Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Loon, Gerard van; Lom, Christiaan van [Oth.]; Vaillant, Isaac [Oth.]; Gosse, Pierre [Oth.]; Alberts, Rutgert Christoffel [Oth.]; Hondt, Pieter de [Oth.]
Beschryving Der Nederlandsche Historipenningen: Of beknopt Verhaal van't gene sedert de Overdracht Der Heerschappye Van Keyzer Karel Den Vyfden Op Koning Philips Zynen Zoon, Tot het sluyten van den Uytrechtschen Vreede, In de zeventien Nederlandsche Gewesten is voorgevallen (Tweede Deel) — In 's Graavenhaage: By Christian Van Loom, Isaac Vaillant, Pieter Gosse, Rutgert Alberts, en Pieter De Hondt, 1726

DOI Page / Citation link:
https://doi.org/10.11588/diglit.70215#0414
Overview
Facsimile
0.5
1 cm
facsimile
Scroll
OCR fulltext
404
BESCHRYVING
D E R
NEDERLANDSCHE
HISTORIPENNINGEN,

DES TWEEDEN DEELS

V YFDE BO E K.

;Ë Franqoizen , Wier krygs-
bedryven des overleeden Hee-
ren van Breederoodes oudste
Zoon Hendrik, om zich in den
(t) Aitze- ^^^^^ Wapenhandel te oeffenen (i)
mamaken totnogtoe had by gewoond , ziende hoe de
enoo'rL Spanjaards Quênoy , dat ze door geweld
in.deel, niet konden herwinnen,dooruythongeringI
sol.11936 trachtten te vermeesteren, (panden vroeg- ]
tyds hunnegedachten in,om deingessooten
gehoude stad van het noodige te voorzien.
Tot dat eynde deeden hunne benden , in
verscheydene kleyne lighaamen verdeeld,
langs verscheydene oorden verscheydene
beWeegingen, om den Spanjaard, die de
toegangen bezet hieldt, in onzekerheyd
van het zekere voorneemen te houden.
Over een der zelve had de Markgraaf van
Kastelneau, Luytenant van den Maar-
schalk van Turenne, het bevel: welke
(i)Larrcy verstaande dat vyfhonderd Spanjaards zich
Louis' (2) 'n de benedenstad van Chatelet ophiel-
Xiv.tom. den, om Vandaar in Pikardië te loopen
II .Pag- stroopen, op 't onvoorzienst die stad be-
(3) De rende, ze stormenderhand innam, de be-
Histncde" zetting door de kling joeg, en de plaats
Louis zelve, naadat hy ze aan vier hoeken had
laaten 'n (3) brand steeken, geheel aan
168.' kooien leyde. De Spanjaards hierover ver-

baasd, en beducht dat ook de Maarschalk
van Turenne op eene andere stad van meer
gewigts in dien oord het oog mogte heb-
ben, verzwakten de inssuyting, met eenige
hunner benden in de meestbedreygde Be-
den te werpen: doch niet zoodra was dit
by den Markgraaf van Kastelneau ge-
merkt, of die smeet, onder geleyde van
zes- of zevenduyzend man , andermaal
den noodigen voorraad in de benaauwdo
stad, met zoo groote behendigheyd, dat
dees onderstand reeds daarbinnen geko-
Imen waare, eer de Prins van Kondé, die
met achtduyzend man tusschen Chateau
(4) Kambresi en Quênoy , om dat te be- si4j,d^"
letten, gelegerd was, van zyne optogt de fer. tom.L
minde kennis had. En dewyl de gemelde ^"^
Markgraaf van Kastelneau te voore nog-
eens,onder geleyde van duyzend ruyters en
vyftienhonderd man te voet, ieder met
eenen zak (?) graans achter zich, de in- s$)Parival
gessootestad het noodige verfchaft had,ont-
viel den Spanjaarden de moed en hoope van pag. 1x0.
die door 'cuythongeren te zullen konnen
dwingen; en gaf hunne daarop gevolgde
aftogt, welke zonder bloedvergieten en
ssechts als fpeelswyze was uytgewerkt,
gelegenheyd tot het munten van deezen
legpenning.


Het borstbeeld vin den zeegepraalenden Koning, hebbende het hoofd met eenen lauwerkrans
Versicrd, Raat op de voorzyde, binnen dit omschrift:
LU-
 
Annotationen