/. Boek.
voerd, zoo heeft hy ook sedert staande het 1610.
beleg van Gulik indiervoege zynen yver in — — — —
't aanbetrouwde bewind betoont, dat de
Prinsen Bezitters, naa 't veroveren dier
stad, konden goedvinden hem in vergel-
ding van den genooten dienst met eene
goede somme gelds te beschenken , van
welke vereering hy d'usdaanige zilve-
re penningen heeft doen maaken , en
onder zyne onderhoorige Hopluyden,
tot bewys van hun eerlyk gedrag om-
gedeeld.
HISTORIPENNINGEN
enboven bewilligden de Hollandfche Ge-
magtigden in de Algemeene Staatsvergade-
ring, dat aan den gemelden Oversten
Schonburg uyt 's Lands voorraadshuyzen
tweehonderdvyftig musketten met hun toe-
behooren tot wapening van zyn regement
zouden verstrekt worden; mids dat hy ge>
houden bleef die binnen zes weeken, zon-
der 't maaken van eenige uytvlugten, ge-
reedlyk te betaalen. En gelyk hy op dee-
ze wyze tot genoegen zyns Meesters den
ontfangen last gelukkiglyk heeft uytge-
73
De eene zyde verbeeldt het beleg dier stad, en de daar voor gedichte loopgïaaven. Op de
andere zyde, die geene verbeelding heeft, leest men dit Hoogduytsche opschrift:
ANNO 1610. DEN 3o. JULY, IST DIE VESSTUNG
GULICH BELAGERT,
UNd Den 2. SEPtembris EROBERT WORDeN.
ZUR GEDACHtnus
HAB ICH Meynard Von SCHONBÜRGH,
OBRISTER UBer DIE ARTELlerie, FORTIFICAtion,
UND EIN REGIMEnt FUSVOLCK,
AUS EINER VEREPRUNG, SO DIE POSSIDIRENDE FURSTEN
MIR DAMALS ZUR RECOMPENS GETHAN,
DIESER PFENningen ETLICHEn MACHEN LASSEN,
UND MEINEN UNDERHABENDen OFFICIREN,
ZUR ZEUGnus IHRES EHRLICHEN VERHALTENS
AUSS GETHEILLET.
IN 'T JAAR 1610. DEN 30. VAN HOOIMAAND,
IS DE VESTING GULIK BELEGERD,
EN DEN 2. VAN HERFSTMAAND VEROVERD GEWORDEN.
TER GEDACHTENIS
HEB IK MEYNARD VAN SCHONBURGH,
OVERSTE OVER HET GESCHUT, DEN VESTINGBOUW,
EN EEN REGEMENT VOETVOLKS,
UIT EENE VEREERINGE, DIE DE VORSTEN BEZITTERS MT
TOENMAALS IN VERGELDING GEDAAN HEBBEN,
ETLTKE DEEZER PENNINGEN LAATEN MAAKEN,
EN AAN MTNE ONDERHOOORIGE BEVELHEBBERS
TER GETUTGENISSE VAN HUN EERLTK GEDRAG
UTTGEDEELD.
II. Deel. T Naa
voerd, zoo heeft hy ook sedert staande het 1610.
beleg van Gulik indiervoege zynen yver in — — — —
't aanbetrouwde bewind betoont, dat de
Prinsen Bezitters, naa 't veroveren dier
stad, konden goedvinden hem in vergel-
ding van den genooten dienst met eene
goede somme gelds te beschenken , van
welke vereering hy d'usdaanige zilve-
re penningen heeft doen maaken , en
onder zyne onderhoorige Hopluyden,
tot bewys van hun eerlyk gedrag om-
gedeeld.
HISTORIPENNINGEN
enboven bewilligden de Hollandfche Ge-
magtigden in de Algemeene Staatsvergade-
ring, dat aan den gemelden Oversten
Schonburg uyt 's Lands voorraadshuyzen
tweehonderdvyftig musketten met hun toe-
behooren tot wapening van zyn regement
zouden verstrekt worden; mids dat hy ge>
houden bleef die binnen zes weeken, zon-
der 't maaken van eenige uytvlugten, ge-
reedlyk te betaalen. En gelyk hy op dee-
ze wyze tot genoegen zyns Meesters den
ontfangen last gelukkiglyk heeft uytge-
73
De eene zyde verbeeldt het beleg dier stad, en de daar voor gedichte loopgïaaven. Op de
andere zyde, die geene verbeelding heeft, leest men dit Hoogduytsche opschrift:
ANNO 1610. DEN 3o. JULY, IST DIE VESSTUNG
GULICH BELAGERT,
UNd Den 2. SEPtembris EROBERT WORDeN.
ZUR GEDACHtnus
HAB ICH Meynard Von SCHONBÜRGH,
OBRISTER UBer DIE ARTELlerie, FORTIFICAtion,
UND EIN REGIMEnt FUSVOLCK,
AUS EINER VEREPRUNG, SO DIE POSSIDIRENDE FURSTEN
MIR DAMALS ZUR RECOMPENS GETHAN,
DIESER PFENningen ETLICHEn MACHEN LASSEN,
UND MEINEN UNDERHABENDen OFFICIREN,
ZUR ZEUGnus IHRES EHRLICHEN VERHALTENS
AUSS GETHEILLET.
IN 'T JAAR 1610. DEN 30. VAN HOOIMAAND,
IS DE VESTING GULIK BELEGERD,
EN DEN 2. VAN HERFSTMAAND VEROVERD GEWORDEN.
TER GEDACHTENIS
HEB IK MEYNARD VAN SCHONBURGH,
OVERSTE OVER HET GESCHUT, DEN VESTINGBOUW,
EN EEN REGEMENT VOETVOLKS,
UIT EENE VEREERINGE, DIE DE VORSTEN BEZITTERS MT
TOENMAALS IN VERGELDING GEDAAN HEBBEN,
ETLTKE DEEZER PENNINGEN LAATEN MAAKEN,
EN AAN MTNE ONDERHOOORIGE BEVELHEBBERS
TER GETUTGENISSE VAN HUN EERLTK GEDRAG
UTTGEDEELD.
II. Deel. T Naa