Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

De Dietsche warande: tijdschrift voor kunst en Zedegeschiedenis — 3.Ser. 10.1897

DOI Page / Citation link:
https://doi.org/10.11588/diglit.26590#0109

DWork-Logo
Overview
Facsimile
0.5
1 cm
facsimile
Scroll
OCR fulltext
102

DE NAVOLGING VAN CHRISTUS.

zoo duidelijk zichtbaar, of hij niet veeleer ziet voort-
vloeien hetzelfde onvermengde, rustige, heldere water
uit een zelfde kristallijne bron opgeweld.

Het Deventer handschrift is eenvoudig op éen
lijn te stellen met de vijf boven vermelde devotie-
boeken die eveneens hoofdstukken bevatten, aan
eene der talrijke oude Dietsche vertalingen van het
vierde boek der Navolging ontleend.

Door het voorbeeld van Mgr Van Vree aange-
moedigd, heeft onlangs de Eerw. Pater J. F. Kieckens
hier eveneens vier brokstukken der Navolging mede-
gedeeld, die ook niet uit het werk van Thomas van
Kempen, maar uit andere geschriften zouden ont-
leend zijn. Zij zijn bevat in een uit een Limburgsch
Augustinessenklooster afkomstig handschrift der i5e
eeuw, dat blijkens zijne samenstelling uit allerlei
kleine tractaatjes, uittreksels van tractaatjes en ge-
beden, een voor persoonlijk gebruik bestemd, zoo-
genaamd rapiarium blijkt te wezen; of liever, wijl
er twee of drie verschillende handen in voorkomen,
een vereeniging van meerdere rapiaria, die later tot
een bundel zijn samengebonden.

Wij kunnen nog meer rechtstreeks dan boven
aantoonen dat die brokstukken geenszins op andere
geschriften wijzen; wijl wij voor de twee eerste, die
in H. I en H. XX van het eerste boek der Navolging
voorkomen, de oude Dietsche vertaling, waaruit zij
ontleend werden,kunnen aangeven. De schrijfster heeft
een copie gebruikt der vertaling van dat boek uit
den door Spitzen te Zwolle gevonden boven besproken
Windesheimer Codex; alleen is, gelijk gewoonlijk,
de vreemde Overijselsche tongval van dien codex
in de copie door den plaatselijken tongval vervan-
 
Annotationen