Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 2.Ser. 7.1914

DOI Heft:
Inhoudsopgave
DOI Artikel:
Haslinghuis, Edward Johannes: De Ned. Herv. Kerk te Maasland
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.19803#0081

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
en choor komen we nog nader te spreken. De rondloopende waterlijst breekt thans
telkens bij een vensterdorpel af: vroeger moeten de vensters iets hooger boven den grond
geweest zijn. Aan de noordzijde valt nog een, later gewijzigde, ingang te vermelden.

Het gebouw is gedekt door zadeldaken, een over het schip, een hooger over het
choor, en een over den beuk.

De toren, geschraagd door zware, zesmaal versneden beeren, geplaatst in het verlengde
der muren, bestaat uit een hoogopgaand, vlak gemetseld onderdeel, waarboven twee geledingen:

de onderste met lisenen, waar-
tusschen een boogversiering ter
zijde der galmgaten, de bovenste
zeer eenvoudig en in kleinere
steen (10 = 53, tegen 10 = 59
beneden). De galmgaten zijn in
later tijd bijna 1 M. verlaagd.
Het maakt den indruk, of men
toen voor de wijzerplaten plaats
heeft willen winnen. De acht-
kante spits is modernx). De
toren helt lichtelijk naar het
Westen over. De vernieuwde
ingang is reeds besproken.

Inwendig zien wij schip en
beuk gescheiden door achtkante
pijlers met lijstkapiteelen, welke
spitsbogen dragen. Beschouwen
wij deze van den noordbeuk uit,
dan merken wij daar boven de
pijlers dezelfde uitmetselingen
op, als ons bij de steunbeeren
tegen den zuidwand troffen. Dit
leidt tot de onderstelling, dat
Choor en Sacristie. wij hier met den ouden buiten-

muur te doen hebben, welke
dan later voor den aanbouw van den noordbeuk doorbroken is. De ruw behouwen vorm
van een enkelen pijler steunt deze gevolgtrekking.

De vensters in den zuidwand van het schip zijn in de 19de eeuw gemoderniseerd.
Een overblijfsel van den oorspronkelijken toestand is waarschijnlijk te vinden in een 1

1) Blijkens resolutie van kerkmeesters, anno 1802, was de torenspits toen zoo vervallen, dat men
besloot ze te vernieuwen «althans zeven zijden van de agt, en de agste repareeren”, waarvoor ƒ1010
betaald werd.

68
 
Annotationen