Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Hinweis: Ihre bisherige Sitzung ist abgelaufen. Sie arbeiten in einer neuen Sitzung weiter.
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 2.Ser. 1.1908

DOI Heft:
Nr. 3-4
DOI Artikel:
Kuile, Gijsbertus J. ter: Gevelsteen van de R. K. Kerk te Zenderen
DOI Artikel:
Muller, Samuel: De Burg van Leiden in Engeland
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.19797#0181

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
Hij nam in 1555 het Weleveld in bezit, doch moest in 1580 Twenthe ruimen, daar
hij gesignaleerd stond onder »’s Konincks vianden”. Tot 1596 hield hij zich op in Osnabrück
en op den Schelenburg. Teruggekeerd op het Weleveld bleef hij een krachtig voorstander
van de leer van Luther, onder wiens gehoor hij vermoedelijk met zijn broeder Caspar geweest
is, zoodat hij dezen zelf de beginselen heeft hooren verkondigen, waaraan hij op het
Weleveld vastgehouden heeft en volgens welke aldaar bij zijne nakomelingen steeds
Luthersche paedagogen als kapelaan dienst hebben gedaan.

Almelo, Mei 1908. Mr. G. J. TER KUILE.

DE BURG VAN LEIDEN IN ENGELAND.1)

Toen ik onlangs vertoefde te Arundel in Sussex en daar het oude kasteel bezocht,
trof het mij, daar zeer onverwachts een duplikaat aan te treffen van onzen Leidschen burg.
Het was de zoogenaamde »Norman 2) keep”, die eenigszins achterwaarts ligt op eene hoogte
bij het kasteel en blijkbaar het oudste, primitieve gedeelte daarvan is. Het gebouw gelijkt
volkomen op onzen burg en ligt evenals deze op eene sterk glooiende, blijkbaar kunstmatig
aangebrachte hoogte, doch zonder gracht; de cirkelvormige gekanteelde ringmuur met omgang,
ongeveer even groot als de Leidsche burg, is opgetrokken in natuurlijke steen; in den
voorbouw is eene groote put. Het geheel is onlangs gerestaureerd, en zijne authenticiteit als
dokument heeft dus geleden; maar ik ben in de gelegenheid, om hierbij eene afbeelding
van het bouwwerk vóór de restauratie mede te deelen, die achter den voorbouw den
gekanteelden muur duidelijk vertoont.

Op zichzelf schijnt mij deze parallel reeds van belang; maar er is iets, dat het belang
der ontdekking nog schijnt te verhoogen. In de eerste plaats heeft deze burg een (blijkbaar
ouden) voorbouw met kleine kamers en romaansche venstertjes (die op onze afbeelding
het duidelijkst wordt weergegeven). Men krijgt den indruk, dat, terwijl het ronde fort
bestemd schijnt, om te dienen als toevluchtsoord voor de bevolking van den omtrek of
voor de hoorigen van den heer, die heer zelf moet gevestigd geweest zijn in het kleine
gebouw, dat vóór de poort van den burg verrijst. Quaeritur: heeft een dergehjk gebouw
wellicht ook bestaan bij den Leidschen burg?

Maar nog eene andere bijzonderheid trok mijne aandacht. In den binnenmuur van

1) Tiet voorkomen van analoge bouwwerken, is bekend. Reeds wees o.a. D. E. C. Knuttel in

1890 op den bouw te Trematon in Cornwales (Bouwk. Tijdschr. X. IVde stuk). Ook de burg Haaren te
Voerendaal bij Maastricht moet veel overeenkomst vertoonen met dien te Leiden. Red.

2) Bij dit woord »Norman” moet niet gedacht worden aan de Noormannen, die bij den Leidschen
burg door de legende vermeld worden. Naar men weet, wordt met dit woord in Engeland aangeduid
de door de Normandische veroveraars in de 11de eeuw.ingevoerde bouwstijl, dus de Romaansche stijl.

166
 
Annotationen