DOI Artikel:
Bywanck, Alexander W.: Voorhistorische en Romeinsche Oudheden: Opgravingen en onderzoekingen in 1920
DOI Artikel:Scheurleer, Lunsingh Constant Willem: Antieke Grieksche Kunstnijverheid, [2]
DOI Seite / Zitierlink: https://doi.org/10.11588/diglit.19958#0061
VOORHISTORISCHE EN ROMEINSCHE OUDHEDEN
45
sche verzameling, in Zuid-Limburg, waar nog zoo veel is te ontdekken, in het Noorden,
in het gebied van terpen en hunnebedden. Om dit te verwezenlijken is evenwel
een hervorming van onzen archaeologischen dienst en van de opleiding der archaeologen
noodzakelijk. Het zal dus nog geruimen tijd moeten duren, voordat dit alles kan
tot stand komen. Laten wij er ons daarom voorloopig des te meer over verheugen,
dat er in ons land nog mannen worden gevonden als de Heer Boeles, die met liefde
en kennis van zaken werken voor de Nederlandsche archaeologie.
A. W. BYVANCK.
ANTIEKE GRIEKSCHE KUNSTNIJVERHEID.
II.
De bekende oudheidkundige W. P. van Stockum Jr. in Den Haag bezit eene
kleine verzameling van Grieksche en Romeinsche oudheden, voornamelijk uit Klein-
Azië. De gelegenheid ontbreekt om alle voorwerpen hier nader te bespreken. Alleen
zij de aandacht in de eerste plaats gevestigd op een aantal glazen fleschjes en bekers,
welke, ofschoon niet versierd, door hunne strakke, zuivere vormen een goed getuigenis
afleggen van den gemiddelden smaak in de eerste drie eeuwen na het begin onzer
jaartelling. Verder moeten genoemd worden: eenige kleine vazen, waarvan een
viertal Cyprische met geometrische versiering, en een ongedecoreerd schaaltje op
hoogen voet, uit Italië afkomstig, maar wellicht op een der Grieksche eilanden
vervaardigd (Vide eeuw v. Chr.). Interessant vanwege de voorstelling is een zwart-
figurige Attische lekythos met de afbeelding van vier grijsaards om een op hooge kolom
zittende sphinx: een voorstelling die verband houdt met de Oedipussage. De flesch
behoort tot de jongere producten van dezen stijl en zal niet vóór het begin der
Vde eeuw zijn vervaardigd. Een laat roodfigurige vaas van Zuid-Italiaansch fabrikaat
(iVde/HIde eeuw v. Chr.) heeft met eene kleine wijziging den ouden Korinthischen
vorm van dekselpot bewaard (VlI/VIde eeuwsch). Aantrekkelijker dan dit specimen
van massaproductie is een bekertje met twee ooren, waarvan de versiering alleen
bestaat uit een in barbotine opgelegd randje. Het is waarschijnlijk van Kleinaziatisch
maaksel uit den tijd nog vóór het begin onzer jaartelling.
Van edeler materiaal zijn een drietal bronzen fleschjes, naar de gelijksoortige
oxydatie te oordeelen, vermoedelijk te zamen gevonden. De kleinere, die hoofdzakelijk
in Klein-Azië en Noord-Syrië voorkomen, zijn ongetwijfeld parfumfleschjes; het doel
van het grootere is niet met zooveel zekerheid te bepalen. De welving van den
romp is zorgvuldig berekend op het gemakkelijk sluiten in de hand, een voornaam
punt bij veelgebruikte toiletbenoodigdheden. De zorgvuldig afgewerkte, met ringen
versierde onderzijde dwingt ons, beide voorwerpen in den aanvang van den Ro-
45
sche verzameling, in Zuid-Limburg, waar nog zoo veel is te ontdekken, in het Noorden,
in het gebied van terpen en hunnebedden. Om dit te verwezenlijken is evenwel
een hervorming van onzen archaeologischen dienst en van de opleiding der archaeologen
noodzakelijk. Het zal dus nog geruimen tijd moeten duren, voordat dit alles kan
tot stand komen. Laten wij er ons daarom voorloopig des te meer over verheugen,
dat er in ons land nog mannen worden gevonden als de Heer Boeles, die met liefde
en kennis van zaken werken voor de Nederlandsche archaeologie.
A. W. BYVANCK.
ANTIEKE GRIEKSCHE KUNSTNIJVERHEID.
II.
De bekende oudheidkundige W. P. van Stockum Jr. in Den Haag bezit eene
kleine verzameling van Grieksche en Romeinsche oudheden, voornamelijk uit Klein-
Azië. De gelegenheid ontbreekt om alle voorwerpen hier nader te bespreken. Alleen
zij de aandacht in de eerste plaats gevestigd op een aantal glazen fleschjes en bekers,
welke, ofschoon niet versierd, door hunne strakke, zuivere vormen een goed getuigenis
afleggen van den gemiddelden smaak in de eerste drie eeuwen na het begin onzer
jaartelling. Verder moeten genoemd worden: eenige kleine vazen, waarvan een
viertal Cyprische met geometrische versiering, en een ongedecoreerd schaaltje op
hoogen voet, uit Italië afkomstig, maar wellicht op een der Grieksche eilanden
vervaardigd (Vide eeuw v. Chr.). Interessant vanwege de voorstelling is een zwart-
figurige Attische lekythos met de afbeelding van vier grijsaards om een op hooge kolom
zittende sphinx: een voorstelling die verband houdt met de Oedipussage. De flesch
behoort tot de jongere producten van dezen stijl en zal niet vóór het begin der
Vde eeuw zijn vervaardigd. Een laat roodfigurige vaas van Zuid-Italiaansch fabrikaat
(iVde/HIde eeuw v. Chr.) heeft met eene kleine wijziging den ouden Korinthischen
vorm van dekselpot bewaard (VlI/VIde eeuwsch). Aantrekkelijker dan dit specimen
van massaproductie is een bekertje met twee ooren, waarvan de versiering alleen
bestaat uit een in barbotine opgelegd randje. Het is waarschijnlijk van Kleinaziatisch
maaksel uit den tijd nog vóór het begin onzer jaartelling.
Van edeler materiaal zijn een drietal bronzen fleschjes, naar de gelijksoortige
oxydatie te oordeelen, vermoedelijk te zamen gevonden. De kleinere, die hoofdzakelijk
in Klein-Azië en Noord-Syrië voorkomen, zijn ongetwijfeld parfumfleschjes; het doel
van het grootere is niet met zooveel zekerheid te bepalen. De welving van den
romp is zorgvuldig berekend op het gemakkelijk sluiten in de hand, een voornaam
punt bij veelgebruikte toiletbenoodigdheden. De zorgvuldig afgewerkte, met ringen
versierde onderzijde dwingt ons, beide voorwerpen in den aanvang van den Ro-