Overview
Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Loon, Gerard van; Lom, Christiaan van [Bearb.]; Vaillant, Isaac [Bearb.]; Gosse, Pierre [Bearb.]; Alberts, Rutgert Christoffel [Bearb.]; Hondt, Pieter de [Bearb.]
Beschryving Der Nederlandsche Historipenningen: Of beknopt Verhaal van't gene sedert de Overdracht Der Heerschappye Van Keyzer Karel Den Vyfden Op Koning Philips Zynen Zoon, Tot het sluyten van den Uytrechtschen Vreede, In de zeventien Nederlandsche Gewesten is voorgevallen (Eerste Deel) — In S'Graavenhaage: By Christiaan Van Lom, Isaac Vaillant, Pieter Gosse, Rutgert Alberts, en Pieter De Hondt, 1723

DOI Seite / Zitierlink:
https://doi.org/10.11588/diglit.69611#0053
Überblick
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
H I ST ORI PENNINGEN. 7. Boek.

T andere deez-er groote oogmerken. Want
door den opgevatten naayver over zyne te
groot geworde magt, het eerfte nooit heb-
bende konnen verwerven, heeft hy aan den
anderen kant, met de nederlaage zyns le-
Soir^de gers hy Nancy 9 (i) in den veldflagtegens
Commi- de Zwitfers het leeven, en aan zyne eeni-
drip 8 dochter Maria by erfvolging zyne Staa-
tengelaaten. Deeze minderjaarigeVorftin,
verre van op diergelyke voorneemens te
konnen doelen, was naauwlyks beftandig
(2) Me- omtegeiiseygene(z)onderzaaten,midshet
Comi ? weder opwellen van de Hoekfche en Kab-
ncs I. v. beljaauwlche tweefpalt, haare achtbaar-
|hap. 16. heydte handhaaven. Door haar huuwelyk
j. van nogtans met Maximiliaan, (3) Aartsher-
£? tav^Ar tog van ^°^enryk(’t welke deezeLanden
kad. pag." dien huyze heeft ingelyfd ) fcheen zy met
574- dit rugfteunfèl de inlandfchc beweegingen
moi^d'e te zullen konnen dempen; doch eene 011-
Commi- gelukkige val, onder ’t jaagen (4) voor-
chap’ 3^’ gevallen, fleepte haar in ’t graf, en deeze
(4) Me- Landen in eene dubbele tweedragt; mids
moir. de men wegens de voogdyë Van Philips en
neTi. vl Margreta , haare naagelaatene kinderen ,
chap. 3. tuïTchen den overgebleeven Vader en de (y)
ren NeT" ^taaten ^es Lands , by het eerfte ftraks
HiiL fokk nog een tweede ftaatsgefchil zag uytberften.
Philips, haar zoon , ( om zyne bevallig-
heyd de Schoone genaamd) fcheen de man
te zullen zyn , die de hooge voorneemens
zyns Grootvaders , tot het oprechten van
eene onbepaalde magt, ftondtdoor tedry-
(6) Hooft ven : want getrouwd (6) met Johanna ,
Neet Hifi, dochter van Ferdinand, Koning van Arra-
Mcteren gon, en van Izabelle , Koninginne van
Ned. Hifi. Kaftilië , erfde hy naderhand ( mids het
1x’ overlyden van Johan, eenigenbroeder zy-
ner huysvrouwe) alle de Koningrykenvan
Spanje , welke erfenis de knoop was, die
de Nederlanden aan die Kroon gehecht
heeft. Doch naauwlyks had weder dees

(7) Abreg.
de 1’Hifl.
d’Efpag.
pag. 169.
(8) Mete-
ren Ned.
Hifi. fol.
11.
(9) Hooft
Ned. Hifi,
fol. i.enz.

