DElNLEYDING. y
trouwe te plaatsen onder de Handwerksmannen, hy dic
het bede recht heeft tot de vrye KonAen. Hoe ver dat
zulks zomtijds gaat, zal ik met een geringvoorbeeltmy
tot Kotterdam gebeurtbewyzen.
Eenige jaaren geleden begaf ik my met der woon tot
Rotterdam, en gehoort hebbende dat er na 't middag-
Hiaai en tegens den avond een gezeischap bymalkande-
ren kwam op de Pauwkamer, ten huyze van ecn zekere
Otje Arnoldi , vervoegde ik my nu en dan daar by;
doch ik proteAeer dat den wijn die ik aidaar dronk, my
beter smaakte ais de discoerssen die ik er hoorde. Om
nu in kennis te geraaken praate ik by geval weieens mee,
en inzonderheyt ais er iets wiert opgeheft, waar overik
my kon uytbreyden , maar dat viel zo zelden voor als
een gcude of zilvere bruyloft, dewijl meeslentijds het
algemeen discoers rolde op de meenigte der Barnevelrjes
die zy hadden verorbert voor beurstijd , of hoe vees
AeHen wijn dat dees of geen had ingenomen ^s nachts
te vooren. Somtijds had ik de eer dat er hier of daar
een dier Wijnkundigen zich verwaardigde om te luyhe-
ren na mijn discoers, dre dan minuyt oordeel als uyt
nieuwsgierigheyt aan een derde vroeg , ij-
r/i^ waar op dan wiert geandwoord, y<%_,
, doch zo dra was dat nootlottig
woord niet geuyt, of den Vraager repliceerde met een
groote verachting Zs ^^r/<?/-j* De Oudheytbe-
handelde die zaak geheel anders , en wie'took zy die
het tiende kapittel van het vyf en dartigde boek van
y/i%i%j-leelï, welkboek nietandersalseen Lofreedeover
de SchilderkonhenSchildersvervat, zalbevinden,datde
groothe Vorhen, en de verhevenhe Overigheden, de
Schilders uytkipten tot hun Medegezellen.
wiert zo dtkmaats gevonden in Schitderkamer,
A 3
trouwe te plaatsen onder de Handwerksmannen, hy dic
het bede recht heeft tot de vrye KonAen. Hoe ver dat
zulks zomtijds gaat, zal ik met een geringvoorbeeltmy
tot Kotterdam gebeurtbewyzen.
Eenige jaaren geleden begaf ik my met der woon tot
Rotterdam, en gehoort hebbende dat er na 't middag-
Hiaai en tegens den avond een gezeischap bymalkande-
ren kwam op de Pauwkamer, ten huyze van ecn zekere
Otje Arnoldi , vervoegde ik my nu en dan daar by;
doch ik proteAeer dat den wijn die ik aidaar dronk, my
beter smaakte ais de discoerssen die ik er hoorde. Om
nu in kennis te geraaken praate ik by geval weieens mee,
en inzonderheyt ais er iets wiert opgeheft, waar overik
my kon uytbreyden , maar dat viel zo zelden voor als
een gcude of zilvere bruyloft, dewijl meeslentijds het
algemeen discoers rolde op de meenigte der Barnevelrjes
die zy hadden verorbert voor beurstijd , of hoe vees
AeHen wijn dat dees of geen had ingenomen ^s nachts
te vooren. Somtijds had ik de eer dat er hier of daar
een dier Wijnkundigen zich verwaardigde om te luyhe-
ren na mijn discoers, dre dan minuyt oordeel als uyt
nieuwsgierigheyt aan een derde vroeg , ij-
r/i^ waar op dan wiert geandwoord, y<%_,
, doch zo dra was dat nootlottig
woord niet geuyt, of den Vraager repliceerde met een
groote verachting Zs ^^r/<?/-j* De Oudheytbe-
handelde die zaak geheel anders , en wie'took zy die
het tiende kapittel van het vyf en dartigde boek van
y/i%i%j-leelï, welkboek nietandersalseen Lofreedeover
de SchilderkonhenSchildersvervat, zalbevinden,datde
groothe Vorhen, en de verhevenhe Overigheden, de
Schilders uytkipten tot hun Medegezellen.
wiert zo dtkmaats gevonden in Schitderkamer,
A 3