DOI Heft:
Nr. 2
DOI Artikel:Korte mededeelingen
DOI Seite / Zitierlink: https://doi.org/10.11588/diglit.19800#0121
trappen, zonder vullingen. Rechts, aan de achterzijde te zien, staat een toren, die vroeger
bij het huis heeft behoord en waarin de trap was aangelegd, waartoe deuren op de ver-
schillende verdiepingen toegang gaven. Die deuren zijn nog aanwezig; de ruimte daarachter,
als kast gebruikt, heeft een rondgebogen achterwand, de muur van den toren. Of ook
de voordeur in dien toren is geweest, is niet bekend, wel is de tegenwoordige deur van
lateren datum, dan het huis zelf. Evenals deze zijn de nu nog aanwezige plafonds en
schoorsteenmantels uit het begin der 19de eeuw, zoo ook de tegenwoordige eikenhouten
trap, uit donker groen en brons geverfd met een zware leuning op slanke stijlen.
In de benedenkamers is onder het plafond een zoldering van eikenhouten balken,
die op eenvoudige consoles rusten. Waarschijnlijk zijn aan de wanden beschilderde behangsels
of gobelins geweest, die echter omstreeks 1860 door den bewoner schijnen verkocht te
zijn. De schoorsteenmantel van donker grijs marmer en wit met gouden betimmering in
Regence-stijl is sedert eenige jaren in bruikleen gegeven aan het museum x).
De zolder is overdekt met een hoog, puntig dak, dat op zware eikenhouten balken
rust, die gesteund worden door eenvoudige geprofileerde consoles.
Het keldergewelf, dat onder het geheele huis doorloopt heeft zware muren, zonder
bepaalde kenmerken. CL. E.
Zierikzee. Logegebouw. — In het voorlaatste nummer, is in wat scherpe termen
afkeuring uitgesproken over de vervanging van een oud kruisraam in den gevel van het
logebouw door een modern schuifraam. Ter plaatse bekenden hebben ons erop opmerk-
zaam gemaakt, dat, al is ook de daad op zichzelf niet te verdedigen en de verandering
beslist af te keuren, toch voor die scherpe woorden geen aanleiding bestond, en wij
herstellen dus hier gaarne wat wij toen miszegden.
1) Afgebeeld in Het Huis, Maart 1910, (tig. 13): Gimberg: in de Oudheidkamer van Zutphen en
de Graafschap.
□ □ □
□ □
□
110
bij het huis heeft behoord en waarin de trap was aangelegd, waartoe deuren op de ver-
schillende verdiepingen toegang gaven. Die deuren zijn nog aanwezig; de ruimte daarachter,
als kast gebruikt, heeft een rondgebogen achterwand, de muur van den toren. Of ook
de voordeur in dien toren is geweest, is niet bekend, wel is de tegenwoordige deur van
lateren datum, dan het huis zelf. Evenals deze zijn de nu nog aanwezige plafonds en
schoorsteenmantels uit het begin der 19de eeuw, zoo ook de tegenwoordige eikenhouten
trap, uit donker groen en brons geverfd met een zware leuning op slanke stijlen.
In de benedenkamers is onder het plafond een zoldering van eikenhouten balken,
die op eenvoudige consoles rusten. Waarschijnlijk zijn aan de wanden beschilderde behangsels
of gobelins geweest, die echter omstreeks 1860 door den bewoner schijnen verkocht te
zijn. De schoorsteenmantel van donker grijs marmer en wit met gouden betimmering in
Regence-stijl is sedert eenige jaren in bruikleen gegeven aan het museum x).
De zolder is overdekt met een hoog, puntig dak, dat op zware eikenhouten balken
rust, die gesteund worden door eenvoudige geprofileerde consoles.
Het keldergewelf, dat onder het geheele huis doorloopt heeft zware muren, zonder
bepaalde kenmerken. CL. E.
Zierikzee. Logegebouw. — In het voorlaatste nummer, is in wat scherpe termen
afkeuring uitgesproken over de vervanging van een oud kruisraam in den gevel van het
logebouw door een modern schuifraam. Ter plaatse bekenden hebben ons erop opmerk-
zaam gemaakt, dat, al is ook de daad op zichzelf niet te verdedigen en de verandering
beslist af te keuren, toch voor die scherpe woorden geen aanleiding bestond, en wij
herstellen dus hier gaarne wat wij toen miszegden.
1) Afgebeeld in Het Huis, Maart 1910, (tig. 13): Gimberg: in de Oudheidkamer van Zutphen en
de Graafschap.
□ □ □
□ □
□
110