DOI Seite / Zitierlink:
https://doi.org/10.11588/diglit.70215#0440
NEDERLANDSCHE
l6s8. En dewyl dees Kroonprins behalven Philips ook Prosper genaamd wierdt, leest men in den
IiThoI?" ra°d deeze gewyde spreuk, welke, op dien naam zinspeelende, ook by 't aansteeken (i) van 't
Merkurius vuurwerk met brandende letteren onder andere voor des Afgezants Hof was verbeeld geweest:
anno 1658.
pag.8.
(x) Vol-
gens de
PROSPERE PROCEDE ET REGNA. PSalmo (2) XLIV.
ss^VAAR VOORSPOEDIG VOORT, EN REGEER. PSALM 44.
Laiynicne
overzet-
ting.
(3) Holl.
Merkurius
anno 1658.
Pag- 39.
(4) Holl.
Merkur.
1658. pag.
De vreugde over deeze geboorte wierdt
sedert in de Roomsche Nederlanden nog
merkelyk (3) vermeerderd door de hoope,
daarmede men zich vleyde, dat verlchey-
dene Fransche Stedevoogden , naar 't
Voorbeeld van den misnoegden Luytenant
de la Riviere, de Spaansche zyde zouden
kiezen. Dees,ziende den Stedevoogd van
Atrecht den Heer de Bellebruneoverleeden,
zondt zynen Broeder naar Parys, om aan
't Hof die opengevalle Voogdy voor hem
te verzoeken. Doch de Kardinaal van
Mazaryn gaf die aan den Graaf van Mo-
ret, Hopman zyner lyfwachte, welke ter
bezitneeming van dit aanzienlyk bewind
zich terstond derwaart begaf. Doch de
Broeder van la Riviere , reedt den nieu-
wen Stedevoogd voorby, in schyn als om
alles tot zyneinhaaling te doen vervaardi-
gen ; doch waarlykom zynen Broeder van
dit voorval te verwittigen. Welke verstoord
over het geleeden ongelyk, den Krygs-
raad vergaderde, en dien zooverre wist te
overreeden, dat men bessoot den Graaf van
Moret buyten destad te houden, en wegens
't overgeeven van zoo gewigtige plaats
iemand aan den Prins van Kondé te zenden.
Vyfofzes soldaaten, die hiertoe onwillig
waaren, wierden gevolgelyk uyt de stad
gezet, en in der yl eenige gemagtigden
aan Kondé gezonden; die de (4) gedaane
aanbieding niet alleen aannam, maarook
straks onder den Markgraaf van Persan de
bezetting met eenige Spaansche benden
versterkte, en de stad zelve met het noo-|
dige verzorgde: 't gene den aanssag van
den Stedevoogd van Atrecht, om die stad
te herwinnen, verydelde; zulks hy zich
vernoegde met de buytensteden van Hes-
din te verwoesten. Dit voorval bragt een
algemeen Wantrouwen (ƒ) tewege; dewyl (5) Holl.
veele Stedevoogden op de grenzen van
Nederland, mids gebrek van geld, niet 19.
weynig op den Kardinaal gebeeten waa-
ren: 't gene federt nogmeer toenam, als
men verstondt dat de Maarschalk van
Hoquincourt, misnoegd tegens Mazaryn,
en geene voldoening wegens zekere ont-
fange beleediging van 't Fransche Hof
konnende krygen, dat Ryk verlaaten,
en zich mede by den Prins van Kondé
naar Brussel (6) begeeven had; alwaar hy ^,L,eï
den dertigiten van Lentemaand, onder t Louis
luyden van de groote stormklok, die niet xiV.tom;
dan by 't inhaaien der Vorsten plagt ge- 42.°"
hoord te worden, met veertig karossen,
alle van zes paarden getrokken, door den
Prins van Kondé op eene zeer staatlyke
wyze wierdt ingehaald, (7) en in zyn (7)Holi.
eygen Hof gehuysvest. En dewyl hy, ^e,.up±.
naa eenige [dagen door den Graaf van Ur- 39.
sel en andere Grooten deftig onthaald
te zyn, zich persóonlyk weder naar
Walschvlaandre begaf, in hoope van meer
andere misnoegden de Franfche zyde te
doen verlaaten, zoo behoeft men zich
niet te verwonderen, dat tot lof des
Spaanfchen Konings, van wiens geheyme
verstandhouding het nu ieder even drok
had, dees legpenning in ditjaar gemunt zy.
