SNIJWERK EN CONSTRUCTIE BIJ GOTHISCHE MEUBELS
221
omlijsting ontspringen, daarin overgaan, daaraan verbonden zijn, — er overheen steken
zelfs, alsof zij maling hebben aan de beperking die de omlijsting hun wil opleggen!
Bij catalogusnummer 80 vindt men ook het losse, a jour bewerkte snijwerk (adelaar
met loofwerk), dat op een onderpaneel aangebracht is; deze twee paneelen zijn daarna echter
in werkelijke stijlen en regelwerk opgesloten en wel op een wijze, die een nadere be-
schouwing verdient. Er is namelijk aan de versieringsplank rondom een schuine bossing
geschaafd, die er toe bijdraagt om de eenigszins bedenkelijke constructie van het paneel
Fig. 5. Koorhek St. Bavo te Haarlem. Deur van het koor uit gezien.
weg te werken. Het is zeer aannemelijk, dat, wanneer de lijm, die de twee paneelen eens
verbond, niet was vergaan (na een bestaan van vier eeuwen is het te vergeven!), en deze
nog zuiver op elkaar pasten, men het gebruik van het opgelegde paneel niet zou opmerken;
dit blijkt trouwens uit de bij een restauratie nieuw ingevoegde deelen van de ornamenten
bij No. 75 en 76. Want bij deze beschouwingen is niet uit het oog verloren, dat deze meubels
vaak zeer sterk gerestaureerd zijn, zelfs, zooals bij No. 80 wel het geval zal zijn, uit ver-
schillende onderdeelen zijn samengesteld; deze herstellingen zijn echter wel zóó, dat het
eenigszins geoefende oog onmiddellijk het oude van het later aangebrachte kan onder-
scheiden. Niet mogelijk lijkt het mij, dat de hier aangeduide wijze van samenstelling een
gevolg der restauratie is.
221
omlijsting ontspringen, daarin overgaan, daaraan verbonden zijn, — er overheen steken
zelfs, alsof zij maling hebben aan de beperking die de omlijsting hun wil opleggen!
Bij catalogusnummer 80 vindt men ook het losse, a jour bewerkte snijwerk (adelaar
met loofwerk), dat op een onderpaneel aangebracht is; deze twee paneelen zijn daarna echter
in werkelijke stijlen en regelwerk opgesloten en wel op een wijze, die een nadere be-
schouwing verdient. Er is namelijk aan de versieringsplank rondom een schuine bossing
geschaafd, die er toe bijdraagt om de eenigszins bedenkelijke constructie van het paneel
Fig. 5. Koorhek St. Bavo te Haarlem. Deur van het koor uit gezien.
weg te werken. Het is zeer aannemelijk, dat, wanneer de lijm, die de twee paneelen eens
verbond, niet was vergaan (na een bestaan van vier eeuwen is het te vergeven!), en deze
nog zuiver op elkaar pasten, men het gebruik van het opgelegde paneel niet zou opmerken;
dit blijkt trouwens uit de bij een restauratie nieuw ingevoegde deelen van de ornamenten
bij No. 75 en 76. Want bij deze beschouwingen is niet uit het oog verloren, dat deze meubels
vaak zeer sterk gerestaureerd zijn, zelfs, zooals bij No. 80 wel het geval zal zijn, uit ver-
schillende onderdeelen zijn samengesteld; deze herstellingen zijn echter wel zóó, dat het
eenigszins geoefende oog onmiddellijk het oude van het later aangebrachte kan onder-
scheiden. Niet mogelijk lijkt het mij, dat de hier aangeduide wijze van samenstelling een
gevolg der restauratie is.