Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

De Dietsche warande: tijdschrift voor kunst en Zedegeschiedenis — 3.Ser. 2.1889

DOI Page / Citation link:
https://doi.org/10.11588/diglit.24586#0542

DWork-Logo
Overview
Facsimile
0.5
1 cm
facsimile
Scroll
OCR fulltext
camilla’s opdracht.

5 i 3

a En waarom niet, cara mia sposa! »

« Omdat ik u heb ontraoet. »

« Margarita! Juist mijn liefde zal u bezielen om
nog grooter meesterstuk te scheppen. »

Zij schudde het hoofd.

« Neen, Paolo! dat is gedaan, kom, verlaten wij deze
kamer, de grond brandt mij hier onder de voeten O wat
moet ik u liefhebben, dat ik u hier durfde brengen ! »
Hij wilde haar liefkoozen, zij weerde hem echter
af en drong hem met zacht geweld naar buiten, waar
moei Aleida en Johanna hen vroolijk plaagden met hun
lange afwezigheid.

V.

Drie dagen later kwarnen Huibert en Jan van Eyck
in Brügge terug, en verhaalden hunne zuster veel van
het schoone, schitterende hoi van den goeden Graaf,
van zijn kunstlievende plannen en van zijn dringende
uitnooaiging aan zijn lievelingsschilders om Brügge
metterwoon te verlaten en zieh in Gent te vestigen.

Margaretha veinsde aandachtig te luisteren naar de
woorden harer broeders, maar elk vriendelijk gezegde,
elke hartelijke begroeting drukte haar neer; zij voelde
zieh hun goedheid onwaardig en verlangde niets vuriger
dan hun haar liefde te bekennen en hun toestemming
te vragen voor haar openlijke verloving met den Italiaan.
Eindelijk toen zij opstonden orn zieh naar hun werk-
plaats te begeven, hield zij Huibert terug en fluisterde
hem toe :

« Broeder! Ik .wilde u gaarne spreken, wanneer
kan dit geschieden? »

« Mij spreken? » hij glimlachte, « dan is het
ongetwijfeld, over een belangrijke zaak, want wij doen
nu immers niets als spreken »
 
Annotationen