(io)Benti-
vog. Hifi,
der Ned.
Oorl. pag.
5-
(n)Hooft
Ned. Hifi,
fol, 2.

nieuwe Koning zyn achtentwintigfte jaar ,
en de Spaanfche kuften ter aanvaardinge
zyner Staaten , bereykt, of (7) kwam te
Burgos in Granade te fterven, (8) en aan
Karei, zynen eerftgebooren zoon, met de
erfeniffe zyner Vorftendommen, te gelyk
de hoop achter te laaten, van het onaf-
hangelyk gezag in Nederland te zullen in-
voeren. Temeer, (9) dewyl hem boven
de erfenis der Kroonen van Spanje, Sicilië,
Napels, en een groot getal andere Vorften-
dommen , ook de Indifche fchatten in den
fchoot vielen , en in ’t bloeijendfte zyner
jeugd het Keyzerryk wierdt opgedraagen.
Dees Vorft, uyt den aardt en de geboorte
een Nederlander , beminde dien landaardt,
(10) en wierdt van den zei ven bemind , ja
zoude hierom waarfchynlyk zyn oogmerk
bereykt hebben, ’t en waare de (n)ge-

ftrooidhcyd zyner Staaten hem dagèlykS
nieuwe bezigheden verwekt, en de handen
vol werks gegeeven hadde ; Welke door
den naayver der Gebuurvorften tot kryg
op kryg , en beroerte op beroerte onop-
houdendlyk wordende aangezet, hem niet
minder als zyne eyge ftaatzucht, in’t voe-
ren van in-en uytlandfche oorlogen hebben
bezig gehouden. Eyndelyk waande zyn
zoon Philips zich in ftaat van dat werk te
zullen konnen doordringen ; (12) ■ dan , (n)HoÖft
door ’t qualyk neemen van de maate zyner Ned. Hifi,
magt, is hem zoo wel zyn voorneemen fol°
mislukt, als Nederland in eenenjammer-
poel van de grootfteoorlogsrampengedom-
peld ; met wélke en het vervolg der laa-
tere S taatsgevallen, daar uyt voortgevloeid,
ik dit verhaal alhier aanhechte.

KEYZER KARÉL , het zy hem het iyyy.
gezagvoeren door deszelfs onaffcheydely- ' 3
ken laft , in zoo hooge jaaren en zwakke
lighaamsgeftalte te zwaar viel, het zy hy
beter geraaden vondt ( dewyl hem het ge-
luk (13) niet meer zoo gunftig als wel (fytioöft
voorheen toefcheen) zich voor het toeko- Ned. Hifh
mende met de glorië , die hy , geduuren- ° ’3*
de zyn voorige leeVensloop ,zoo overvloe-
dig behaald had, te Vernoegen , nam eyn-
delyk een belluyt van zich zyner Staaten
te ontdoen, en deed met dat oogmerk, op
den vyfentwintigften van Wynmaand des
jaars vyftienhonderdvyfenvyftig , de al-
gemeene Staaten van Nederland , en de
Ridders van ’t gulden Vlies , op de groote
zaal van ’t Hof te BrufTel vergaderen. De
Keyzer aldaar gekomen met Philips zynen
zoone , en de voornaamfte (14) Hoofd- (I4) Meten-
takken des in-en uytlandfchen Adels,heeft ren Ned. '
plegtelyk van de Nederlandenen Bourgon- ™-foL
dië afftand gedaan, en, niet zonder weder-
zydfche betuygingen van tedere geneegen-
heyd, der zelver vollen eygendom zy-
ilen zoone Philips opgedraagen ; die daar-
op zynen Vader met traanen in de oogente
voet vallende , (zy) onder’t betuygenzy- (tfjHooft.
ner zwakheyd tot het draagen van dien d’ Hlfl'
laft, deeze gunftige overdragt dankelyk
aannam. De Keyzer ontfloeg voorts hier-
op de onderdaanen van den eed, hem eer-
tyds gedaan , bekrachtigde met eyge hand-
tekeninge en zegel de brieven deezer op-
dragte , en zettede den jongen Vorft op
zynen troon. (16) Aan Philips aldus ge-tió) Refot’
zeeten, wierdt door de Gemagtigden der by- Staat,
zondere Staaten, terftondby eede manfehap oaob,
gedaan ; dien hy ook op zyne beurt aan
hen afleyde. Deezezaak, zoo zeldzaam,
en waar van weynige voorbeelden te vin-
den zyn , maakte niet alleen menigte van
pennen gaande ; maar bragt ook te we-
1 A 2 ge.
 
Annotationen