Gz. Cuyp en van Paulus Lesire, een Avondmaal en een Kruisiging van Anth.
Montfoort gez. Blokland zijn verloren gegaan.
De oudere St. Joris-doelen was eenvoudiger behuisd; tot Gerechtsgebouw verbouwd
en met een nieuw-klassieken gevel voorzien, staat de doelen nog in de Steegoversloot;
ook deze schutterij bezat o.a.
een zilveren keten, die echter
niet is bewaard gebleven.
De derde, jongste schut-
terij, de Heelhaaks-doelen, oor-
spronkelijk gehuisvest in een
gebouw naast de St. Joris-doe-
len, waar nu het huis Doelen-
steyn staat, werd in 1575 over-
gebracht naar het Hof, in een
gedeelte van het oude Augus-
tijnerklooster; een geestig ge-
veltje en een 18de eeuwsche
gevelsteen wijzen de plaats aan.
Lange jaren (tot 1801, toen
alles werd verkocht) berustten
daar schilderijen bij de Her-
vorming uit de kerken en ka-
pellen gered, waarbij een Maria-
boodschap van M. v. Heems-
kerk, een Calvariënberg van
Jacob Bornwater (wellicht het
stuk, dat Thieme-Becker ver-,
meldt en dat omstreeks 1900
aan Oud-Dordrecht te koop
werd aangeboden).
Buiten de schutterijen,
bezaten de Dordsche gilden
geen aanzienlijke gebouwen.
Mus. Oud-Dordrecht bewaart
eenig zilver en andere voor-
werpen van hen afkomstig.
Het gebouwencomplex,
waar de Hollandsche munt geslagen werd, toonde vroeger aan de Voorstraat een fraaien
gevel; thans ^is deze onherkenbaar verminkt en wordt daardoor ook de indruk van het fraaie
Muntpoortje van 1555, vroeger aan Jan Terwen toegeschreven, verzwakt. Van de serie
muntersstukken, eertijds daar aanwezig, is dat van Jac. Gz. Cuyp bewaard gebleven (in
mus. Oud-Dordr.), twee van v. Hoogstraten zijn weer voor de stad vermeesterd (in
De Gulden Os. Groenmarkt no. 34.
Montfoort gez. Blokland zijn verloren gegaan.
De oudere St. Joris-doelen was eenvoudiger behuisd; tot Gerechtsgebouw verbouwd
en met een nieuw-klassieken gevel voorzien, staat de doelen nog in de Steegoversloot;
ook deze schutterij bezat o.a.
een zilveren keten, die echter
niet is bewaard gebleven.
De derde, jongste schut-
terij, de Heelhaaks-doelen, oor-
spronkelijk gehuisvest in een
gebouw naast de St. Joris-doe-
len, waar nu het huis Doelen-
steyn staat, werd in 1575 over-
gebracht naar het Hof, in een
gedeelte van het oude Augus-
tijnerklooster; een geestig ge-
veltje en een 18de eeuwsche
gevelsteen wijzen de plaats aan.
Lange jaren (tot 1801, toen
alles werd verkocht) berustten
daar schilderijen bij de Her-
vorming uit de kerken en ka-
pellen gered, waarbij een Maria-
boodschap van M. v. Heems-
kerk, een Calvariënberg van
Jacob Bornwater (wellicht het
stuk, dat Thieme-Becker ver-,
meldt en dat omstreeks 1900
aan Oud-Dordrecht te koop
werd aangeboden).
Buiten de schutterijen,
bezaten de Dordsche gilden
geen aanzienlijke gebouwen.
Mus. Oud-Dordrecht bewaart
eenig zilver en andere voor-
werpen van hen afkomstig.
Het gebouwencomplex,
waar de Hollandsche munt geslagen werd, toonde vroeger aan de Voorstraat een fraaien
gevel; thans ^is deze onherkenbaar verminkt en wordt daardoor ook de indruk van het fraaie
Muntpoortje van 1555, vroeger aan Jan Terwen toegeschreven, verzwakt. Van de serie
muntersstukken, eertijds daar aanwezig, is dat van Jac. Gz. Cuyp bewaard gebleven (in
mus. Oud-Dordr.), twee van v. Hoogstraten zijn weer voor de stad vermeesterd (in
De Gulden Os. Groenmarkt no. 34.