Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Editor]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 2.Ser. 7.1914

DOI issue:
Inhoudsopgave
DOI article:
Korte mededeelingen
DOI Page / Citation link: 
https://doi.org/10.11588/diglit.19803#0105

DWork-Logo
Overview
loading ...
Facsimile
0.5
1 cm
facsimile
Scroll
OCR fulltext
teweeg gebracht. De steenen zijn op een gemetseld plint van enkele lagen hoogte op
eenigen afstand van den muur geplaatst, met door den muur heenstekende en van buiten
met een ankerplaatje en moer opgesloten bouten verankerd en met cementmortel (naar
de kleur te oordeelen met kalk vermengd) aangegoten. Die mortel is sterk gekrompen.”

Er dringt water in de krimpscheuren en — hinc illae lacrimae!

De schrijver verklaart echter ook, dat de loodrechte stand der hardsteenlagen
medehelpt. Niemand behoeft zich hierdoor echter te laten afschrikken om de zerken
overeind te zetten »als hij maar zorgt ze niet met vette mortelbrij aan te gieten”.

Dit betoog is een onderdeel van een requisitoir door Prof. v. d. KI. tegen het
gebruik van ongeschikte specie gehouden.

Musea.

’s Rijks aanwinsten uit de verzameling Steengracht. — Dr. Martin schrijft op blz. 12
van het vorige nummer van het Bulletin de bijschriften bij de reproducties in den
catalogus der Steengracht-aankoopen-tentoonstelling van de Vereeniging Rembrandt ten
onrechte aan mij toe. Aanvankelijk deelde ik in het voorwoord voor dien catalogus mede,
wie de bijschriften schreef; de auteur zelf echter schrapte deze mededeeling in de drukproef.

Ook voor de toeschrijving aan Rembrandt van alle in denzelfden catalogus
beschreven teekeningen ben ik niet aansprakelijk; ik liet de mij door Dr. Hofstede de
Groot afgestane aanteekeningen afdrukken; dat ik het in vele gevallen niet met de toe-
schrijving eens ben, deed daar niets ter zake.

H. TEDING VAN BERKHOUT.

De door het Rijk met steun van «Rembrandt” en particulieren aangekochte schilderijen
worden geplaatst in het Mauritshuis.

Museumplannen te Rotterdam. — De allerjammerlijkste toestand, waarin de ver-
zameling oudheden te Rotterdam verkeert, heeft het dagelijksch bestuur ertoe gebracht
om voorstellen te doen tot het stichten van een museum van oudheden en van kunst-
nijverheid. Rotterdam toont hierbij weder dat het, als het eenmaal begint, ook royaal
weet aan te pakken. Plannen om bestaande gebouwen tot museum in te richten worden
terzijde gesteld en voor een nieuw te stichten museum aan het Henegouwerplein wordt
500.000 gulden aangevraagd.

Personalia.

In de gisteren te Arnhem gehouden algemeene vergadering der vereeniging »de
Doorwerth” is tot directeur van het Nederlandsch Artillerie Museum, in het kasteel
Doorwerth, benoemd de heer F. A. Hoefer wonende te Hattem.

Tot directeur van het mede in het kasteel Doorwerth gevestigde «Geldersch Museum”
is benoemd Jhr. J. Beelaerts van Blokland, wethouder der gemeente Renkum te Oosterbeek.

N. R. Ct. 25 Maart 1914.

92
 
Annotationen