Glasschilderkunst, 27, 69, 71-72, 162, 200.
Glaswerk, 263.
Goekoop (A. E. H ), In memoriam —, 272.
Goes, Restauratie van de N.-H. kerk, 44.
Gholtz (Hubrecht), 75, 102.
Gouda, Restauratie der kerk, 44.
Goudsmidswerk, 72, 121, 124, 156, 161, 201,261,
270.
Govaerts (Abraham), Schilderijen, 80.
Goyen (Jan van), 257.
’s-Gravenhage, Aanwinsten van het Mauritshuis,
met afb., 8, 10, 92, 244—249; idem van het
Gemeentemuseum, 38—42, 263; Restauratie der
St.-Jacobskerk, 44; der Kloosterkerk, 45; De
nieuwe catalogus van het Mauritshuis, 77—85,
144—149, 255—261; Bespr. van: D. S. van Zuiden,
De Hoogduitsche Joden in ’s-Gravenhage, 149;
Herstel van een glas in de Groote kerk, 200;
Inwijding van het Museum van Grieksche oud-
heden van C. W. Lunsingh Scheurleer, 271.
Gregorius XIII, 214.
Gregorius XV, 212, 213, 228.
Groesbeeck (Gerard van), 76.
Groningen, Verslag van het Museum van oud-
heden over 1913, 165.
Gronsveld Diepenbroek (van), beheerder eener
porseleinfabriek te Weesp, 41.
Groot (C. Hofstede de), De nieuwe catalogus
van het Mauritshuis. Kritiek, zelfkritiek en
aanvullingen, 77—85. — Repliek van W. Martin,
144—149. Dupliek: Over museumcatalogi,
255—260. — Tripliek van W. Martin, 260—261.
Guercino, 212.
Haarlem, Restauratie der St.-Bavokerk, 43, 44;
J. O. Kronig’s Führer durch das Frans Hals
Museum, bespr., 150; Verslag van Museum en
school voor kunstnijverheid over 1913, 162;
Oplossing van de kwestie der Amsterdamsche
poort, 200; Verslag van het Frans Hals-museum
over 1913, 263; Bijzonderheden over de St. Bavo,
266-267.
Hackfort, Wapenschild van —, 202.
Haecht (Willem van), 147—148: Het atelier van
Apelles, 83.
Hagedoorn (Joost), Zijn portret, 265.
Hals (Claes), Lezend vrouwtje, 79, 146.
Hals (Frans), 81, 148; Kronig’s Führer durch
das Frans Hals Museum, bespr-, 150; Verslag
aangaande dat museum over 1913, 263.
Hals (Harmen), 146.
Halsteren, Restauratie van de St.-Quirinuskerk,
267.
Hanau (Amalia Elisabeth van), Haar portret,
door J. van Ravesteyn, 83—84.
Hans van Deventer, 74.
Harderwijk, Restauratie van de R.-K. kerk, 44.
Haren, Restauratie van den toren der N.-H. kerk,
44, 267.
Harrewijn (I.), Kasteel van Breda, 116.
Hartman, kapitein, Zijn portret, 264.
Haslinghuis (E.), De N.-H. kerk te Maasland,
met afb., 64—73; Oud-Breda, met afb., 93—130;
Nieuwe monumentenwetten in Engeland en
Frankrijk, 250—255.
Hassolt (Hans), 74.
Haultepenne, 98.
Haverman (H. J.), De baker; Portretten van
Hagenaars, 263.
Heda, 167.
’s-Heerenberg, Restauratie van het raadhuis, 44,
199.
Hees (Andries), 249.
Hees (Johan [van]), 247.
Hees (Thomas [van]), Beeltenis van —, met zijn
zoon, neef en knecht, met afb., 246—249.
Hendrik I van Brabant, Grafmonumenten van —
en zijne echtgenoote Mathilda van Vlaanderen,
197.
Herbach (Melchior), steenhouwer, 125.
’s-Hertogenbosch, Antiek poortje op de Papen-
hulst behouden, 27; Restauratie der St.-Janskerk,
44, 267—268; Museumplannen, 153; Verzoek
om de schilderijen van Van Thulden en Ver-
haeghen niet te verplaatsen, 200.
Hesius (Willem), bouwmeester, 197.
Heyde (Jan van der), De Jesuitenkerk te Dussel-
dorp, 83, 148, 258.
Hillegaert (Paulus van), De afdanking der waard-
gelders, op naam van —, toegeschreven aan
Hendrick Pacx, 81.
Himpel (A. ter), Gezicht op Scheveningen, 263.
Hobbema (M.), Landschap met watermolens, met
afb., 10, 14-15.
Hochstaden (Koenraad van), aartsbisschop van
Keulen, 53.
Hocrom, geslacht, 121.
Hoefer (F. A ), benoemd tot directeur van het
Ned. Artillerie-museum in den Doorwerth, 92.
Hoelen (Van), gezegd Mirabelle, Zijn grafmonu-
ment, 143.
Hoeven (Van der), Plattegrond van Breda, eind
XlVe eeuw, 94.
Holbein, 77, 145.
Hondecoeter (M. de), De raaf van zijne vreemde
veeren beroofd, 83.
