DOI Heft:
Inhoudsopgave
DOI Artikel:De staatsbegrooting voor 1914
DOI Artikel:Pluym, Willem van der: De Geertekerk te Utrecht
DOI Seite / Zitierlink: https://doi.org/10.11588/diglit.19803#0066
om op de ontwerp-begrooting van 1915 en zoo zulks niet mogelijk mocht blijken, op
die van 1916 een bedrag van ƒ25.000 uit te trekken, ten einde voor Nederland het
bezit van een eigen paviljoen te verzekeren. De Minister heeft hiermede derhalve naar
hij meent, genoegzaam aangetoond, dat ook hij het groote belang voor onze schilders in
dezen inziet. Na de verschijning van het voorloopig verslag is hem medegedeeld, dat het
gemeentebestuur van Venetië nader eene gewijzigde regeling voorstelde, n.1. de overneming
van een bestaand paviljoen, hetgeen niet meer dan ƒ20.000 zou behoeven te kosten. Het
was nog niet mogelijk om zekerheid te verkrijgen, of bedoeld gebouw geschikt is en
door de Nederlandsche schilders wordt gewenscht en evenmin of het bedrag vanƒ20.000
volkomen voldoende zal zijn. Nadat uit het voorloopig verslag gebleken was, hoe ook
verschillende leden van de Tweede Kamer het bevorderen dezer aangelegenheid wenschen,
is alsnog een memoriepost uitgetrokken om in deze eene beslissing uit te lokken, met
de bedoeling dat deze post, zoo mogelijk in 1914, en anders in 1915 in eenen daad-
werkelijken begrootingspost zal worden omgezet.
H. T. v. B.
■ -■ ■ ■ ' ....— ■
DE GEERTEKERK TE UTRECHT.
De parochiekerk van St. Geertrude lag nog in het midden der 13de eeuw1 2) buiten
de ommuring der stad Utrecht, ter plaatse ongeveer, waar thans het stedelijk ziekenhuis
aan den Cathryne-singel ligt.
Reeds in 1259 bevindt zij zich binnen de muren der stad op hare tegenwoordige
plaats. Eene oorkonde3) uit de archieven der Duitsche orde vermeldt n.1.: «Hendrik3),
»bisschop van Utrecht draagt aan het Duitsche huis 4 5) bij Utrecht het oude kerkhof van
»St. Geertrude buiten de muren van Utrecht over, nadat de vroegere Kerspel-kerk aldaar
«afgebroken en naar eene meer geschikte plaats binnen de muren der stad op een nieuw
«kerkhof was overgebracht en gesticht geworden. Deventer 1259, December 21.”
Uit deze oorkonde blijkt nog niet dat de St. Geertrude-parochie óf een geheel
nieuw gebouw gekregen had, óf dat ze in een bestaand gebouw ondergebracht werd, dat
dan al of niet voor dit doel kort vóór 1259 werd verbouwd.
Vast staat echter, dat in de tegenwoordige kerk °) nog aanwezig is een klein gedeelte
1) Archieven der Duitsche orde uitgegeven door: De Geer van Oudegein I n. 208: »het kapittel
»van St. Marie te Utrecht verkoopt zekere hoeve lands aan het Duitsche huis bij de kerk van
»St. Geertrude, buiten de muren van Utrecht. 2 Aug. 1248.”
2) De Geer van Oudegein I n. 234 p. 297.
3) Hendrik van Vianden, bisschop van Utrecht, 1249—1267 is een bloedverwant van Koenraad
van Hochstaden, aartsbisschop van Keulen, welke in 1248 begonnen was aan de Romaansche kathedraal
een gothisch koor te bouwen.
4) In 1231 had zich ten zuiden van Utrecht, de Ridderlijke Duitsche orde gevestigd.
5) Teekeningen der Geertekerk schaal 1 a 100 door W. A. E. van der Pluijm. Sted. archief
Utrecht, Topogr. Atlas sup. n. 1212*.
53
die van 1916 een bedrag van ƒ25.000 uit te trekken, ten einde voor Nederland het
bezit van een eigen paviljoen te verzekeren. De Minister heeft hiermede derhalve naar
hij meent, genoegzaam aangetoond, dat ook hij het groote belang voor onze schilders in
dezen inziet. Na de verschijning van het voorloopig verslag is hem medegedeeld, dat het
gemeentebestuur van Venetië nader eene gewijzigde regeling voorstelde, n.1. de overneming
van een bestaand paviljoen, hetgeen niet meer dan ƒ20.000 zou behoeven te kosten. Het
was nog niet mogelijk om zekerheid te verkrijgen, of bedoeld gebouw geschikt is en
door de Nederlandsche schilders wordt gewenscht en evenmin of het bedrag vanƒ20.000
volkomen voldoende zal zijn. Nadat uit het voorloopig verslag gebleken was, hoe ook
verschillende leden van de Tweede Kamer het bevorderen dezer aangelegenheid wenschen,
is alsnog een memoriepost uitgetrokken om in deze eene beslissing uit te lokken, met
de bedoeling dat deze post, zoo mogelijk in 1914, en anders in 1915 in eenen daad-
werkelijken begrootingspost zal worden omgezet.
H. T. v. B.
■ -■ ■ ■ ' ....— ■
DE GEERTEKERK TE UTRECHT.
De parochiekerk van St. Geertrude lag nog in het midden der 13de eeuw1 2) buiten
de ommuring der stad Utrecht, ter plaatse ongeveer, waar thans het stedelijk ziekenhuis
aan den Cathryne-singel ligt.
Reeds in 1259 bevindt zij zich binnen de muren der stad op hare tegenwoordige
plaats. Eene oorkonde3) uit de archieven der Duitsche orde vermeldt n.1.: «Hendrik3),
»bisschop van Utrecht draagt aan het Duitsche huis 4 5) bij Utrecht het oude kerkhof van
»St. Geertrude buiten de muren van Utrecht over, nadat de vroegere Kerspel-kerk aldaar
«afgebroken en naar eene meer geschikte plaats binnen de muren der stad op een nieuw
«kerkhof was overgebracht en gesticht geworden. Deventer 1259, December 21.”
Uit deze oorkonde blijkt nog niet dat de St. Geertrude-parochie óf een geheel
nieuw gebouw gekregen had, óf dat ze in een bestaand gebouw ondergebracht werd, dat
dan al of niet voor dit doel kort vóór 1259 werd verbouwd.
Vast staat echter, dat in de tegenwoordige kerk °) nog aanwezig is een klein gedeelte
1) Archieven der Duitsche orde uitgegeven door: De Geer van Oudegein I n. 208: »het kapittel
»van St. Marie te Utrecht verkoopt zekere hoeve lands aan het Duitsche huis bij de kerk van
»St. Geertrude, buiten de muren van Utrecht. 2 Aug. 1248.”
2) De Geer van Oudegein I n. 234 p. 297.
3) Hendrik van Vianden, bisschop van Utrecht, 1249—1267 is een bloedverwant van Koenraad
van Hochstaden, aartsbisschop van Keulen, welke in 1248 begonnen was aan de Romaansche kathedraal
een gothisch koor te bouwen.
4) In 1231 had zich ten zuiden van Utrecht, de Ridderlijke Duitsche orde gevestigd.
5) Teekeningen der Geertekerk schaal 1 a 100 door W. A. E. van der Pluijm. Sted. archief
Utrecht, Topogr. Atlas sup. n. 1212*.
53