Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 6.1905

DOI Heft:
Nr. 4-5
DOI Artikel:
Inrichting van musea
DOI Artikel:
Nederlandsche Musea
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.17412#0136
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
122

renaissance heeft gewrocht, in een derde een beeld geven der Duitsche
kunst en kunstnijverheid in de 16e eeuw, of van de Hollandsche in de
17e of van de Fransche in de 18e enz. enz. Deze zalen zouden voor
het groote publiek toegankelijk worden gesteld, waar het dan de weldadige,
smaak-ontwikkelende invloeden der groote kunstperioden zou ondervinden.
En daarnaast zou men. in studiezalen, svstematisch-technisch de rest der
verzamelingen kunnen rangschikken, uitsluitend ten gebruike van vakmannen.

Dat al deze vragen werden opgeworpen komt ons nuttig voor; zij
mogen ter overweging aan de lezers van dit bulletin aanbevolen blijven.

Nederlandsche Musea.

Nederlandsch Museum voor Geschiedenis en Kunst. — Aan-
winsten.

Het is mij aangenaam bij dit verslag van de laatste aanwinsten ten
behoeve van het Nederlandsch Museum te kunnen constateeren, dat de
verzameling aardewerk thans tot een graad van volledigheid is gebracht
welke ons veroorlooft, met stukken voor ons, in hoofdzaak althans, de
ontwikkelingsgeschiedenis te geven dezer kunst in de middeneeuwen.

Ik herinner er aan, dat wij begonnen zijn met het vaderlandsche produkt,
het Delfsch aardewerk, in den voornaamsten tak, het polychrome aarde-
werk, behoorlijk vertegenwoordigd te krijgen (in de verzameling mochten
wij de beste merken van blauw Delfsch reeds aantreffen). Een gelukkig
toeval, het vinden van het tegeltableau van Xiculoso. bracht ons op het
spoor van wat wij als den oorsprong van ons Delfsch fabrikaat meenen te
mogen beschouwen; de hypothese werd bevestigd door spoedig daarna
gevonden fragmenten van schotels in de vaart bij Delft.

Het sprak van zelf, dat het verlangen bij ons rees, nu ook verder te
gaan en ook Xiculoso's kunst uit die van zijn voorgangers te verklaren.

De verzameling bezat reeds lang eenige zeer voorname stukken Itali-
aansch aardewerk, maar alle dateerden uit de 16e eeuw en gaven geen
verklaring. Ik zocht toen vroegere vaatwerken, uit de 15e eeuw. Met den
groot':n albarello, uit de verzameling Stein afkomstig (Bulletin 4e jaargang
blz. 45) verwierven wij een prachtstuk der werkplaatsen van Faënza. waaruit
Xiculoso was voortgekomen.

Het zeer eigenaardige ornament op den albarello. slingeren van ranken
waarin donker gekleurde bloempjes krachtige noten zetten, is onmiskenbaar
een oostersch motief en wijst er op. dat de Italiaansche artiesten door de
toenmalige dragers der oostersche kunst, de Arabieren, werden beïnvloed.
Dat is ook ongetwijfeld het geval geweest. Het meest voor de hand ligt
het Spaansch-Moorsche aardewerk dat al spoedig in de vijftiende eeuw over
Majorca en Italië werd ingevoerd; van dit fabrikaat bezitten wij een zeer
 
Annotationen