Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 2.Ser. 7.1914

DOI Heft:
Inhoudsopgave
DOI Artikel:
Boekbesprekingen
DOI Artikel:
Korte berichten
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.19803#0164

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
Men ziet, deze indeeling, die natuurlijk niet onaantastbaar is, zal heel wat hoofd-
brekens gekost hebben, en heeft ten minste het voordeel van bruikbare orde te scheppen
in dezen chaos van dingen, waaronder maar zeer weinig zijn, die uit een oogpunt van
kunstwaarde belang opleveren. Op deze wijze worden dergelijke voorwerpen, die maar
een zeer bescheiden deel van het kapittel beschavingsgeschiedenis, waartoe men ze gewoonlijk
rekent, illustreeren, toch bruikbare documenten voor dengene, die zich op de hoogte wil
stellen van het onderdeel dier cultuurgeschiedenis, dat men zeden en gewoonten zou
kunnen noemen. Te meer daar zorgvuldig bewerkte registers het opzoeken mogelijk maken.

Ik zeide: de indeeling is niet onaantastbaar en kan dat niet zijn, waar de rubrieken
zulk een groote marge hebben. Zoo zijn onder gilden en neringen (3 Hallen) stukken
gebracht als een groote schoorsteenboezem en een dennenhouten tafel, die men wellicht
onder woning en meubelen zou zoeken. Zoo staan onder «Volkskunst” — een rubriek,
waarvan hier niemand ooit recht begrijpen zal wat ze eigenlijk beteekent — papieren
knipsels, die zeker op zichzelf beschouwd knutselwerken van geen hoogere orde zijn dan
«haarwerken”, die echter elders vermeld zijn. Ook over de onderverdeelingen zou men
van meening kunnen verschillen. De beteekenis van «vechtwapens” is niet al te duidelijk.
Bedoeld zijn waarschijnlijk oorlogswapens of krijgswapens. Maar men kan over dergelijke
woorden twisten en zal, naarmate men zichzelve er in werkt, beseffen, dat de moeilijkheden
dikwijls onoverkomelijk blijken.

Zoo wil ik er dan ook nog liever ten slotte op wijzen, dat de afdeelingen kerk-
boeken en Leidsche drukken aan uitvoerigheid van omschrijving zeker niets te wenschen
overlaten en dat de enkele nummers, waaronder dingen vermeld staan, wier uitvoering
ze tot de werkelijke kunstnijverheid doet behooren, zoowel onder de meubelen als onder
de sieraden en elders toch ook behoorlijk tot hun recht komen.

Alles samengenomen kan men de verzameling en den schrijver gelukwenschen met
dezen Catalogus.

Zestien goede autotypiën, waarvan de schikking soms wel wat stillevenachtig is
uitgevallen, wat echter bij den aard der verzameling past, versieren de uitgave.

Utrecht. W. VOGELSANG.

KORTE BERICHTEN.

Musea.

Stedelijk Museum te Rotterdam. — In de Raadsvergadering van 7 Mei 1.1. kwam
te Rotterdam aan de orde het voorstel van B. en Ws. om op het Henegouwerplein een
Museum van Oudheden en Kunstnijverheid te stichten en daarvoor een crediet van
f 500.000 beschikbaar te stellen.

De tegenwoordige opstelling in de veel te kleine en sombere vertrekken onder het
Museum Boymans vond uit den aard geen verdediger, doch wel bleken er ernstige bezwaren

151
 
Annotationen