Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 2.Ser. 7.1914

DOI Heft:
Inhoudsopgave
DOI Artikel:
Six, Jan: Derde voorloopig bericht omtrent de schilderingen in den kap van de Zuider- of St. Pancraskerk te Enkhuizen
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.19803#0181

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
eikenhout is iets blanker gebleven, waarschijnlijk ten gevolge van zonniger ligging
van de kap.

Ook de beide balken met hun karbeelen, die reeds schoon zijn gemaakt, hebben
redelijk wel leesbare opschriften op banderollen.

S. Vijzelaar, de schilder die de dekkende verflaag verwijdert, maakte van die
moeilijk te ontcijferen gothische letters opschriften, die in het algemeen betrouwbaar
lijken. Ik heb die ten minste grootendeels kunnen lezen. De verdere lezing is gelukt,
van den eersten balk door de hulp van den Heer J. F. M. Sterck, die mij het thans in

gebruik zijnde gebed bij de inwijding van een kerk en de woorden van den hymnus

mededeelde. Het gebed is uitgebreider; in het kerklied ontbreekt een woord. Die van
de tweede balk herkende ik dadelijk als woorden uit het Hooglied. Opmerkelijk is daarbij
dat de meeste verzen weer zijn overgenomen uit een blokboek, het Canticum canticorum.
Daar ik niet in de gelegenheid was de opschriften zelf na te gaan, kan ik, waar blijkbaar
fouten in het afschrift staan niet met zekerheid zeggen of die, zooals het schijnt, reeds
op den balk voorkomen. In meer dan een geval lijkt het afschrift volkomen betrouwbaar,
waar toch zeker een fout is.

Ik geef dus geen diplomatisch opschrift, maar een leesbaren tekst. Wat verloren
ging staat tusschen [], wat ontbreekt tusschen ( ).

lste balk; Westkant, karbeel:.111! balk: [25]CHCbtC bflmhlC A 0011111111 IJitUlll A

ct tnnncé tjaüitantcf. in ca ^itijuc intca ^anitajs ^anctitaö V ca^tita^ amintia (?)

karbeel: blttllCi hlCtOCia onderkant karbeel: flbC£r *»pC*t Ct balk: carita*? liciliijllita^
tcmpetatitia paciciitia *>pirituaït*i A ct alictncntia per karbeel: mfhitta ^ccuïa.

Oostkant karbeel: SCïicïua balk: [Jjjaflic regtna mi£cticorbi(ac) A bita buïccba
ct [öpeii] A iioGtra Jiaïbc ab tc cïama II linie, cciMcs fiïij cltc ab karbeel: [tc] óitGph
ra I (imiö).

2de balk; Westkant karbeel: [Ctl'C] balk: [ptljaill pltïdjta C;3 Ct II pltaill bCCOta
cari^inia II in bcïinjb II ptatura tua II a^imiïata c^t païnic ct uöcra tua karbeel:
[ïiotrip], onderkant, karbeel: [lAibcainué] balk: £1 ftnrucruiit niaïa punica II uït: baba
tiüi uücra II inca aïïcïua aïlcïua karbeel: [aücïua].

Oostkant, karbeel: [capllt tUltlll C*lt] balk: carillCÏU^ A Caïïlllll «ilCUt ttlftib
citttrnca A hciii biïertc mi cijrcbianiur in agrttiti A liibcaiiitni *ii fiurcé fructitb
karbeel: [pattltrhtllt].

Onder den Zuiderkarbeel van den eersten balk zijn de drie haringen van Enkhuizen
geschilderd. Het is dus niet onmogelijk dat tusschen karbeel en balk de onleesbare over-
blijfselen van schijnbare letters van den naam van den schilder zouden kunnen afkomstig
zijn. Maar er staat zeker niet, zooals in het «Bulletin” onlangs, blz. 89, uit de «Nieuwe
Rotterdamsche Courant” werd overgenomen H. Reik, de eerste letter lijkt een ?U. Uit
de rest kon ik in het geheel niets maken. Een afgekorte voornaam voor een «van” zou in
de XVde eeuw al even onmogelijk zijn als de spelling Reik is.

De Heer A. Dekema te Enkhuizen heeft ook thans weer eenige opnamen van

168
 
Annotationen