HISTORIPENNINGEN. I. Boek. x3
1604.
MIRACULUM MEUM JEHOVA: ANNO 1604. -'
BE HEERE IS MEN WONDERWERK: IN 'T JAAR 1604.
II. De tweede, die de zelfde voorzyde heeft, verbeeldt op de tegenzyde de gewonne stad met
de in de haven leggende galeijen, omzoomd met dit randschrift, en onder den Hebreeuwsehen
naamJEHOVAH
TRAXIT, DUXIT, DEDITquë. 1604.
DE HEERE HEEFT (ONS) GETROKKEN, GELEED, EN
(DE STAD) GEGEEFEN. 1604.
III. Dederde, wiens voorzyde aan de achterzyde van den eersten gelyk is, voert op de tegen^
zyde, binnen de wapensehilden van de Ridderschap en stemmende steden van Zeeland en om het
wapensehild van dat Gewest, deeze spreuk:
LUCTOR ET EMERGO.
IK WORSTEL EN HOU MT BOFËN.
IV. Dewyl de vierde alleen bestaat uyt de ruggestukken van den eersten en tweeden, zoo ve^
eyscht hy alhier geene nieuwe beschryving, zoo als in de afbeelding te zien is.
V. Van den vyfden bestaat de voorzyde uyt het ruggestuk van den tweeden, en heeft verder,
binnen de wapensehilden van de Ridderschap en stemmende steden, om dat van het Gewest zels
zynen naam,
ZEELANDI A.
ZEELAND.
VI. De laatste heeft ook de zelfde verbeelding en 't zelfde omschrift op de eene , doch het
gekroonde wapensehild van Zeeland, binnen deeze woorden, op de andere zyde:
CALCuli CAMer/e RATionum ORdinüm ZELandi^
LEGPENNINGEN KAN DE REKENKAMER DER
STAATEN FAN ZEELAND.
Buytenom welke woorden nog dit tweede randschrift geleezen wordt.
BEATUS POPULUS, CUJUS ADJUTOR DEUS.
WELGELUKZALIG IS HET FOLK, WIENS HELPER GOD IS.
De Aartshertog toonde groote droefheyd
wegens het verlies van Sluys; dewyl men
beducht was dat Maurits , door het be-
haalde voordeel aangemoedigd, met vlie-
gende vendelen tot het ontzet van Oostende
zoude opkomen. Des wierdt op alles or-
de gesteld om het gevreesde te beletten ,
de toegangen verschanst, de stad Damme
(t)Bentiv. en de Ichans (1) Blankenberg wel bezet ,
NedOo'r! 's waarlangs Maurits noodzaakelyk zy-
^ 713- °nen optogt moest neemen. Ondertusschen
wierdt het beleg van Oostende met den
(2) Resol.
der Staat,
van Holl.
24 Febr.
1604. fol.
68.
uytersten naadruk voortgezet, eerst de (2)
gracht en eyndelyk de wal vermeesterd :
waarachter die vanbinnen eenen nieuwen
met grachten, strykweeren , en bolwer-
ken opgeworpen, en dien Troje genaamd
hadden. Dan mids deeze werken onbe-
dorven waaren, konden zy het geweld der
II. Deel.
beleggeren nietlangwederstaan: temmeer ^^
mids de vyand niet ophieldt met mynee- Groot
ren ; zulks hem door dit middel gelukte
zich.eenen weg tot in de oude stad te
baanen. Waarom de Vereenigde Staaten,
overweegende, dat 'er reeds over de veer-
tig (4) tonnen gouds gespild en een zeer (4) Meten
groot getal van soldaaten gesneuveld
waaren, en in 't vervolg nog meer stonden versoi
te sneuvelen ; ja dat , zoo men op eer en
voordeel het oog liet vallen, behalven de
stedenRynberk en deGraaf, door het ver-
overen van Sluys indrie maanden grooter
glori en winstbejaagd was,dan Aalbert, naa
een driejaarig beleg zich door 't winnen van
Oostende kondeaanmaatigen,eyndelyk be-
ssooten de nog overige puynhoopeh onder
billyke voorwarden den Spanjaard in te
ruymen, waartoe zy uytdrukkelyk bevel
D ' (!)
1604.
MIRACULUM MEUM JEHOVA: ANNO 1604. -'
BE HEERE IS MEN WONDERWERK: IN 'T JAAR 1604.
II. De tweede, die de zelfde voorzyde heeft, verbeeldt op de tegenzyde de gewonne stad met
de in de haven leggende galeijen, omzoomd met dit randschrift, en onder den Hebreeuwsehen
naamJEHOVAH
TRAXIT, DUXIT, DEDITquë. 1604.
DE HEERE HEEFT (ONS) GETROKKEN, GELEED, EN
(DE STAD) GEGEEFEN. 1604.
III. Dederde, wiens voorzyde aan de achterzyde van den eersten gelyk is, voert op de tegen^
zyde, binnen de wapensehilden van de Ridderschap en stemmende steden van Zeeland en om het
wapensehild van dat Gewest, deeze spreuk:
LUCTOR ET EMERGO.
IK WORSTEL EN HOU MT BOFËN.
IV. Dewyl de vierde alleen bestaat uyt de ruggestukken van den eersten en tweeden, zoo ve^
eyscht hy alhier geene nieuwe beschryving, zoo als in de afbeelding te zien is.
V. Van den vyfden bestaat de voorzyde uyt het ruggestuk van den tweeden, en heeft verder,
binnen de wapensehilden van de Ridderschap en stemmende steden, om dat van het Gewest zels
zynen naam,
ZEELANDI A.
ZEELAND.
VI. De laatste heeft ook de zelfde verbeelding en 't zelfde omschrift op de eene , doch het
gekroonde wapensehild van Zeeland, binnen deeze woorden, op de andere zyde:
CALCuli CAMer/e RATionum ORdinüm ZELandi^
LEGPENNINGEN KAN DE REKENKAMER DER
STAATEN FAN ZEELAND.
Buytenom welke woorden nog dit tweede randschrift geleezen wordt.
BEATUS POPULUS, CUJUS ADJUTOR DEUS.
WELGELUKZALIG IS HET FOLK, WIENS HELPER GOD IS.
De Aartshertog toonde groote droefheyd
wegens het verlies van Sluys; dewyl men
beducht was dat Maurits , door het be-
haalde voordeel aangemoedigd, met vlie-
gende vendelen tot het ontzet van Oostende
zoude opkomen. Des wierdt op alles or-
de gesteld om het gevreesde te beletten ,
de toegangen verschanst, de stad Damme
(t)Bentiv. en de Ichans (1) Blankenberg wel bezet ,
NedOo'r! 's waarlangs Maurits noodzaakelyk zy-
^ 713- °nen optogt moest neemen. Ondertusschen
wierdt het beleg van Oostende met den
(2) Resol.
der Staat,
van Holl.
24 Febr.
1604. fol.
68.
uytersten naadruk voortgezet, eerst de (2)
gracht en eyndelyk de wal vermeesterd :
waarachter die vanbinnen eenen nieuwen
met grachten, strykweeren , en bolwer-
ken opgeworpen, en dien Troje genaamd
hadden. Dan mids deeze werken onbe-
dorven waaren, konden zy het geweld der
II. Deel.
beleggeren nietlangwederstaan: temmeer ^^
mids de vyand niet ophieldt met mynee- Groot
ren ; zulks hem door dit middel gelukte
zich.eenen weg tot in de oude stad te
baanen. Waarom de Vereenigde Staaten,
overweegende, dat 'er reeds over de veer-
tig (4) tonnen gouds gespild en een zeer (4) Meten
groot getal van soldaaten gesneuveld
waaren, en in 't vervolg nog meer stonden versoi
te sneuvelen ; ja dat , zoo men op eer en
voordeel het oog liet vallen, behalven de
stedenRynberk en deGraaf, door het ver-
overen van Sluys indrie maanden grooter
glori en winstbejaagd was,dan Aalbert, naa
een driejaarig beleg zich door 't winnen van
Oostende kondeaanmaatigen,eyndelyk be-
ssooten de nog overige puynhoopeh onder
billyke voorwarden den Spanjaard in te
ruymen, waartoe zy uytdrukkelyk bevel
D ' (!)