett-Holthuyzen en Lopez-
Suasso, enz.

Waar belangrijke beschikkingen gewoonlijk niet worden gemaakt
zonder voorkennis van een notaris, meenen wij het bovenstaande aan uwe
aandacht te moeten onderwerpen en u uit te noodigen om dit schrijven
door plaatsing in uw blad onder de oogen van H.H. notarissen te brengen,
opdat zij in voorkomende gevallen hunnen invloed aanwenden om althans
voor het vervolg te voorkomen, dat goed bedoelde beschikkingen in het
algemeen belang worden geschaad door te beperkende, voor de toekomst
ongewenschte bepalingen.

Namens het Bestuur van den Nederlandschen
Oudheidkundigen Bond,

[get.) B. W. F. vax Riemsdijk, Voorzitter.
( » ) J. C. OvERVOORDE, Secretaris.

Het Bestuur ontving over dit onderwerp eene uitvoerige nota van
Dr. C. Hofstede de Groot, die op zijn verzoek echter eerst later zal
gepubliceerd worden.

Nederlanclsche Musea.

Musea.

In liet Münchener Jahrbuch der Bildenden Kunst (I Halbband 1907)
geelt de lieer A. Pit, directeur van het Xederlandsch Museum te Amsterdam,
naast een artikel over een der belangrijkste aanwinsten van dat museum,
een stucco van Jacopo della Quercia, een kort opstel, Museums-Erfahiungen
betiteld, waarin hij nogmaals zijne reeds in het Zeitschrift für Museums-
kimde geuite meeningen over de inrichting van musea formuleert.

ken correspondentie tusschen een zeer bekend, ervaren architect en
een museum-directeur had het den heer Pit gemakkelijk gemaakt het
»tragisch conflict" dat tusschen den bouwmeester en den directeur vaneen
museum denkbaar is, weer eens het grootere publiek duidelijk voor oogen
te stellen.

De directeur moest een kapitaal stuk ceramiek, een Robbia-relief, expo-
seeren. Daar op de eenig mogelijke plaats een kleurige ornament-streep
 
Annotationen