DER (3 U D E N. 33
wen, dat de Grieken die zich zo zeerberoemenoverhun
Naauwkeurigheyt in allerhande soorten van zaaken,
niet overeenkomen onder malkanderen wegens den tijd
die men moet toeschryven aan den oorsprong derSchil-
derkonA, en aan den grooten naam hunner eerde Schil-
ders. De Grieken maaken geen gcwag van hun Schii-
ders, dan veele (<%) Olymptaden na hun Beeidhouwers
en Piaatsnyders, dat is te zeggen Aipteiijk inde Negen-
tigde Oiympiade ; en ondertuischen verzekeren zy ons
dac P/?i^j-, die een ieder weet gebioeit te hebben in de
zeven en tachentigde Oiympiade , een Schiider was
voor dat hy een Beeidhouwer wiert, en teAthenenheeft
gekonterhjc den vermaarden Pericles , bygenaamtdenO-
lympische, wegens de MajeReyt en den Donder vanzijn
Weispreekendheyt. Voegt erbydaty^ve/^/r^, dénBroe-
der van y/7/^j-^ heefc gebioert in de drie en zeven-
tigde Oiympiade, en zelve hec binnenste schiiderde van
Minervas Schiid , zijnde dat schiid het cniferAijk werk
van ) cen Discipel van en zijn Mede-
huiper in het Gebouw vandenOiympischeJupiter. Dat
alies toont dat er Schiiders waaren voor de negentigüe
Oiympiade. Maar hier zai iets fraais voor 'tiichtkomen.
Dat is dat de gantsche Weereit weet dat er een oude
Schiidery van den Schiider ^//^rc/7^! is geweest, waar
op in het kleyn den Hrijd, of Iiever de nederiaag der
Magneten Aont verbeelt, welk tafereel tegens dezwaar-
te van Goud wiert opgewoogen , gekogt , en betaalt,
by (%) Candaules den Koning van Lydien, anders ge-
naamt Myrsiles , den laatRe van het geslagt der Hera-
E cliden;
M Olymptade -p^rv^/ ^r J^rw.
wen, dat de Grieken die zich zo zeerberoemenoverhun
Naauwkeurigheyt in allerhande soorten van zaaken,
niet overeenkomen onder malkanderen wegens den tijd
die men moet toeschryven aan den oorsprong derSchil-
derkonA, en aan den grooten naam hunner eerde Schil-
ders. De Grieken maaken geen gcwag van hun Schii-
ders, dan veele (<%) Olymptaden na hun Beeidhouwers
en Piaatsnyders, dat is te zeggen Aipteiijk inde Negen-
tigde Oiympiade ; en ondertuischen verzekeren zy ons
dac P/?i^j-, die een ieder weet gebioeit te hebben in de
zeven en tachentigde Oiympiade , een Schiider was
voor dat hy een Beeidhouwer wiert, en teAthenenheeft
gekonterhjc den vermaarden Pericles , bygenaamtdenO-
lympische, wegens de MajeReyt en den Donder vanzijn
Weispreekendheyt. Voegt erbydaty^ve/^/r^, dénBroe-
der van y/7/^j-^ heefc gebioert in de drie en zeven-
tigde Oiympiade, en zelve hec binnenste schiiderde van
Minervas Schiid , zijnde dat schiid het cniferAijk werk
van ) cen Discipel van en zijn Mede-
huiper in het Gebouw vandenOiympischeJupiter. Dat
alies toont dat er Schiiders waaren voor de negentigüe
Oiympiade. Maar hier zai iets fraais voor 'tiichtkomen.
Dat is dat de gantsche Weereit weet dat er een oude
Schiidery van den Schiider ^//^rc/7^! is geweest, waar
op in het kleyn den Hrijd, of Iiever de nederiaag der
Magneten Aont verbeelt, welk tafereel tegens dezwaar-
te van Goud wiert opgewoogen , gekogt , en betaalt,
by (%) Candaules den Koning van Lydien, anders ge-
naamt Myrsiles , den laatRe van het geslagt der Hera-
E cliden;
M Olymptade -p^rv^/ ^r J^rw.