DOI Page / Citation link:
https://doi.org/10.11588/diglit.70215#0142
NEDERLANDSCHE
1620. Naadat het leger van Frederik op
deeze wyze geheel uyt het veld was
gessaagen, opende de stad Praag haa-
re poorten , mids niemand in staat was
om aan het zeegepraalende leger voor-
taan het hoofd te bieden; zulks in 't kort
Franso" wel veertig Boheemsche steden(i)gewon-
1620. nen, en die van Silezië te raade wierden
^4% van zich aan denKeyzer, door de bemid-
deling van den Keurvorst van Saxen, te
onderwerpen: aan wien zy tot dat eynde
een plegtig Gezantschap afvaardigden,
met verzoek van vergeeving van 't voor-
leedene, en aanbiedinge van den Keyzer
voor Landvorst te erkennen, aan hem op
nieuws den eed van onderdaanigheyd af te
leggen, de R oomschen by hunnen rech-
ten te handhaaven, honderdduyzend du-
kaaten op te brengen om de geligte man-
QMere. fchap af te betaalen, en van de (2) verbon-
Ws' den af te stappen, die zy voorheen met
tome VL andere Vorsten en Landen, ten naadeele
des Keyzers, hadden aangegaan, en ge-
ssooten. Op deezen grondslag tradt men
in onderhandeling, en wierdt het verdrag
der verzoeninge van Silezië met zyne
1621. Keyzerlyke Majesteyt, op den achtsten
van Sprokkelmaand des jaars zestienhon-
derdeenentwintig, te Dresde onder de be.
middeling van den Keurvorst van Saxen,
als uytvoerder van den Keyzerlyken Ban,
geslooten en ondertekend, en tien dagen
laater een plegtige Dankdag gehouden,
wiens kerkdiensten door den Keurvorst van
Saxen, zyne Gemaalin, en veele Prinsen
en Prinsessen van het Saxische Huys per-
soonlyk bygewoond wierden. Naadat die
geeyndigd waaren, begaf zich ieder naar 't
Vorstlyke hof, alwaar de Keurvorst als
Rechter zich in een verheven gestoelte
zettede, en door monde van den Hoofd-
raad Schoenberg het ssuyten van ’t Silezische
zoenverbond bekend maakte : 't gene
door den Geheymschryver des Keurvor-
sten wierdt geleezen, en aan den Hertog
van Munsterberg en andere Silezische Af-
gezanten ter hand (3) gesteld, met betuy- Fsan,"
ginge, dat zyne Keurvorstlyke Doorluch-
tigheyd die van Silezië wegens de herstel- '
de rust geluk wenschte, en van haare toe-
genegenheyd en goede gunst verzekerde.
Deeze betuyging wierdt door de Silezische
Gezanten met dankzegginge beantwoord,
en aldus niet min de rust van Silezië door
deeze bemiddeling dan die van Lausnits
door de wapenen hersteld ; waarvan de
gedachtenis op deezen gedenkpennig be-
waard wordt.
Op het voorstuk ziet men den Keurvorst van Saxen, dien de Keyzer in erkentenis deezer hulpe
met het geheele Lausnits beschonk, in volle wapenrusting te paarde zitten ; binnen dit rand-
fchrift:'
JOHANnes GEORGius, Dei Gratia DUX SAXONI&, JULiaci,
CLEvije ET MONtium. MDCXXI.
JOHAN JORIS, DOOR GODS GENADE HERTOG PAN SAXEN,
GULIK, KLEEF EN BERG. 1621.
(4) Horat. Een degen omvlochten met eenen olyftak, wordt op het ruggestuk door eene hand, die uyt
Od '' wolken komt, vastgehouden, binnen deeze (4) spreuk van den Lierdichter :
&x8°. IDEM PACIS MEDIUSQUE BELLL
DE ZELFDE IS MIDDELAAR VAN DEN VREEDE EN
DEN OORLOG.
