Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Editor]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 1.1899-1900

DOI issue:
Nr. 3
DOI article:
Officieeele Mededeelingen
DOI Page / Citation link: 
https://doi.org/10.11588/diglit.17407#0063
Overview
loading ...
Facsimile
0.5
1 cm
facsimile
Scroll
OCR fulltext
5 5

Jhr. Repelaer van Spijkenisse, Haarlem.
G. van Rijn, Rotterdam.
E. von Saher, Haarlem.

Jhr. Mr. van Sasse van Isselt, 's Hertogenbosch.

Aug. Sassen, Helmond.

D. F. Scheurleer, 's Gravenhage.

J. L. Schouten, Delft.

Jhr. M. A. Snoeck, Hintam bij 's Hertogenbosch.
A. Spoon JJzn., Rotterdam.
Henri Tak, Middelburg.

A. Tepe, Driebergen.

B. P. Velthuysen, Hertme/Borne.
G. C. V. Verreyt, Rotterdam.
Chr. Verweys, Zierikzee.

Mr. J. de Vries van Doesburg, Alkmaar.

T. J. Weve, Nijmegen.

M. G. Wildeman, 's Gravenhage.

M. Willemsen, St. Odiliënberg.

* *
*

Op verzoek van het bestuur van den bond hebben de besturen
van de drie te Dordrecht gevestigde aangesloten vereenigingen eene
regelings-commissie benoemd voor de aanstaande jaarvergadering,
bestaande uit de H.H. Mr. S. van Gijn, "Voorzitter, Dr. H. J. Kiewiet
de Jonge, Hidde Nijland, Adr. Schotel, M. L. C. Staring, Bas Veth
en G. J. van Rijsoort van Meurs, Secretaris.

* *
*

Door het bestuur van den bond werd het volgende ingezonden
stuk geplaatst in het Handelsblad van 24 Dec. 1.1. Voor de bijgevoegde
plaat, welke te groot is om in het bulletin op te nemen, verwijzen wij
naar het nummer van het Handelsblad.

De Nieuwe Zijds Kapel.

Naar aanleiding van het plan der commissie tot het bestuur over
de kerkgebouwen, goederen, fondsen en inkomsten der Nederduitsch
Hervormde Gemeente, om de N. Z. Kapel te sloopen, een voornemen dat
vermoedelijk tot een proces met de Burgerlijke Gemeente zal leiden,
acht de »Nederlandsche Oudheidkundige Bond« zich geroepen in
ruimeren kring de aandacht op dit monument te vestigen en te trachten
het denkbeeld algemeen ingang te doen vinden, dat vernieling van dit
kerkgebouw een daad van vandalisme zou zijn, die onvergeeflijk mag
heeten en allerminst gepleegd mag worden op het einde der ige eeuw
in de hoofdstad des Rijks, in een tijd, waarin gelukkig de aandacht
meer dan vroeger op het behoud onzer oude monumenten gevestigd is.
 
Annotationen