DOI Heft:
Inhoudsopgave
DOI Artikel:Hoogewerff, Godefridus J.: De zorg de monumenten en kunstschatten in Italië
DOI Seite / Zitierlink: https://doi.org/10.11588/diglit.19803#0195
Indien de uitvoerder op het voorstel van schatting ingaat, zal hij dit schriftelijk
aan het Ministerie te kennen geven, een of meer deskundigen aanwijzend, aan wie hij
zijnerzijds de schatting wenscht toe te vertrouwen. Dit document wordt aan den super-
intendent doorgezonden en deze kiest van de zijde der regeering een gelijk aantal
deskundigen, als door den uitvoerder was aangewezen. Voorts bepaalt hij dag en uur
waarop de schatting zal plaats vinden. De uitvoerder mag daarbij tegenwoordig zijn, terwijl
ook het bureau van uitvoer een ambtenaar zal afvaardigen. Ieder der beide partijen draagt
de kosten voor haar eigen deskundigen. Van de resultaten der samenkomst wordt proces-
verbaal opgemaakt, dat door al de aanwezigen wordt onderteekend.
Art. 149. — Indien de deskundigen niet tot een vergelijk aangaande den prijs
kunnen komen, zullen zij een scheidsrechter aanwijzen. Als zij het ook over den scheids-
rechter niet eens kunnen worden, zullen zij van hun besprekingen en motieven proces-
verbaal doen opmaken, dat, onderteekend, aan den eersten voorzitter van het Hof van
Appel wordt toegezonden. Deze beslist, of doet uitspraak, hoe men tot een beslissing
zal komen.
Art. 150. — »De deskundigen zullen den prijs vaststellen, uitgaande van de waarde,
welke het voorwerp naar hun oordeel binnen de grenzen van het Koninkrijk vertegenwoordigt.”
Indien de uitvoerder met den bepaalden prijs geen genoegen neemt, dan zal hij
het voorwerp, waarop voortaan het veto van uitvoer rust, moeten behouden en naar
behooren bewaren, zooals dat bij de wet is voorgeschreven. Indien het Ministerie van
zijn kant tegen den schattingsprijs tot den aankoop niet wenscht over te gaan, zal het
voorwerp aan den eigenaar-uitvoerder worden teruggegeven, met de verplichtingen alsvoren.
Deze laatste bepaling heeft in de praktijk aanleiding gegeven tot groote onbillijkheden.
5e Sectie. — Toestemming tot uitvoer.
Art. 152—154. — Administratieve bepalingen.
Hoofd III. — Over den uitvoer van zaken, waarvan certificaat is afgegeven, dat
zij vrij mogen worden uitgevoerd.
Hoofd IV. — Douane-rechten.
Hoofd V. — Over zendingen per postpaket of als poststuk met aangegeven waarde.
Hoofd VIa. — Tijdelijke uitvoer van kunstwerken enz.
Hoofd VIb. — Tijdelijke invoer van kunstwerken enz.
Hooed VII. — Contrabande.
Titel III. — Financieele bepalingen.
G. J. HOOGEWERFF.
□ □ □
□ □
□
182
aan het Ministerie te kennen geven, een of meer deskundigen aanwijzend, aan wie hij
zijnerzijds de schatting wenscht toe te vertrouwen. Dit document wordt aan den super-
intendent doorgezonden en deze kiest van de zijde der regeering een gelijk aantal
deskundigen, als door den uitvoerder was aangewezen. Voorts bepaalt hij dag en uur
waarop de schatting zal plaats vinden. De uitvoerder mag daarbij tegenwoordig zijn, terwijl
ook het bureau van uitvoer een ambtenaar zal afvaardigen. Ieder der beide partijen draagt
de kosten voor haar eigen deskundigen. Van de resultaten der samenkomst wordt proces-
verbaal opgemaakt, dat door al de aanwezigen wordt onderteekend.
Art. 149. — Indien de deskundigen niet tot een vergelijk aangaande den prijs
kunnen komen, zullen zij een scheidsrechter aanwijzen. Als zij het ook over den scheids-
rechter niet eens kunnen worden, zullen zij van hun besprekingen en motieven proces-
verbaal doen opmaken, dat, onderteekend, aan den eersten voorzitter van het Hof van
Appel wordt toegezonden. Deze beslist, of doet uitspraak, hoe men tot een beslissing
zal komen.
Art. 150. — »De deskundigen zullen den prijs vaststellen, uitgaande van de waarde,
welke het voorwerp naar hun oordeel binnen de grenzen van het Koninkrijk vertegenwoordigt.”
Indien de uitvoerder met den bepaalden prijs geen genoegen neemt, dan zal hij
het voorwerp, waarop voortaan het veto van uitvoer rust, moeten behouden en naar
behooren bewaren, zooals dat bij de wet is voorgeschreven. Indien het Ministerie van
zijn kant tegen den schattingsprijs tot den aankoop niet wenscht over te gaan, zal het
voorwerp aan den eigenaar-uitvoerder worden teruggegeven, met de verplichtingen alsvoren.
Deze laatste bepaling heeft in de praktijk aanleiding gegeven tot groote onbillijkheden.
5e Sectie. — Toestemming tot uitvoer.
Art. 152—154. — Administratieve bepalingen.
Hoofd III. — Over den uitvoer van zaken, waarvan certificaat is afgegeven, dat
zij vrij mogen worden uitgevoerd.
Hoofd IV. — Douane-rechten.
Hoofd V. — Over zendingen per postpaket of als poststuk met aangegeven waarde.
Hoofd VIa. — Tijdelijke uitvoer van kunstwerken enz.
Hoofd VIb. — Tijdelijke invoer van kunstwerken enz.
Hooed VII. — Contrabande.
Titel III. — Financieele bepalingen.
G. J. HOOGEWERFF.
□ □ □
□ □
□
182