Immerzeel, Johan: De levens en werken der hollandsche en vlaamsche kunstschilders, beeldhouwers, graveurs en bouwmeesters: van het begin der vijftiende eeuw tot heden (2. deel) (Amsterdam: J.C. van Kesteren, 1843)

200

MAR.

dienstelijk beeldhouwer doen kennen. Onder de door hem vervaardigde kunstwerken lelt
men eene Madona, buste in marmer, welke zich in de Verzameling van den Graaf'
Coghen te Brussel bevindt, alsmede het Borstbeeld van wijlen den Heer Mons Direc-
teur van het St. Jans Hospitaal aldaar, hetwelk hij na diens overlijden beitelde. Thans


(1841) houdt deze kunstenaar zich onledig met het vervaardigen van een beeld in
marmer, waarvan het model in pleister, gedurende de voorafgegane Septemberseesten,
in het Park te Brussel geplaatst was; hetzelve stelt voor Roland de Latre, en de uitvoe-
ring daarvan werd hem door het Belgisch Gouvernement opgedragen. De Heer Marchant,
die in 1836 eene kunstreize deed door Frankrijk, is te Brussel gevestigd en sedert 1837
gehuwd met Mejusvrouw Johanna Willens, eene nicht van zijnen vrocgercn meester,
den Heer W» Geefs.
*MARCKE (J. van) werd in 1797 te Brussel geboren. Bijzondere omstandigheden,
onafhankelijk van zijn wil, belettcden hem voortdurend om zich aan de studie der
schilderkunst te wijden, eene studie, die het geliefkoosde droombeeld zijner jeugd en
het doel van alle zijne pogingen was. Het was niet dan na de grootste moeijelijkheden
overwonnen te hebben, dat hij zich in 1820 aan de behandeling van het penseel kon
wijden. Zich vier jaren daarna naar Parijs begeven hebbende, kwam bij aldaar onder
de leiding van den Heer Watelet, en werd hij vervolgens aan de Koninklijke porcelein-
fabriek van Sèvres geplaatst, welke betrekking hij echter in 1830, om redenen van
gezondheid, verpligt was vaarwel te zeggen, als wanneer hij zich bij zijne familie kwam
vestigen , die te Luik woonachtig was. Vroeger had de Heer van Marcke, ter zijner oefe-
ning, onderscheiden reizen naar Normandië, Auvergne en Dauphiné gedaan.— Op de
Parijsche tentoonstelling van 1827 zag men van dezen kunstenaar twee schilderijen,
Gezigten uit het bosch van Compiégne voorstel lende. Op de Brusselsche tentoonstelling
van 1833, leverde hij een Gezigt in het dal van Oisan (Hautes Alp.es);—op de Anl-
werpsche van 1834, een Molen bij Clermont. in Auvergne; — een Gezigt uit de Al-
pen ;een Ondergaande zon, en eene Studie van eene hut; ■— in 1835., te Gent,
een Ondergaande zon, alsmede een Tafereel uit de omstreken van Huij ;— te Brussel,
in 1836, een Gezigt te Jupille, bij Luik-, alsmede 2 Landschappen; — in 1839, ter
zelfde plaatse, een Gezigt in het dal van Montjardin. en een Gezigt bij Cheratte9 aan
de Maas. — De Heer van Marcke heeft mede verdienstelijke lithographiën geleverd en
menig liefhebber bezit aquarellen of sepia’s wan zijne hand,
* MARCKE (Mevrouw .. van) is eene schilderes van bloem- en fruitstukken , die het