Loon, Gerard van; Lom, Christiaan van [Oth.]; Vaillant, Isaac [Oth.]; Gosse, Pierre [Oth.]; Alberts, Rutgert Christoffel [Oth.]; Hondt, Pieter de [Oth.]: Beschryving Der Nederlandsche Historipenningen: Of beknopt Verhaal van't gene sedert de Overdracht Der Heerschappye Van Keyzer Karel Den Vyfden Op Koning Philips Zynen Zoon, Tot het sluyten van den Uytrechtschen Vreede, In de zeventien Nederlandsche Gewesten is voorgevallen (Tweede Deel) (In 's Graavenhaage: By Christian Van Loom, Isaac Vaillant, Pieter Gosse, Rutgert Alberts, en Pieter De Hondt, 1726)

a

214 N EDERLANDSCH E
1633. welke twee zoonen Franqois en Judokus vanden (1) Wauwere, gehad heeft. In den rand staat
' dees tytel:
(1) Sweer-
BsooL JOANNES WAVERIUS, ANTVERPIENSIS; EQUES.
259.
JAN VANDEN WAUWERE, ANTWERPENAAR; RIDDER.
De gepaarde hoofden van Merkuur en Minerva, evenals ze by de oude Romeynen onder
(x) Cicer. den naam van Hermathena (2) gebruykt zyn geworden , staan op de rugzyde, boven den naam ,
ad Attic. van den Brussëlschen Penningmaaker A: Waterloos, die hem gemunt heeft , omzoomd
lib.l. ep,4. met deeze spreuk van Seneka:
HONESTI COMES RATIO.
DE REDEN IS GEZELLIN VAN T EERLTKE.
(3) Sweer - II. De tweede, die het zelfde ruggestuk heeft, voert op het voorstuk zyn borstbeeld met de
tii Ath. Ridderlyke keten versierd ; binnen dit verschillende omschrift:
Belg. fol.
489. • .
Joannes WAVERIUS, ANTVERPiensis; EQues; REGi A BELLI
ET jERARII BELGici CONSILiis.
JAN VANDEN WAUWERE, ANTWERPENAAR; RIDDER;
'S KONINGS RAADSHEER VAN DEN OORLOG EN DE
GELDMIDDELEN IN NEDERLAND.

III. De derde, die maar eene penningplaat , en my door den Prins van Rubempré van Brui-
sel toegezonden is, voert in den rand deeze verschillende tytels:
MESSire JEAN VAN DEN WAWERe; CHEValier; Seigneur
DE QUENASTE; DES CONSEILS DU ROIAume.
HEER JAN VANDEN WAUWERE-, RIDDER; HEER VAN ^I-
NASTE; LID VAN DEN KONINGLTKE N RAAD.

In deeze poogingen wierdt de Baander-
heer van Charnassé nietalleen ondersteund
door den Zweedichen Afgezant, wiens Ko-
ning, ter bescherming der in gevaar zynde
Onroomsche Vorsten de wapenen hebbende
aangeschooten, thans de allergeduchtste
vyand van het zeeghaftige Huys van Oos-
tenryk in Duytfchland was, maar ook door
de verjaagde Koningin van Boheeme, op
hoope van , zoo men den Spanjaarden in
Nederland de handen vol werks gaf, door
(4) Aitze- de (4) Zweedsche wapenen haar Keurvorst.
vanstaat" 'yk Huys eerlang in het bezit zyner goe-
en oori. deren in Duytschland hersteld te zien. Ja
t01di2i2 deKoningvan Spanje zelf inplaatse van den
Hertog van Arenberg spoedig af te vaar-
(5) Aitze- digen, gelyk de Roomlche Gemagtigden
^foT den Vereenigde Gewesten beloofd hadden
ss de°e^° '" binnen (5) eenentwintig daagen kon-
fo'1.38.' de geschieden, hielde den zelven, nu op 't

eene dan op 't andere voorwendsel en on-
der 't doen van veele eerbewyzingen, aan
zyn Hofin Spanje, opdat de Vreedehan-
del, die alleen op 't aandringen van den
misnoegden Nederlandschen Adel begon-
nen was, tot hunne ichande mogte te niet
loopen , en zy,by 't afweezen(6) van dit (6) Aitze-
doorluchtige Hoofd, niets euvels ondernee- ™
men. Zulks door dit overwachte draaien en oorl.
de gemoederen op 't hevigste gaande wier- „
den; de blaauwe boekjes en hekelschriften °"
alom door 't Land vloogen , en de On- (7) Aitze-
roomsehe Geestlyken zich niet ontzaagen mazaakeu
van openlyk (7) op den predikstoel te- en^L
gens den aangevangen handel uyt te vaa- I. deel,
ren; ja de Vereenigde Staaten , wanhoo- f°]' "13°
pende aan den goeden uytssag der hande- (8) Aitze-
linge, eyndelyk aan de vier alhier nog ge-
bleevene Gemagtigden der Roomsche en oorl.
Staaten den zeventienden (8) van Winter-
maand