Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 2.Ser. 12.1919

DOI Heft:
[Nr. 4]
DOI Artikel:
Verslag van den Nederlandschen Klokken- en Orgelraad over het jaar 1918
DOI Artikel:
Keuller, L. A. J.: Koorsluitingen, [2]
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.19838#0163
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
Utrechtsche Archeologische Commissie. Deze commissie wendde zich tot onzen Raad
om advies.

Uit de briefwisseling bleek, dat voormelde gieter op zich genomen had, de
gebarsten klok te herstellen, evenwel zonder waarborgen, dat de klok niet op eene andere
plaats zou springen of andere gebreken zou vertoonen. De Raad heeft gewaarschuwd
tegen het onzekere van deze herstelling en vond geene vrijheid om gunstig prae-advies
uit te brengen.

De Voorzitter

(get.) Van der Hegge Zijnen.

De Secretaris
(get.) A. Brom Jr.

■ —...... -=-t--- IIB '■ ... .. . —=r ■

KOORSLUITINGEN.

II.

Van bevoegde zijde werd ons de opmerking gemaakt: dat hetgeen wij in ons voorgaand
artikel — blz. 239 regel 10 v.o. en volgende — zeiden, niet voldoende duidelijk is. Wij erkennen
de juistheid dezer opmerking. Wij bedoelden het volgende: Wanneer wij veronderstellen dat de
lengte van den steunbeer — d.i. zijn uitstek vóór den muur — zoo groot is dat hij juist sterk
genoeg is om de stabiliteit te verzekeren, dan zal die stabiliteit steeds verzekerd blijven, welken
hoek, hartlijn steunbeer en verlengde ribbe ook met elkander maken, mits de verlengde ribbe
slechts den zijkant van den steunbeer niet snijde, mits de verlengde ribbe derhalve aan den
achterkant uittreede. In werkelijkheid zal voor de zekerheid der constructie de lengte van den
steunbeer steeds grooter genomen worden dan bedoeld minimaal bedrag en zal de verlengde
ribbe derhalve ook den zijkant van den steunbeer mogen snijden zonder dat de stabiliteit
gevaar loopt, mits althans genoemde grens niet worde overschreden.

Wij willen thans een aantal koorsluitingen geven als voorbeelden van de methoden,
die gevolgd zijn om aan de verschillende eischen te voldoen, zooals die in het voorgaand
artikel zijn aangegeven. Bij voorkeur hebben wij daartoe Nederlandsche kerken gekozen.
Daarbij hebben wij o.a. de volgende werken geraadpleegd:

J. Kalf, De voormalige Baronie van Breda;

Dr. P. Cuypers en J. Kalf, De Katholieke kerken in Nederland;

E. Gugel, Geschiedenis van de Bouwstijlen;

H. Evers, De Architectuur in hare hoofdtijdperken;

A. W. Weissman, Geschiedenis der Beeldende kunst;

Dr. F. X. Smits, De Kathedraal van ’s Hertogenbosch.

Lübke, Geschichte der Architektur;

R. Dohme, Geschichte der deutschen Baukunst;

F. Bock, Rheinlands Baudenkmaler des Mittelalters;

S. Boisserée, Denkmaler der Baukunst am Nieder-Rhein;

153
 
Annotationen