Het voorsluit vertoont het geharnaste borftbeeld des Spaanfchen Konings ; binnen den zoom
deezer zyne gewoonlyke tytelen:
PHILippus IIII, Dei Gratia HISPaniarum ET
INDIARum REX, Ze i6s8.;
PHILIPS DE 17, DOOR GODS GENADE KONING VAN
SPANJE EN DE INDIEN; ENZ: i6ss
Op
l6s8. En dewyl dees Kroonprins behalven Philips ook Prosper genaamd wierdt, leest men in den
IiThoI?" ra°d deeze gewyde spreuk, welke, op dien naam zinspeelende, ook by 't aansteeken (i) van 't
Merkurius vuurwerk met brandende letteren onder andere voor des Afgezants Hof was verbeeld geweest:
anno 1658.
pag.8.
(x) Vol-
gens de
PROSPERE PROCEDE ET REGNA. PSalmo (2) XLIV.
ss^VAAR VOORSPOEDIG VOORT, EN REGEER. PSALM 44.
Laiynicne
overzet-
ting.
(3) Holl.
Merkurius
anno 1658.
Pag- 39.
(4) Holl.
Merkur.
1658. pag.
De vreugde over deeze geboorte wierdt
sedert in de Roomsche Nederlanden nog
merkelyk (3) vermeerderd door de hoope,
daarmede men zich vleyde, dat verlchey-
dene Fransche Stedevoogden , naar 't
Voorbeeld van den misnoegden Luytenant
de la Riviere, de Spaansche zyde zouden
kiezen. Dees,ziende den Stedevoogd van
Atrecht den Heer de Bellebruneoverleeden,
zondt zynen Broeder naar Parys, om aan
't Hof die opengevalle Voogdy voor hem
te verzoeken. Doch de Kardinaal van
Mazaryn gaf die aan den Graaf van Mo-
ret, Hopman zyner lyfwachte, welke ter
bezitneeming van dit aanzienlyk bewind
zich terstond derwaart begaf. Doch de
Broeder van la Riviere , reedt den nieu-
wen Stedevoogd voorby, in schyn als om
alles tot zyneinhaaling te doen vervaardi-
gen ; doch waarlykom zynen Broeder van
dit voorval te verwittigen. Welke verstoord
over het geleeden ongelyk, den Krygs-
raad vergaderde, en dien zooverre wist te
overreeden, dat men bessoot den Graaf van
Moret buyten destad te houden, en wegens
't overgeeven van zoo gewigtige plaats
iemand aan den Prins van Kondé te zenden.
Vyfofzes soldaaten, die hiertoe onwillig
waaren, wierden gevolgelyk uyt de stad
gezet, en in der yl eenige gemagtigden
aan Kondé gezonden; die de (4) gedaane
aanbieding niet alleen aannam, maarook
straks onder den Markgraaf van Persan de
bezetting met eenige Spaansche benden
versterkte, en de stad zelve met het noo-|
dige verzorgde: 't gene den aanssag van
den Stedevoogd van Atrecht, om die stad
te herwinnen, verydelde; zulks hy zich
vernoegde met de buytensteden van Hes-
din te verwoesten. Dit voorval bragt een
algemeen Wantrouwen (ƒ) tewege; dewyl (5) Holl.
veele Stedevoogden op de grenzen van
Nederland, mids gebrek van geld, niet 19.
weynig op den Kardinaal gebeeten waa-
ren: 't gene federt nogmeer toenam, als
men verstondt dat de Maarschalk van
Hoquincourt, misnoegd tegens Mazaryn,
en geene voldoening wegens zekere ont-
fange beleediging van 't Fransche Hof
konnende krygen, dat Ryk verlaaten,
en zich mede by den Prins van Kondé
naar Brussel (6) begeeven had; alwaar hy ^,L,eï
den dertigiten van Lentemaand, onder t Louis
luyden van de groote stormklok, die niet xiV.tom;
dan by 't inhaaien der Vorsten plagt ge- 42.°"
hoord te worden, met veertig karossen,
alle van zes paarden getrokken, door den
Prins van Kondé op eene zeer staatlyke
wyze wierdt ingehaald, (7) en in zyn (7)Holi.
eygen Hof gehuysvest. En dewyl hy, ^e,.up±.
naa eenige [dagen door den Graaf van Ur- 39.
sel en andere Grooten deftig onthaald
te zyn, zich persóonlyk weder naar
Walschvlaandre begaf, in hoope van meer
andere misnoegden de Franfche zyde te
doen verlaaten, zoo behoeft men zich
niet te verwonderen, dat tot lof des
Spaanfchen Konings, van wiens geheyme
verstandhouding het nu ieder even drok
had, dees legpenning in ditjaar gemunt zy.
Het voorsluit vertoont het geharnaste borftbeeld des Spaanfchen Konings ; binnen den zoom
deezer zyne gewoonlyke tytelen:
PHILippus IIII, Dei Gratia HISPaniarum ET
INDIARum REX, