fchuuwd, dat de zelve geenszins met die verkortingen, als ze op de
Penningen veelstyds worden gevonden, in de befchryving der zelve,
maar tot gemak desLeezers geheel en volkomen uyt, doch met die om-
zigtigheyd gemeld zyn, dat de letters, welke men op de penningen
gefteld vindt, altyd met groote,en de andere, die tot volmaaking der
woorden zyn ingevuld, tot een zigtbaar onderfcheyd alom met kley-
ne hóófdletteren verbeeld en uytgedrukt zyn.
Op deezen voet worden den beïcheyden Leezer by de drieduyzend
Hiftoripenningen onzes Lands in het volgende werk aangebooden3
welke uyt alle hoeken by een te vergaderen geenen geringen arbeyd
gekort heeft. Ja’t gene my geheel onmoogelyk, en des het gemeen
voor altyd daarvan verfteeken zoude geweeft zyn, indien ik door den
weérgaloozen oplpeurder onzer Vaderlandfche Hiftoripenningen Andries
Schoemaker in ’t verzamelen der zelve, en door geduurige briefwiffe-
ling wegens de ontdekte penningen, by de twaalf jaaren geftaadig niet
waare onderfteund geworden. Mids die nooit vermoeide Liefhebber,
hoewel der uytheemfche taaien onkundig, echter zoo grooten fchat
van Hiftoripenningen onzes Lands, door den tyd en zyne nooit be-
zweeke vlyt allengs en van alom eyndelyk vergaderd had, dat, tot
dien tyd toe diensgelyk nooit van eenig menfch gezien, noch de ver-
gadering der Nederlandfche Penningen tot die volmaaktheyd gebragt
was. Alle deeze ontdekte en te voore onbekende Penningen waaren
door hem met groote koften en veel hoofdbreekens in ’t koper gebragt,
en op hunne jaaren gefchaard,- en het zyn deeze, die my, onder ’t
naaïpeuren, der gefchiedenilfen onzes Lands, als voor eenen Legger
gediend hebben. Dees weêrgalooze Penningfchat wordt thans by koop
door den Grootachtbaaren Heer Balthazar Scott, Raad, Schepen, en
Ontfanger van ’s Lands gemeene middelen te Amfterdam, bezeeten »
door wiens vlyt echter zoo volmaakte verzameling federt nog oneyndig
volmaakter gemaakt en althans tot eenen Koninglyken luyfter gebragt
is. Gelyke briefwideling , zoo wegens het geftaadig oplpeuren der
penningen, als het beraamen der maatregelen tot het ontwerpen der
plaaten, heb ik ook met den Heere Chriftoffel Beudeker te Amfterdam
veelvuldig onderhouden. Van wien men, zonder de waarheyd te kort
te doen , mag zeggen dat, zoo alle regels hunne uytzonderingen heb-
ben, immers die van dat geen menfch met de konft gebooren wordt,
mids zyn aangebooren oordeel in ’t wel regelen aller voorkomende zaa-
ken, in zyn opzigt hier eenige uytzondering komt te lyden. Wat
ook van de waarheyd van dit gezegde zy, laat ik de zulken oordeelen
* ♦ ♦ * * $ * z
Penningen veelstyds worden gevonden, in de befchryving der zelve,
maar tot gemak desLeezers geheel en volkomen uyt, doch met die om-
zigtigheyd gemeld zyn, dat de letters, welke men op de penningen
gefteld vindt, altyd met groote,en de andere, die tot volmaaking der
woorden zyn ingevuld, tot een zigtbaar onderfcheyd alom met kley-
ne hóófdletteren verbeeld en uytgedrukt zyn.
Op deezen voet worden den beïcheyden Leezer by de drieduyzend
Hiftoripenningen onzes Lands in het volgende werk aangebooden3
welke uyt alle hoeken by een te vergaderen geenen geringen arbeyd
gekort heeft. Ja’t gene my geheel onmoogelyk, en des het gemeen
voor altyd daarvan verfteeken zoude geweeft zyn, indien ik door den
weérgaloozen oplpeurder onzer Vaderlandfche Hiftoripenningen Andries
Schoemaker in ’t verzamelen der zelve, en door geduurige briefwiffe-
ling wegens de ontdekte penningen, by de twaalf jaaren geftaadig niet
waare onderfteund geworden. Mids die nooit vermoeide Liefhebber,
hoewel der uytheemfche taaien onkundig, echter zoo grooten fchat
van Hiftoripenningen onzes Lands, door den tyd en zyne nooit be-
zweeke vlyt allengs en van alom eyndelyk vergaderd had, dat, tot
dien tyd toe diensgelyk nooit van eenig menfch gezien, noch de ver-
gadering der Nederlandfche Penningen tot die volmaaktheyd gebragt
was. Alle deeze ontdekte en te voore onbekende Penningen waaren
door hem met groote koften en veel hoofdbreekens in ’t koper gebragt,
en op hunne jaaren gefchaard,- en het zyn deeze, die my, onder ’t
naaïpeuren, der gefchiedenilfen onzes Lands, als voor eenen Legger
gediend hebben. Dees weêrgalooze Penningfchat wordt thans by koop
door den Grootachtbaaren Heer Balthazar Scott, Raad, Schepen, en
Ontfanger van ’s Lands gemeene middelen te Amfterdam, bezeeten »
door wiens vlyt echter zoo volmaakte verzameling federt nog oneyndig
volmaakter gemaakt en althans tot eenen Koninglyken luyfter gebragt
is. Gelyke briefwideling , zoo wegens het geftaadig oplpeuren der
penningen, als het beraamen der maatregelen tot het ontwerpen der
plaaten, heb ik ook met den Heere Chriftoffel Beudeker te Amfterdam
veelvuldig onderhouden. Van wien men, zonder de waarheyd te kort
te doen , mag zeggen dat, zoo alle regels hunne uytzonderingen heb-
ben, immers die van dat geen menfch met de konft gebooren wordt,
mids zyn aangebooren oordeel in ’t wel regelen aller voorkomende zaa-
ken, in zyn opzigt hier eenige uytzondering komt te lyden. Wat
ook van de waarheyd van dit gezegde zy, laat ik de zulken oordeelen
* ♦ ♦ * * $ * z