276
Glaswerk, 263.
Goekoop (A. E. H ), In memoriam —, 272.
Goes, Restauratie van de N.-H. kerk, 44.
Gholtz (Hubrecht), 75, 102.
Gouda, Restauratie der kerk, 44.
Goudsmidswerk, 72, 121, 124, 156, 161, 201,261,
270.
Govaerts (Abraham), Schilderijen, 80.
Goyen (Jan van), 257.
’s-Gravenhage, Aanwinsten van het Mauritshuis,
met afb., 8, 10, 92, 244—249; idem van het
Gemeentemuseum, 38—42, 263; Restauratie der
St.-Jacobskerk, 44; der Kloosterkerk, 45; De
nieuwe catalogus van het Mauritshuis, 77—85,
144—149, 255—261; Bespr. van: D. S. van Zuiden,
De Hoogduitsche Joden in ’s-Gravenhage, 149;
Herstel van een glas in de Groote kerk, 200;
Inwijding van het Museum van Grieksche oud-
heden van C. W. Lunsingh Scheurleer, 271.
Gregorius XIII, 214.
Gregorius XV, 212, 213, 228.
Groesbeeck (Gerard van), 76.
Groningen, Verslag van het Museum van oud-
heden over 1913, 165.
Gronsveld Diepenbroek (van), beheerder eener
porseleinfabriek te Weesp, 41.
Groot (C. Hofstede de), De nieuwe catalogus
van het Mauritshuis. Kritiek, zelfkritiek en
aanvullingen, 77—85. — Repliek van W. Martin,
144—149. Dupliek: Over museumcatalogi,
255—260. — Tripliek van W. Martin, 260—261.
Guercino, 212.
Haarlem, Restauratie der St.-Bavokerk, 43, 44;
J. O. Kronig’s Führer durch das Frans Hals
Museum, bespr., 150; Verslag van Museum en
school voor kunstnijverheid over 1913, 162;
Oplossing van de kwestie der Amsterdamsche
poort, 200; Verslag van het Frans Hals-museum
over 1913, 263; Bijzonderheden over de St. Bavo,
266-267.
Hackfort, Wapenschild van —, 202.
Haecht (Willem van), 147—148: Het atelier van
Apelles, 83.
Hagedoorn (Joost), Zijn portret, 265.
Hals (Claes), Lezend vrouwtje, 79, 146.
Hals (Frans), 81, 148; Kronig’s Führer durch
das Frans Hals Museum, bespr-, 150; Verslag
aangaande dat museum over 1913, 263.
Hals (Harmen), 146.
Halsteren, Restauratie van de St.-Quirinuskerk,
267.
Hanau (Amalia Elisabeth van), Haar portret,
door J. van Ravesteyn, 83—84.
Hans van Deventer, 74.
Harderwijk, Restauratie van de R.-K. kerk, 44.
Haren, Restauratie van den toren der N.-H. kerk,
44, 267.
Harrewijn (I.), Kasteel van Breda, 116.
Hartman, kapitein, Zijn portret, 264.
Haslinghuis (E.), De N.-H. kerk te Maasland,
met afb., 64—73; Oud-Breda, met afb., 93—130;
Nieuwe monumentenwetten in Engeland en
Frankrijk, 250—255.
Hassolt (Hans), 74.
Haultepenne, 98.
Haverman (H. J.), De baker; Portretten van
Hagenaars, 263.
Heda, 167.
’s-Heerenberg, Restauratie van het raadhuis, 44,
199.
Hees (Andries), 249.
Hees (Johan [van]), 247.
Hees (Thomas [van]), Beeltenis van —, met zijn
zoon, neef en knecht, met afb., 246—249.
Hendrik I van Brabant, Grafmonumenten van —
en zijne echtgenoote Mathilda van Vlaanderen,
197.
Herbach (Melchior), steenhouwer, 125.
’s-Hertogenbosch, Antiek poortje op de Papen-
hulst behouden, 27; Restauratie der St.-Janskerk,
44, 267—268; Museumplannen, 153; Verzoek
om de schilderijen van Van Thulden en Ver-
haeghen niet te verplaatsen, 200.
Hesius (Willem), bouwmeester, 197.
Heyde (Jan van der), De Jesuitenkerk te Dussel-
dorp, 83, 148, 258.
Hillegaert (Paulus van), De afdanking der waard-
gelders, op naam van —, toegeschreven aan
Hendrick Pacx, 81.
Himpel (A. ter), Gezicht op Scheveningen, 263.
Hobbema (M.), Landschap met watermolens, met
afb., 10, 14-15.
Hochstaden (Koenraad van), aartsbisschop van
Keulen, 53.
Hocrom, geslacht, 121.
Hoefer (F. A ), benoemd tot directeur van het
Ned. Artillerie-museum in den Doorwerth, 92.
Hoelen (Van), gezegd Mirabelle, Zijn grafmonu-
ment, 143.
Hoeven (Van der), Plattegrond van Breda, eind
XlVe eeuw, 94.
Holbein, 77, 145.
Hondecoeter (M. de), De raaf van zijne vreemde
veeren beroofd, 83.
276