Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Holwerda, Jan H.
Hellas en Rome: grieksche en romeinsche archaeologie — Leiden, 1900

DOI Seite / Zitierlink:
https://doi.org/10.11588/diglit.13850#0010
Überblick
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
VOORRKDE.

kunst der oudon mede te deelen en dan zal het een duoont aangenaam
zijn, dat de leevling eens iets lezen kan over hetgeen hem word mede-
gedeeld; nog beter, als laij in het onderwijs, dat hij ontvangt, aanleiding
vindt zelf eens over een en ander te gaan lezen. In zulken zin zal een
archaeologische handleiding op het gymnasium van groot nut kun-
nen zijn.

Het belang van de oude kunst reikt eohter veel verder dan het gym-
nasium. Onze bouwkundigen zijn er niet onverschillig voor, teeken-
leeraars behooren er althans eenige kennis van te bezitten. Bij de veel
grootere belangstelling, die er tegenwoordig voor kunst bestaat, begrijpt
men wel, dat de oudheid niet vergeten mag worden. Voorzeker, die
oudheid werd veelal op belaohelijke wijze vergood, en dwaas is vooral
de meening, dat de Grieksehe kunst de kunst is, die in de middel-
eeuwen evontjes ondergaat, om dan in de renaissance weor op te duiken ;
men verstaat bij zulk eene besohouwing nooh iets van den nieuweren
tijd, nooh iets van de middeleeuwen, noch iets van de oudheid zelf.
Dooh dat de Grieksehe kunst zoo hoog staat als bijna geen andere, dat
zij een geheel eigenaardige plaats in de ontwikkelingsgosohiedenis van
ons geslacht inneenit, dat zij uitcrmate gesohikt is om het kunstgovoel
in goede riohting op te voeden, is eveneens ontwijfelbaar zeker, en
daarom is het jammer, dat velen die zich door betrekking of neiging
met haar bezighouden, zioh dikwijls met zulke avereohtsohe voorstellin-
gen tevreden stellen. Een populaire arohaeologie moot daarom, dunkt
niij, velen wolkom zijn.

Natuurlijk mag zulk een boek niot in den strengsten zin wotonsohap-
pelijk zijn. Op den voorgrond dient te staan wat het moost van algemoon
belang is; over veel wat voor het geleerdo onderzoek in do eerste plaats
in aanmerking komt, moet worden heongegleden. Met disoussio over
twijfolaohtige punton kan men zioh niet inlaten, men zal zeli's sums
gonoodzaakt zijn, zonder meor, kort en good zijn nieoning te geven.
 
Annotationen