LETTERKUNDE,
3n im nacl|t to
SCHETSJES
door A. W. Sanders van Loo.
I
Een Genie.
E dokter doet zijn ronde, ’s morgens tegen
11 uur.
Met de handen op den militair-rechten
rug loopt hij, bijna geluidloos, langs de lange gangen,
klinkt de deuren onhoorbaar met zijn sleutel open,komt
ongezien de kamer in, staat onverwacht achter de
verpleegster, die juist de medecijnkopjes vult.
« Alles zooals gewoonlijk, zuster ? »
« Alles zooals gewoonlijk, dokter; mevrouw van
Wely is van nacht heel opgewekt geweest en heeft
uit het raam willen springen. »
« ’t Is toch goed afgeloopen ? »
« Ja, ik heb haar nog al gauw weer in bed
gekregen. »
3n im nacl|t to
SCHETSJES
door A. W. Sanders van Loo.
I
Een Genie.
E dokter doet zijn ronde, ’s morgens tegen
11 uur.
Met de handen op den militair-rechten
rug loopt hij, bijna geluidloos, langs de lange gangen,
klinkt de deuren onhoorbaar met zijn sleutel open,komt
ongezien de kamer in, staat onverwacht achter de
verpleegster, die juist de medecijnkopjes vult.
« Alles zooals gewoonlijk, zuster ? »
« Alles zooals gewoonlijk, dokter; mevrouw van
Wely is van nacht heel opgewekt geweest en heeft
uit het raam willen springen. »
« ’t Is toch goed afgeloopen ? »
« Ja, ik heb haar nog al gauw weer in bed
gekregen. »