Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Hinweis: Ihre bisherige Sitzung ist abgelaufen. Sie arbeiten in einer neuen Sitzung weiter.
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 2.Ser. 13.1920

DOI Heft:
[Nr. 6]
DOI Artikel:
Byvanck, Alexander W.: Noord-Nederlandsche miniaturen, 2, Handschriften uit Hoorn
DOI Artikel:
Byvanck, Alexander W.: Noord-Nederlandsche miniaturen, 3, Het horarium der Universiteitsbibliotheek te Leiden
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.19839#0244

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
Hoern op dat Noerf’; het derde1), met de Statuten van een vrouwenklooster naar den
regel van S. Augustinus, gewijd aan de Heilige Agnes, heeft behoord aan het Klooster
»te Betlehem buyten Hoern"; het is evenwel waarschijnlijk niet daar geschreven, maar
veeleer in het Oosten van Nederland volgens het karakter van de taal, en evenmin mag
men van de andere handschriften aannemen, dat zij ook te Hoorn zijn vervaardigd.

Ten slotte kan ik nog noemen een handschrift met den tekst der Evangeliën,
ingericht als leesboek gedurende het kerkjaar, in het Britsch Museum 2). Het is geschreven
in 1426 en bevat de mededeeling, in een hand der 16de eeuw: Dit boec hoert den Susteren
van Sinte Katherinen convente te Hoern".

Waarschijnlijk zou men met een verder voortgezet onderzoek deze lijst nog
gemakkelijk kunnen uitbreiden. Voor ons doel is dat geheel overbodig. Want het is reeds
duidelijk, dat wij op deze wijze geen voorstelling kunnen verkrijgen van een schrijfschool
te Hoorn en nog veel minder van een atelier, waar handschriften werden versierd. Wij
zullen ons met het verkregen resultaat, hoe gering ook, moeten tevreden stellen. Wellicht
gelukt het evenwel met de thans verkregen gegevens later ook eens miniaturen uit
Hoorn te ontdekken. A w BIJVANCK.

NOORD-NEDERLANDSCHE MINIATUREN.

III. HET HORARIUM DER UNIVERSITEITSBIBLIOTHEEK TE LEIDEN.

Het Horarium der Universiteitsbibliotheek te Leiden (B. P. L. 224), bekend als het
Gebedenboek-Chastelain, is onder de Noord-Nederlandsche handschriften met miniaturen
uit de eerste helft der 15de eeuw voorzeker een der allerbelangrijksten. Het is reeds
meerdere malen beschreven 3), maar het is toch wel de moeite waard er nog eens eenige
aandacht aan te besteden, want voor de studie der miniatuurschilderkunst is het van
buitengewone beteekenis als middelpunt van een groep van miniaturen. Wij willen thans
evenwel het handschrift niet als zoodanig beschouwen. Voorloopig zullen wij ons voor-
namelijk hebben te bepalen tot het boek zelf.

I.

Beschrijving. — Het handschrift bevat 278 bladen perkament van 177 X 122 milli-
meter, met een omlijnde ruimte voor den tekst van 108 X 66 millimeter en 20 regels op
iedere bladzijde. De lijnen, die den tekst omsluiten, zijn, evenals de tweede en voor-
laatste lijn, over de geheele lengte der bladzijde doorgetrokken. De katernen zijn van acht
bladen. Daar de schrijver evenwel het slot van elk der onderdeden, die te zamen het

1) Utrecht, Univ. Bibl., Hs. 1044.

2) Londen, Brit. Mus., Add. mss. 30036; R. Priebsch, Deutsche Handschr. in England II,
blz. 251, n. 289.

3) J. Geel, Catalogus librorum mss. Bibliothecae L. B. U852), blz. 91, n. 339; A. Pit, Les origines
de Part hollandais (1894), blz. 36; W. Vogelsang, Die Hollandischen Miniaturen (1899), blz. 73—80.

224
 
Annotationen