97
voorzien en de ingang, waarboven boeken, muziekbladen en zandlooper
herinneren aan de vroegere en tegenwoordige bestemming van het gebouw
met de opschriften:
«Seminarium ecclesiae ac rei publicae."
»Cognitio liguarum clavis scientiae
»Hora ruit"
en bovendien »Anno." »MDCXXXL"
Inwendig verraadt dit gebouw nog overal zijn oorsprong uit het begin
der i6de eeuw. Hier vindt men kelders overdekt met kruisgewelven, daar-
boven een steenen vloer, terwijl op eikenhouten balklagen met sleutel-
stukken, muurstijlen en korbeelen de vloer der eerste verdieping rust. Die
eerste verdieping met haren houten vloer is eveneens met een houten
zoldering overdekt, die eveneens op balklagen met muurstijlen en kor-
beelen ligt. Ook de kap is nog de oorspronkelijke.
Op de plaats van het huis daarnaast, thans bureau van Gemeente-
werken en bureau van politie, stond vroeger de rectorswoning. Het tegen-
woordige gebouw dagteekent uit ongeveer 1835.
Armenkamer. — Deze kamer maakt een deel uit van de Broederkerk.
Men vindt er onderstaande twee schilderijen:
Eene op paneel voorstellende het Laatste Avondmaal en gemerkt
»M. Boecop 154."
Eene op doek voorstellende een gezicht op Kampen van de overzijde
der rivier uit. Geschilderd omstreeks 1700.
Doopsgezinde Kerk. — Zij is oorspronkelijk de kerk van het St. Anna-
klooster der Cellezusters van de St. Augustinusorde. Dit klooster werd
waarschijnlijk in het laatste der i5e eeuw gesticht. Vroeger was deze kerk
in gebruik bij de Waalsche Gemeente, die in 1818 werd opgeheven. In
1823 werd zij door de doopsgezinden aangekocht. Een steen, in de kerk
aangebracht, vermeldt dit laatste feit aldus:
»Deze voormalige Waalsche Kerk van
de Hervormde gekocht en hersteld dooi-
de Vereen. Doopsgezinde Gemeente
is den 7 November 1847 ingewijd."
Onder de handteekeningen, die dan volgen, staat: »refecit N. Plomp."
Veimoedelijk is deze laatste ook de man, die de kerk met één beuk en
een koorsluiting van zeven zijden van een twaalfhoek in- en uitwendig
bedierf door de verwijdering van de gewelven en de oude ramen. Uit de
nog aanwezige beeren blijkt, dat zij eens behalve de koorsluiting in gewelf-
vakken verdeeld was.
Zeer vermeldenswaardig is de traptoren aan den Noordwesthoek dei-
kerk, voorzien van een wenteltrap met een fraai waaiervormig baksteenen
gewelf.
voorzien en de ingang, waarboven boeken, muziekbladen en zandlooper
herinneren aan de vroegere en tegenwoordige bestemming van het gebouw
met de opschriften:
«Seminarium ecclesiae ac rei publicae."
»Cognitio liguarum clavis scientiae
»Hora ruit"
en bovendien »Anno." »MDCXXXL"
Inwendig verraadt dit gebouw nog overal zijn oorsprong uit het begin
der i6de eeuw. Hier vindt men kelders overdekt met kruisgewelven, daar-
boven een steenen vloer, terwijl op eikenhouten balklagen met sleutel-
stukken, muurstijlen en korbeelen de vloer der eerste verdieping rust. Die
eerste verdieping met haren houten vloer is eveneens met een houten
zoldering overdekt, die eveneens op balklagen met muurstijlen en kor-
beelen ligt. Ook de kap is nog de oorspronkelijke.
Op de plaats van het huis daarnaast, thans bureau van Gemeente-
werken en bureau van politie, stond vroeger de rectorswoning. Het tegen-
woordige gebouw dagteekent uit ongeveer 1835.
Armenkamer. — Deze kamer maakt een deel uit van de Broederkerk.
Men vindt er onderstaande twee schilderijen:
Eene op paneel voorstellende het Laatste Avondmaal en gemerkt
»M. Boecop 154."
Eene op doek voorstellende een gezicht op Kampen van de overzijde
der rivier uit. Geschilderd omstreeks 1700.
Doopsgezinde Kerk. — Zij is oorspronkelijk de kerk van het St. Anna-
klooster der Cellezusters van de St. Augustinusorde. Dit klooster werd
waarschijnlijk in het laatste der i5e eeuw gesticht. Vroeger was deze kerk
in gebruik bij de Waalsche Gemeente, die in 1818 werd opgeheven. In
1823 werd zij door de doopsgezinden aangekocht. Een steen, in de kerk
aangebracht, vermeldt dit laatste feit aldus:
»Deze voormalige Waalsche Kerk van
de Hervormde gekocht en hersteld dooi-
de Vereen. Doopsgezinde Gemeente
is den 7 November 1847 ingewijd."
Onder de handteekeningen, die dan volgen, staat: »refecit N. Plomp."
Veimoedelijk is deze laatste ook de man, die de kerk met één beuk en
een koorsluiting van zeven zijden van een twaalfhoek in- en uitwendig
bedierf door de verwijdering van de gewelven en de oude ramen. Uit de
nog aanwezige beeren blijkt, dat zij eens behalve de koorsluiting in gewelf-
vakken verdeeld was.
Zeer vermeldenswaardig is de traptoren aan den Noordwesthoek dei-
kerk, voorzien van een wenteltrap met een fraai waaiervormig baksteenen
gewelf.