De groote blydschap, die men in de
Roomsche Nederlanden, wegens het be-
vreedigen van Silezië en andere voordeelen,
voor het eyndigen van 't voorgaande jaar
verkreegen alom had opgevat, wierdt in
den aanvang van dit nieuwe, door het on-
ver-
1620. Naadat het leger van Frederik op
deeze wyze geheel uyt het veld was
gessaagen, opende de stad Praag haa-
re poorten , mids niemand in staat was
om aan het zeegepraalende leger voor-
taan het hoofd te bieden; zulks in 't kort
Franso" wel veertig Boheemsche steden(i)gewon-
1620. nen, en die van Silezië te raade wierden
^4% van zich aan denKeyzer, door de bemid-
deling van den Keurvorst van Saxen, te
onderwerpen: aan wien zy tot dat eynde
een plegtig Gezantschap afvaardigden,
met verzoek van vergeeving van 't voor-
leedene, en aanbiedinge van den Keyzer
voor Landvorst te erkennen, aan hem op
nieuws den eed van onderdaanigheyd af te
leggen, de R oomschen by hunnen rech-
ten te handhaaven, honderdduyzend du-
kaaten op te brengen om de geligte man-
QMere. fchap af te betaalen, en van de (2) verbon-
Ws' den af te stappen, die zy voorheen met
tome VL andere Vorsten en Landen, ten naadeele
des Keyzers, hadden aangegaan, en ge-
ssooten. Op deezen grondslag tradt men
in onderhandeling, en wierdt het verdrag
der verzoeninge van Silezië met zyne
1621. Keyzerlyke Majesteyt, op den achtsten
van Sprokkelmaand des jaars zestienhon-
derdeenentwintig, te Dresde onder de be.
middeling van den Keurvorst van Saxen,
als uytvoerder van den Keyzerlyken Ban,
geslooten en ondertekend, en tien dagen
laater een plegtige Dankdag gehouden,
wiens kerkdiensten door den Keurvorst van
Saxen, zyne Gemaalin, en veele Prinsen
en Prinsessen van het Saxische Huys per-
soonlyk bygewoond wierden. Naadat die
geeyndigd waaren, begaf zich ieder naar 't
Vorstlyke hof, alwaar de Keurvorst als
Rechter zich in een verheven gestoelte
zettede, en door monde van den Hoofd-
raad Schoenberg het ssuyten van ’t Silezische
zoenverbond bekend maakte : 't gene
door den Geheymschryver des Keurvor-
sten wierdt geleezen, en aan den Hertog
van Munsterberg en andere Silezische Af-
gezanten ter hand (3) gesteld, met betuy- Fsan,"
ginge, dat zyne Keurvorstlyke Doorluch-
tigheyd die van Silezië wegens de herstel- '
de rust geluk wenschte, en van haare toe-
genegenheyd en goede gunst verzekerde.
Deeze betuyging wierdt door de Silezische
Gezanten met dankzegginge beantwoord,
en aldus niet min de rust van Silezië door
deeze bemiddeling dan die van Lausnits
door de wapenen hersteld ; waarvan de
gedachtenis op deezen gedenkpennig be-
waard wordt.
Op het voorstuk ziet men den Keurvorst van Saxen, dien de Keyzer in erkentenis deezer hulpe
met het geheele Lausnits beschonk, in volle wapenrusting te paarde zitten ; binnen dit rand-
fchrift:'
JOHANnes GEORGius, Dei Gratia DUX SAXONI&, JULiaci,
CLEvije ET MONtium. MDCXXI.
JOHAN JORIS, DOOR GODS GENADE HERTOG PAN SAXEN,
GULIK, KLEEF EN BERG. 1621.
(4) Horat. Een degen omvlochten met eenen olyftak, wordt op het ruggestuk door eene hand, die uyt
Od '' wolken komt, vastgehouden, binnen deeze (4) spreuk van den Lierdichter :
&x8°. IDEM PACIS MEDIUSQUE BELLL
DE ZELFDE IS MIDDELAAR VAN DEN VREEDE EN
DEN OORLOG.
De groote blydschap, die men in de
Roomsche Nederlanden, wegens het be-
vreedigen van Silezië en andere voordeelen,
voor het eyndigen van 't voorgaande jaar
verkreegen alom had opgevat, wierdt in
den aanvang van dit nieuwe, door het on-
ver-