Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Van den Branden, Frans Jozef Peter
Geschiedenis der Antwerpsche schilderschool — Antwerpen, 1883

DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.20670#0305

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
Hans en Daniël van den Queeckborne 2g3

de bezoldigingen zijner stadsschilders afschaffen. Van den
Queeckborne beklaagde zich desaangaande zoo bitter, dat hij
op 7 Februari 1576 in zijne functie werd hersteld. 1 Daarin
handelde de Antwerpsche regeering dus waarlijk kunstlievend
en tevens wijs ; want in dit zelfde jaar vervaardigde van den
Queeckborne nog al de praalschilderingen voor het groote
steekspel, dat de Spaansche Overheden hielden op de Meir, en
in Juni 1577 ontwierp en maalde hij, met zijnen ambtgenoot
Peter Leys, weer al de tooneelen voor de intrede van Don
Juan. Deze praalschilderingen moeten het laatste werk zijn
geweest, dat hij voor de Stad verrichtte, aangezien zijne erfge-
namen op 21 Augustus 1578 daarvoor het verdiende loon
vroegen.2 Onze Meester was op 16 Mei 1578 ten grave ge-
bracht, in Sint Andrieskerk, waar zijne gade reeds sedert
10 December 15j3 rustte.

Hans van den Queeckborne, welke in 1577, gelijktijdig
met zijnen broeder Daniël, in de Sint Lucasgilde als meester-
schilder was opgeschreven, stierf ook korts nadien. Daniël van
den Queeckborne was in 1581 reeds gehuwd met eene plaat-
snijdster, Barbara van den Broeck,3 dochter van den historie-
schilder Grispiaan van den Broeck. Ten jare 1584 ontving hij
te Antwerpen nog eenen leerling ; doch na de overgaaf onzer
stad aan Parma, week hij naar Middelburg, van waar hij op
2 November 1585 volmacht gaf om zijn ouderlijk huis te
doen verkoopen. 4 Hij keerde nooit meer in zijne geboorte-

1 Collegiaal Aktenboek der Antwerpsche Tresorij, 1576-78, fol. 63.
- Requestboek der Antwerpsche Tresorij, 1578-82.

3 Scabinale protocollen der stad Antwerpen, 1581, sub Kieffelt $ Gillis, vol. II,
fol. 69.

4 Scabinale protocollen der stad Antwerpen, 1585, sub Moy Sj Neesen, vol. II,
fol. 124.
 
Annotationen