DOORNEN IN DEN LAUWERKRANS. 413
zond hem geen enkelen lichtstraal tegen, die veroor-
loofde hare ziel te doorgronden; en zachtkens legde
hij haar in hare kussens terug, om daarop met lang-
zame, pijnlijke schreden het vertrek te verlaten.
Toen hij zijne eigene kamers bereikte, gaf hij last
dat men zijne legerstede ever zou brengen in de groote
zaal der woning, tegenover de plaats waar Mary's
levensgroot portret, een zijner meesterwerken, hing.
Daar was het dat hij het bezoek zijner geneesheeren
afwachtte. Hij kende zijn vonnis lang voordat hun
mond het uitgesproken had; maar strenger dan ooit
luidden zijne bevelen dat men zijne echtgenoote van
niets mocht verwittigen. Zij moest hem afwezig blijven
gelooven; hij gevoelde slechts al te goed dat zij hem
niet meer vinden zou, wanneer zij zelve hersteld zou
zijn.
Op g December was het einde daar; ten slotte
verwittigd, opdat iMary zich niet zonder steun mocht
bevinden, was Lord Ruthven aangekomen, en hoorde
met de grootste droefheid dat hier niets meer te ver-
richten viel. De stervende wilde ook hem verbieden
zijne dochter te waarschuwen, maar de onstuimige
edelman luisterde naar geen rede en begaf zich aan-
stonds naar zijn kind.
a Ze zeggen allen dat hij te redden ware geweest,
zoo zij slechts eerder geroepen waren, » riep hij driftig
tot de jonge vrouw, die voor het eerst weder opzat.
« Waar ter wereld hebt gij al dien tijd uwe oogen
gehad? »
(( Wie is niet meer te redden? » stotterde Mary,
aschgrauw wordende.
« Wie anders dan uw echtgenoot, die, de Hemel
weet het, duizendmaal te goed voor u was, en u als
u slechts het minste scheelde, vertroetelde als een kind;
zond hem geen enkelen lichtstraal tegen, die veroor-
loofde hare ziel te doorgronden; en zachtkens legde
hij haar in hare kussens terug, om daarop met lang-
zame, pijnlijke schreden het vertrek te verlaten.
Toen hij zijne eigene kamers bereikte, gaf hij last
dat men zijne legerstede ever zou brengen in de groote
zaal der woning, tegenover de plaats waar Mary's
levensgroot portret, een zijner meesterwerken, hing.
Daar was het dat hij het bezoek zijner geneesheeren
afwachtte. Hij kende zijn vonnis lang voordat hun
mond het uitgesproken had; maar strenger dan ooit
luidden zijne bevelen dat men zijne echtgenoote van
niets mocht verwittigen. Zij moest hem afwezig blijven
gelooven; hij gevoelde slechts al te goed dat zij hem
niet meer vinden zou, wanneer zij zelve hersteld zou
zijn.
Op g December was het einde daar; ten slotte
verwittigd, opdat iMary zich niet zonder steun mocht
bevinden, was Lord Ruthven aangekomen, en hoorde
met de grootste droefheid dat hier niets meer te ver-
richten viel. De stervende wilde ook hem verbieden
zijne dochter te waarschuwen, maar de onstuimige
edelman luisterde naar geen rede en begaf zich aan-
stonds naar zijn kind.
a Ze zeggen allen dat hij te redden ware geweest,
zoo zij slechts eerder geroepen waren, » riep hij driftig
tot de jonge vrouw, die voor het eerst weder opzat.
« Waar ter wereld hebt gij al dien tijd uwe oogen
gehad? »
(( Wie is niet meer te redden? » stotterde Mary,
aschgrauw wordende.
« Wie anders dan uw echtgenoot, die, de Hemel
weet het, duizendmaal te goed voor u was, en u als
u slechts het minste scheelde, vertroetelde als een kind;