Tooneel der uitmuntende schilders van Europa, en byzonderlyk van Nederland: zedert de vinding' der olieverw' tot Ao. MDCCL ; bevattende de merkwaardigste Byzonderheeden hunnes Leevensloops, en de Aanwyzinge hunner beste Werken ... ; Verrykt met hunne Afbeeldzels in fraaije Kunstplaaten ; Uit het Fransch vertaald, verbéterd en grootelyks vermeêrderd (Band 1) (S'Gravenhage, 1752)

VERHANDELING, xlt
sepyn, Cangiage, en de Zuccbero's boven
gemeld) zyn zo gemaklyk te kennen, dat
men daarin niet kan mistasten, zo men maar
iets van de Behandelinge heeft. Wigtiger
Meesters, moeten met meêr Aandacht on-
derzogt worden : dogh 't is zeldiaam in-
dien zig daarin niet eenige Toets opdoet,
die u Voet voor Voet in de Ontdekkinge
der Waarheid geleid.
D e Schilderkunst is eene dieV Zaaken '2
die onder het Begrip vallen : elk oirdeeld
volgens zynen Smaak , en wil vonnissen
voor de gantse Wereld. Die Smaak, om
soed te weezen, moet gevoed zyn met noo-
ige Weetenschappen : op dat men niet gely-
ke na zulken waarvan Qiiintilianus lpreekt5
die geene andere Réden van de Deugd een's
Werks geeven dan dat het hen behaagd.
Dositi rationem componendi intelligunt ^indodi
voluptatem.
De Kennis der Tékeningen bestaat in
drie voornaame Artykelen. Het eerste is,
om te weeten of een Tékening goed of quaad
is.. Vervolgens,zoekt men naar den Naam
en de Schoole des Meesters. Eindelyk vorscht
mert na, of de Tékening een Origineel dan
wel een7 Kopy is.
't Is byna onmogelyk het Goede en het
Qiiaade van een Werk te ondcrscheiden, en-
het Vonnis 't geen men daarover veld te staa-
ven 5

/