DOI Page / Citation link:
https://doi.org/10.11588/diglit.70215#0096
86 NEDERLANDSCHE
1613. Op de tegenzyde ziet men boven eenen Leeuw, 't zinnebeeld der dapperheyd, en onder eene
PiënT" Keyzerlyke kroon, door wier gunst hy verkooren was, eenen schepter tusschen eenen olyf- en
Valer. lauwertak, en dit alles overschaduwd van eene luchtige wolk, waarin een open oog, het (i)zin-
Hierogl. nebeeld der Godheyd, gezien wordt; nevens deeze spreuk:
Iib.
^t. AVITA FIDE.
333.
IN HET VOOROUDERLTKE GELOOF.
II. De tweede, die te Luyk op het doen zyner intreede gestrobid is , voert op de voorzyde
zyn borststuk, en zoo in deezen rand als op de geheele tegenzyde dit om- en opschrift:
FERDinandus, Dei Gratia ARCHiepiscopus ET ELectorCOLo-
niensis, Prïnceps LEODii, BAVARIaE DUX CIVITATEM
SUAM LEODium INGREDIens IN POPULum
MITTEBAt: „.JANUarii 1613.
FERDINAND, DOOR GODS GENADE AARTSBISSCHOP EN KEUR-
VORST VAN KEULEN, PRINS VAN LUTK, HERTOG TE BEIJERE
heeft; IN ZYNE 'STAD LUTK ZTNE INTREEDE DOENDE
DEEZE ONDER HET VOLK GESTROOID:
DEN 27. VAN LOUWMAAND. 1613.
III. Het Roomsche geloof zit op de voorzyde van den derden, houdende in de eene hand een
kruys en in de andere eenen kelk; boven zyne gewoonlyke spreuk:
AVITA FIDE.
IN HET VOOROUDERLTKE GELOOF.
Voorts staat zoo in den rand dier voor- als der tegenzyde, die zyn wapenschild voert , dit om^
schrift:
S UBDUCENDIS RATIONIBUS IN CAMERA RATIONARIA
LEODIENSI. 16%
OM TE REKENEN IN DE LUTKSCHE REKENKAME R. 1614.
(2) Resol.
derStaaten
van Holl.
van 5 tot
29 Maart
1613. fol.
8.
(?) Neu-
ville Hist.
van Holl.
I. deel,
pag.74-
(4) Merc.
Frans.
1613.
tome III.
pag.65.
versa.
(5) Aan-
hangsel
Resol.
derStaaten
van Holl.
van 12
July tot
10 Aug.
1612,. fol.
24.
(6) Resol.
der Ge-
cornm.
Raad,
van Holl.
2 Mey
1612, fol.
123.
Gelyk men wegens de verheffing van
Ferdinand te Luyk en Keulen zeegevierde,
zoo wierden in's Graavenhaage,wegens dat
Graaf Maurits met de (2) Ridderordre van
den Hoosband door Koning Jakob van En-
geland was begiftigd, geen mindere teke-
nen van blydschap gepleegd. De dag der
plegtigheden (3) zoo te Londen als in 's
Graavenhaage was de vierde van Sprokkel-
maand : verbeeldende Graaf Willem van
Nassou, die Neef van Maurits was, zynen
persoon in Engeland; alwaar hy ook uyt
den naam van Maurits den gewoonlyken
eed (4) asseyde, van de grondwetten dier
Ordre te zullen naakomen, inzooverre die
de Voorrechten der Vereenigde Gewesten
niet benaadeelden: en dat ingevolge van
het Bessuyt (5) door de Staaten van Hol-
land op die verheffing genomen, naadat
door den Engelschen Afgezant van dit (6)
voorneemen zyns Konings op eene zeer
plegtige wyze aan hunne Gemagtigde Raa-
den was kennis gegeeven. Vroegtyds 's
morgens was ook ten zelven dage de be-
zetting en uytgedoste burgery van 's Graa-
>het Buyten-als Bin- (7) Merc.
wapenen gekomen ;
lags omtrent drie uu- tomeiii.
venhaage, zoo (7) 01
nenhof aldaar, in de
werwaart des naamid
ren de Engelsche Afgezant, verzeld van 'erf,"
den Heroud Garter, Graaf Maurits van zyn
verblyf geleydde: zynde óp de zaal, tot
het verrichten deezer plegtigheyd vervaar-
digd, ondertusschen ook de Algemeene
Staaten, veele Leden uyt den Magistraat
van 's Graavenhaage, en de Fransche (8) (8) Neu-
Afgezant verscheenen. Naadat men de
wederzydsche pligtpleegingen geëyndigd I.adeei°,°
en ieder volgens zynen rang zich geplaatst Pa^7+
had, begost de Engelsche Afgezant zyne
aanspraak , en, daarby de reden deezer
samenkomste verklaard hebbende, stelde
het getuygschrift van Maurits aanstelling
tot Ridder van den Hoosband in de han-
den van den voorzittenden Heer der Staat-
fche vergaderinge , welke het door den
Griffier den Staaten liet voorleezen. Naa
de leezing voerde de Engelsche Afgezant
nogmaals Graaf Maurits eene korte reede Nen-
toe, die hem met weynige woorden be- vanHoit
dankte, wegens de Ridderordre, metwel- Ldeei,
ke p^75e
ƒ