Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

De Dietsche warande: tijdschrift voor kunst en Zedegeschiedenis — 3.Ser. 2.1889

DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.24586#0465

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
438

BOEKENKENN [S.

M evrouw Buchholz in het Oosten, door Julius Stinde. Uit
het hoogduitsch, door Una. Leiden, A. H. Adriani, 1889.

’t Is natuurlijk dat de goede uitslag eener onderneming aan
den held niet alleen geld, maar 00k eer, lauweren verschaff.

Wie buigt zieh niet voor ’t succes !

Daarop grondt zieh de titel van velerlei cigaren, hoeden,
japonnen en van honderd andere artikelen die men aan den man
wil brengen.

Zoo is het 00k eenigszins niet de Buchholj-romans gesteld.
Er ging slechts eene stem op over de kostelijke Frau Buchholp,
toen Stinde zijn eerste familieverhaal uitgaf. « A, ha ! » dacht
de schrijver « mijn fortuin is gemaakt! » Buchholz links, Buchholz
rechts; tot verzadigens toe rezen nu de Buchhol^-romans uit den
grond. Maar Frau Buchholz in Italie was al reeds niet meer de
goede, duitsche liebenswürdige Frau Buchholp, en Frau Buchholz,
de echte, goedige, flinke Berlinerin in het Oosten, past daar als
een tang op een aschschop. Dat is te veel van uwe Buchhol\ens, of
liever van uwe lezers gevergd, waarde heer Stinde! Maar aan
groot talent ontbreekt het u niet! Intusschen, schoenmaker blijf
bij je leest ! Dan . zult gij ons met nog menig allerprettigst
tafreel kunnen verrassen. Maar bij de oostersche heerlijkheid ...
handen thuis ! Ovengens bevat dit deel vele wetenswaardig-
heden, omtrent het tegenwoordige Oosten, die gaarne gelezen
zullen worden, doch waarbij de naam Buchholp dan 00k maar
eene vlag of uithangbord is.

Die Niederländischen Kolonien der Altmark im XII. Jahr-
hundert. Eine quellenkritische Untersuchung von Dr. Theodor
Rudolph. Berlin, Verlag von Walther & Apolant, 188g.

Het behoeft ter nauwernood gezegd te worden hoe dergelijke
Schriften de kennis van het aloude volk der Nederlanden verhoo-
gen. Er is nog veel, oneindig veel over den invloed der Neder-
landen op andere Europeesche nahen te verhalen : op Spanje, op
Engeland, op Noord-Duitschiand (b. v. Hamburg in de i6e eeuw)
enz. Wij heeten dus alle pogingen om hier toe mede te werken
van harte welkom.

Het hoofdpunt uit het genoemde werk is de gronding der
stad Seehausen in 1151 door nederlandsche kooplieden. Een onder-
zoek betreffende dit punt leidt echter niet tot de bevestiging daarvan.
Integendeel. In ’t ulgemeen bevindt de schrijver dat bij voorbeeld
de heer de Borohgrave IHisloire des colonies Beiges qui s'etabli-
rent en AUemagne pendant le XIF et le XIII'' siecle. Bruxelles,
i865) aan de Nederlanders eenen veel te uitgebreiden invloed op
de noordkust van Duitschland heeft toegeschreven. Een nauwkeurig
en vergelijkend onderzoek der bronnen leidt tot deze uitkomst. Ook
de bouwkunst, welke tot heden toe als een der bewijzen werd
gebezigd voor den nederlandschen oorsprong veler plaatsen in de
 
Annotationen