DORDRECHT’S MONUMENTEN
85
vroeger stond en onder de Nederlandsche raadhuizen, sinds het in 1544 als zoodanig
werd ingericht, een eervolle plaats innam. Opvallend Z.-Nederlandsch van karakter her-
innerde het aan de
Vlaamsche kooplieden,
voor wie
bouwd.
het
was ge-
Naast het Raad-
huis was het meest tref-
fende publieke gebouw:
de Kloveniersdoelen, in
1530 42 gebouwd, een
gebouw beroemd gewor-
den door de Nationale
Synode, maar dat ook
zonder zijn historische
souvenirs wel verdiend
had voor slooping in
1857 te zijn behoed. Wij
kennen het uiterlijk uit
verschillende afbeeldin-
gen (zie o.a. de schil-
derij van J. C. Bendorp
in mus. Oud-Dordr.);
onlangs vonden wij een
nog onbekende in het
museum te Rijssel,
waarschijnlijk van de
hand van Barend v.
Kalraat. Het interieur
der groote zaal is zicht-
baar op Paulus Weyts’
Synode, op het Raadhuis.
Ontstaan in den over-
gangstijd van gothiek
naar renaissance, ver-
toonde de versiering der
gevels aan voor- en
achterzijde een geestige Beverenburg, 1556, en De Onbeschaamde, Wijnstraat 77, 79, en 81.
mengeling dier stijlen. Het vierde huis is thans gesloopt.
De prachtige schouw
met wildémannenfries wordt 'in mus. Oud-Dordrecht bewaard. Het voornaamste sieraad
der Schutterij, de zilveren keten, is daar eveneens aanwezig. Schutterstukken van Jac.
85
vroeger stond en onder de Nederlandsche raadhuizen, sinds het in 1544 als zoodanig
werd ingericht, een eervolle plaats innam. Opvallend Z.-Nederlandsch van karakter her-
innerde het aan de
Vlaamsche kooplieden,
voor wie
bouwd.
het
was ge-
Naast het Raad-
huis was het meest tref-
fende publieke gebouw:
de Kloveniersdoelen, in
1530 42 gebouwd, een
gebouw beroemd gewor-
den door de Nationale
Synode, maar dat ook
zonder zijn historische
souvenirs wel verdiend
had voor slooping in
1857 te zijn behoed. Wij
kennen het uiterlijk uit
verschillende afbeeldin-
gen (zie o.a. de schil-
derij van J. C. Bendorp
in mus. Oud-Dordr.);
onlangs vonden wij een
nog onbekende in het
museum te Rijssel,
waarschijnlijk van de
hand van Barend v.
Kalraat. Het interieur
der groote zaal is zicht-
baar op Paulus Weyts’
Synode, op het Raadhuis.
Ontstaan in den over-
gangstijd van gothiek
naar renaissance, ver-
toonde de versiering der
gevels aan voor- en
achterzijde een geestige Beverenburg, 1556, en De Onbeschaamde, Wijnstraat 77, 79, en 81.
mengeling dier stijlen. Het vierde huis is thans gesloopt.
De prachtige schouw
met wildémannenfries wordt 'in mus. Oud-Dordrecht bewaard. Het voornaamste sieraad
der Schutterij, de zilveren keten, is daar eveneens aanwezig. Schutterstukken van Jac.