DOI Seite / Zitierlink:
https://doi.org/10.11588/diglit.29245#0073
\Tekenkon ft ( Derfpeöïief.) 61
oogpunt komen j om dat ze als dan, by na in malkander zullen val-
len $ en behalven dat, zo ons eenige breuken voorkomen, ais i of I, of
diergelyke breuken, die noggrooter kunnen zyn : want men moet aan
merken , dat de afftant der Voorbeelden niet altyt in gelyke voeten en
duimen zyn, en dierhaiven dat de telling der afftanden niet altyt even
is, maar meenigmaal gebrokens kan hebben, gelijk rerstont gezegt is*
invoegen dat deze regels, niet zoo volmaakt zyn in hun geslagt, als
de vcoren beschreevene, om dat de voorgaande zuiverlyk meetkon-
stig zyn , en alteit meetbaar zyn : want de meetkonst bezit deeze vol-
maaktheit, maar de telkonst niet. Indien wy ons dan willen bedienen
van deze regel, zo zal deze ’t gemakkelijkst, in de even voeten zyn,
zo gy u afteekening na de voetmaat begeert te maaken, enz.
Wy hebben hier nog by gevoegt in no. n , en afgeteekent naar de
voetmaat , eenige verheeve blokken , op een gront, die alree in de
Doorzigtkunde afgeteekent is, en gevonden werden door ’tsnyden van
een regte lyn : dat is, trekt van de punten i, 2, 3,4, 5 enzovoorts
lynen na ’t oogpunt O, dan Helt imde gezichteinder (na de linker of
regter zyde, ’t welk ’t zelfde is) zoo veel voeten , als men begeert
van de grondlyn af te staan , wy neemen hier ssegts 7 voeten :
trekt dan van 13 een lyn tot 7 (van O af tellende,) dat is hier in D,
deze snijd alle de lijnen , getoogen van de punten 1 , z , 3 en zoo
voorts , na ’t oogpunt O, en hier door wert de rest zodanig bepaalt,
gelyk het Voorbeelt aanwijst. Wy hebben hier nog in no. 13 , eeni-
ge boogen afgeteekent, de welke mede gevonden zyn , door ’tsnijden
der hoeklijn D 14, en de reit verklaart het voorbeelt zelfs.
'DERDE DEED
Van de gelykzydige lighamen (Corpora regularia) en om des zelss
grond en verheeve teekening te vinden, als ook de zelve in
de Doorzigt kunde as te teekenen.
L Werks uk.
En eerfelyk , van die geene , de welke uit vier gelijkzijdige driehoeken
beftaan»
Van deze zullen wy kortelijk handelen, en alleenlyk leerenvinden,
H 3 de
oogpunt komen j om dat ze als dan, by na in malkander zullen val-
len $ en behalven dat, zo ons eenige breuken voorkomen, ais i of I, of
diergelyke breuken, die noggrooter kunnen zyn : want men moet aan
merken , dat de afftant der Voorbeelden niet altyt in gelyke voeten en
duimen zyn, en dierhaiven dat de telling der afftanden niet altyt even
is, maar meenigmaal gebrokens kan hebben, gelijk rerstont gezegt is*
invoegen dat deze regels, niet zoo volmaakt zyn in hun geslagt, als
de vcoren beschreevene, om dat de voorgaande zuiverlyk meetkon-
stig zyn , en alteit meetbaar zyn : want de meetkonst bezit deeze vol-
maaktheit, maar de telkonst niet. Indien wy ons dan willen bedienen
van deze regel, zo zal deze ’t gemakkelijkst, in de even voeten zyn,
zo gy u afteekening na de voetmaat begeert te maaken, enz.
Wy hebben hier nog by gevoegt in no. n , en afgeteekent naar de
voetmaat , eenige verheeve blokken , op een gront, die alree in de
Doorzigtkunde afgeteekent is, en gevonden werden door ’tsnyden van
een regte lyn : dat is, trekt van de punten i, 2, 3,4, 5 enzovoorts
lynen na ’t oogpunt O, dan Helt imde gezichteinder (na de linker of
regter zyde, ’t welk ’t zelfde is) zoo veel voeten , als men begeert
van de grondlyn af te staan , wy neemen hier ssegts 7 voeten :
trekt dan van 13 een lyn tot 7 (van O af tellende,) dat is hier in D,
deze snijd alle de lijnen , getoogen van de punten 1 , z , 3 en zoo
voorts , na ’t oogpunt O, en hier door wert de rest zodanig bepaalt,
gelyk het Voorbeelt aanwijst. Wy hebben hier nog in no. 13 , eeni-
ge boogen afgeteekent, de welke mede gevonden zyn , door ’tsnijden
der hoeklijn D 14, en de reit verklaart het voorbeelt zelfs.
'DERDE DEED
Van de gelykzydige lighamen (Corpora regularia) en om des zelss
grond en verheeve teekening te vinden, als ook de zelve in
de Doorzigt kunde as te teekenen.
L Werks uk.
En eerfelyk , van die geene , de welke uit vier gelijkzijdige driehoeken
beftaan»
Van deze zullen wy kortelijk handelen, en alleenlyk leerenvinden,
H 3 de