Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Oudheidkundig jaarboek — 3. Ser. 4.1924

DOI Artikel:
Kalf, Jan: Wat de Oudheidkundige Bond deed en de Monumentencommissie doet voor het Restaureeren van oude Gebouwen
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.25358#0108

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
96

HET RESTAUREEREN VAN OUDE GEBOUWEN

,,Indien echter een slechte grondstof is gebruikt, b.v. een bergsteensoort, die snel verweert,
vervange men die door eene van beter gehalte, doch zorge, dat zij in geaardheid en kleur zooveel mogelijk
met de oorspronkelijke overeenstemme.”

Slecht bekeken hadden wij ook hier het vraagstuk niet maar ten volle overzien
toch evenmin.

AFB. 4. TOREN TE RITTHEM.

Gefotografeerd een half jaar na de restauratie. De onderdorpel van den ingang is een halven
meter verlaagd, de plinten zijn vernieuwd, de twee contreforten geheel afgebroken en op beton-
fundeeringen nieuw opgetrokken. Het venster was dichtgemetseld, zoodat het binnenste negprofiel
en de montant geheel nieuw zijn. Architect: H. van Heeswijk

„Dezelfde steensoort" jawel, maar hoe eraan te komen, als wij de soort niet
kennen, of indien ze herkomstig is uit een uitgeputte groeve? „Steen, die niet snel ver-
weert" — maar hoe te weten, of zij zich behoorlijk zal gedragen?

De herkomst van de natuursteen, aan onze monumenten verwerkt, is ook zuiver
kunsthistorisch van groot belang, omdat de steen dikwijls kant-en-klaar gehouwen werd
aangevoerd, zoodat met de steen de vormen werden geïmporteerd en wij hier dus een van
de wegen op het spoor komen, waarlangs vreemde invloeden onze bouwkunst bereikten.
 
Annotationen