DOI Seite / Zitierlink:
https://doi.org/10.11588/diglit.26569#0060
38 DE SCHILDERKONST
dewelke de eei'Re was va.n haar Sexe die het penieel
handelde.
Ten laatAen bioeiden in de negentigüe Olympiadede
Schilders ^/<?/?/«?^, en.<S'M'7;<77'.,
den Vader 'en den MeeRer van den vermaarde
, van den welke wy zo aanRonds zullen ipreeken.
Die vier Schilders hebben een grooten naamgehadby
hun leeven, doch die naam verdient niet dat wy ons
daar mee ophouden in dit kort begrip, zo veels te meer
dewijl ik my spoede om tot die Schtlders te komen, de-
welke men wettiglijk kan en mag noemen de (/2) Lichten
der SchilderkonR. Onder die Lichten heefc J^<?//<?^<?r^J
uytgemunt te Athenen,in de vier en negentigRe Olympiade
Die man vond eyndelijk het geheymomdeondericheyde
voorwerpen der natuur natuurlijk te verroonen , in hun
volle luyRerenschoonheyt, nietalleenlijkdoordenaauw-
keurigheyc van tekening, maar voornaamlijk door Zijn
kennis van koleuren, en door de verdeelingyanzijnlich-
ten en schaduwen; en wy moeten bekennen dat hydaar
in de SchilderkonA tot op dien trap van krachc cn van
zachtheyt heesc opgetilc, waar op zy noch niec wasop.
^eklommen. Daarzijntwee Rukken vandienKondenaar
bekent die beyden heerlijk zijn. Het een tafereel verbeelt
een PrieRer in zijn aanbidding , en hec tweede is een
Ajax verbrant door den Blixem, welk laatRe te zienwas
te Pergamum; en die beyde Schilderyen zijn de bekoor-
üjkRe KonitRukken der oude Grieksche KonRschil.
ders.
De Hofpoort vande SchilderkonR aldus geopentzijn-
de
(^) Dus noemden dc Latijnen de groote Meeders in wat vooreensoort
van wetenichap het ook was. ^ wy
/<^%/^ LLdsL/V ///ewr//M ^cgt C/ryr<? in zijn '7/yh</. ..
dewelke de eei'Re was va.n haar Sexe die het penieel
handelde.
Ten laatAen bioeiden in de negentigüe Olympiadede
Schilders ^/<?/?/«?^, en.<S'M'7;<77'.,
den Vader 'en den MeeRer van den vermaarde
, van den welke wy zo aanRonds zullen ipreeken.
Die vier Schilders hebben een grooten naamgehadby
hun leeven, doch die naam verdient niet dat wy ons
daar mee ophouden in dit kort begrip, zo veels te meer
dewijl ik my spoede om tot die Schtlders te komen, de-
welke men wettiglijk kan en mag noemen de (/2) Lichten
der SchilderkonR. Onder die Lichten heefc J^<?//<?^<?r^J
uytgemunt te Athenen,in de vier en negentigRe Olympiade
Die man vond eyndelijk het geheymomdeondericheyde
voorwerpen der natuur natuurlijk te verroonen , in hun
volle luyRerenschoonheyt, nietalleenlijkdoordenaauw-
keurigheyc van tekening, maar voornaamlijk door Zijn
kennis van koleuren, en door de verdeelingyanzijnlich-
ten en schaduwen; en wy moeten bekennen dat hydaar
in de SchilderkonA tot op dien trap van krachc cn van
zachtheyt heesc opgetilc, waar op zy noch niec wasop.
^eklommen. Daarzijntwee Rukken vandienKondenaar
bekent die beyden heerlijk zijn. Het een tafereel verbeelt
een PrieRer in zijn aanbidding , en hec tweede is een
Ajax verbrant door den Blixem, welk laatRe te zienwas
te Pergamum; en die beyde Schilderyen zijn de bekoor-
üjkRe KonitRukken der oude Grieksche KonRschil.
ders.
De Hofpoort vande SchilderkonR aldus geopentzijn-
de
(^) Dus noemden dc Latijnen de groote Meeders in wat vooreensoort
van wetenichap het ook was. ^ wy
/<^%/^ LLdsL/V ///ewr//M ^cgt C/ryr<? in zijn '7/yh</. ..