Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]: Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond (2.Ser. 7.1914)

Costaguti, prelaat, 215.

Coster (Dr.), Zijn gedenksteen te Leiden ver-
plaatst, 201.

Crayer (C. de), 196, 197; H. Borromeus, 198.

Daelman (Esther), 205.

Decker (Evert), 82.

Delft, Rede van J. C. Overvoorde bij de uit-
reiking der bekroning, volgens het fonds Gijs-
berti Hodenpijl, aan N. Rodenburg voor zijne
restauratie van den gevel van »de Handboog«>
18—21; Restauratie van de Nieuwe kerk, 46;
Gezicht in de Oude kerk, door H. v. Vliet, 85;
Restauratie van den St.-LIubertustoren, 154.

Denekamp, Restauratie van de R.-K. kerk en
haar toren, 43.

Deventer, Restauratie der St.-Lebuïnuskerk, 44;
Muurschildering in de Nicolaaskerk ontdekt, 266.

Diest (Plissis van). Zie: Sulpicius van Vorst.

Doesburg, Herstelling der St.-Martinikerk, 45,
199.

Dolendo (Barthol.), Vogelvlucht van het kasteel
te Breda, met afb., 99—102, 107.

Doordt (Jacob van), Portret van Sophia, koningin
van Denemarken, 83.

Doorwerth, Restauratie van het kasteel, 44; Be-
noemd tot directeur van het Nederl. Artillerie-
museum F. A. Hoefer en van het Geldersch
Museum J. Beelaerts van Blokland, 92.

Dordrecht, Restauratie van de Groote kerk, 44;
Verslag van het Museum over 1913, 262;
Restauratie van de Berckepoort, 266.

Dossi (Dosso), Nymph en satyr, 264.

Dou (G.), 164; Twee portretjes, 10.

Drakenborch, Graftombe voor een lid der familie —,
187.

Droochsloot, 257.

Drouwen, Ontgraving der hunnebedden, 88.

Duitschot (Johannes), orgelbouwer, 71.

Duiven, Restauratie van den toren, 47.

Dujardin (Karei), Herdersjongen met den schim-
mel, 10; Rustende Italiaansche landslieden, door
Jan Lapp, op naam van —, 80.

Duquesnoy (Frans), 205, 227.

Dusart (Frans), beeldhouwer, 205.

Duyst (Cornelis), 209.

Dysselhof (G. W.), Kreeften en rog, 262.

Egmond o/d. Hoef, Restauratie van de kerk, 26—27.

Egmont van Meresteyn (Jasper van), komman-
deur der Duitsche orde, 66; Zijn grafzerk, 71.

Emmen, Ontgraving van de Schimmer-Esch,
88-89.

Enkhuizen, Restauratie der gewelfschilderingen
in de Zuiderkerk, 44, 89, 167—169; van »de
Drommedaris«, 45, 89; Slooping van het poortje
aan de Paktuinen, Restauratie van het Peper-
huis, 199.

Erasmus, 197.

Erlinger (F.), Prent van de graftombe van Jan I
van Polanen, met afb., 133, 138; idem van
die van Jan 11, 139.

Eyck (Johan van), Portretstuk van —, zijne vrouw
en hun zoon, door Jan van Ravesteyn, 264—265.

Ferrabosco (Martino), bouwmeester, 215, 216, 228.

Ferwerderadeel, Terp te koop aangeboden, 89;
Doopvont gevonden, 200.

Flinck (Gov.), Christus als hovenier, gewijzigde
copie naar Rembrandt, 78—79, 146.

Floris V, schenkt grond te Maasland aan de
Duitsche orde, 65.

Fontana (Domenico), bouwmeester, 219, 228.

Fontana (Giovanni), bouwmeester, 214, 228.

Francesco Gandis, 74.

Francisco de Hollanda, 74.

Francken (Frans), 80.

Frederik Hendrik (Prins), bij de belegering van
Breda, door H. Pacx?, 81.

Frederiks (J. H.), Behangsel, schoorsteenstuk en
grisailles, 124.

Froenhusen (Joris van), Zijn epitaaf, 116.

Fromantiou (Hendrik de), 82.

Gabrielus Anto .... van Zierixzee, 74.

Garrels (Rudolf), orgelbouwer, 71.

Gast (Michiel de), 75.

Gauron (N. J.), ceramist, 41.

Geertgen tot St. Jans, 167.

Geest (Wybrand de), 259.

Gelder (Aert de), Koning David, met afb., 8,
10, 15-16.

Gelder (H. E. van), In memoriam mr. A. E; H.
Goekoop, 272.

Gennep, Huis met trapgevel afgebroken, 90.

Gerritsz. (Hendrik) = Hendrik Pot?, 81.

Gerritse (Klaes), 156.

Gheyn (J. de), 263.

Gevelsteenen, 27, 164.

Gewelf- en muurschilderingen, 21—23, 44, 86,
89, 112, 167-169, 184, 266.

Ghiben (Adriaen), metser, 109.

Ghistelles (Maria van), Haar grafmonument, 143.

Gildestukken, 96.

Gimberg (J.), Een mooi schoorsteenstuk, met
afb., 169-170.

275