Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

De Dietsche warande: tijdschrift voor kunst en Zedegeschiedenis — 3.Ser. 10.1897

DOI Page / Citation link:
https://doi.org/10.11588/diglit.26590#0630

DWork-Logo
Overview
Facsimile
0.5
1 cm
facsimile
Scroll
OCR fulltext
020

VONDELIANA.

Op (3e schildery enz. (U. XXX,388 ; V. L. 1X5644). 2 .De — .de

Op den Heldt Roe'andt enz. (U. XXX,389; V. L. IX,639)..
Titel: Roelandt, — Roeiannt. ïbid. begraven. — begraven, Het onder-
schrift Overleden in ’t Jaer 800. ontbreekt.

Voor de Kapel van St. Martha enz. (U. XXX,391 ; V. L. IX,647).
I Martha, — Martha

Op de Geraemtens eeniger lichaemen enz. (U. XXX,391; V. L„
IX,648). In den titel ontbreekt Uit het Latijn vertaelt.

Ander (U. XXX,391; V. L. IX,648). 1 wee relt — werelt 2 plaets
— plaes

In den Pandora enz. (U. XXX, 394) Collatie met den tekst in
Oud-Holland 1,29. De onderteekening J. v. Vondel, ontbreekt.

Op d’afbeeldinge van . . . Van Burgersdyck jU. XXX,385), Colla-
tie met den tekst in Oud-Holland 1,28. De onderteekening J. v. Von-
del. ontbreekt.

Op d’afbeeldinge van M. Claes van Daelen enz. (U. XXX,396)
Collatie met den tekst in Oud-Holland 1,27. 5 hy — hij De onder-
teekening J. v. Vondel, ontbreekt.

Vier Wterste (U. XXX,398 ; V. L. 1,301). Het vers heeft geen
Rom. cijfers, maar Arabische : 2, 3, 4 (zonder punt er achter) naast
de eerste regels der 2de, 3de en 4de strofe. 14 liefelijcke — lieffelijcke

Dit is de collatie van een kleiDe 550 bladzijden druks, zeer ruim
geteld, dezer nieuwe V ondel-uitgave, dat is van ongeveer ‘/ 6 van het
geheel. Niet vermeld zijn de gevallen waarin de heer Unger u en j drukt
in plaats van v en j : daartegen zal wel niemand bezwaar hebben ; evenmin
de ontwijfelbare drukfouten dezer uitgave, die, alles samengenomen,
betrekkelijk zeldzaam zijn.

Wat leert ons deze collatie ? Sommige der afwijkingen kunnen druk-
fouten zijn, sommige onwillekeurige vergissingen; maar verreweg de meeste
hebben al den schijn veranderingen te zijn die wetens en willens door den
uitgever zijn aangebracht. De lezer is dus in elk geval geen oogenblik zeker
dat hij een getrouwe reproductie van den tekst, handschrift of druk, die aan
de uitgave ten grondslag heet te liggen, vóór zich heeft, en wat dit zeggen
wil voor den taalkundige, zal iedereen licht begrijpen. Nog altijd zal
diegene, die Vondel’s taal tot onderwerp van zijn wetenschappelijk
onderzoek wil kiezeD, de oude, oorspronkelijke drukken en handschriften
dienen te gebruiken, wat moeilijk is in een dubbel opzicht ; moeilijk voor
den werker, die ze in talrijke' gevallen niet machtig zal worden, en dus
gevaar loopen fragmentarisch werk te leveren; moeilijk voor den ge-
bruiker van zijn werk, daar controle vaak zoogoed als onmogelijk wordt.

In zekeren zin hindert het weinig of niet of een uitgever aan
een tekst veranderingen aanbrengt, mits die uitgever naar een bepaald
plan te werk gaat en zegt waSr en waarom hij het doet. Want dan
weet men althans waar het paard gebonden staat; men weet wat
men aan zoo’n tekst hebben zal. Maar zoo staat het niet geschapen
 
Annotationen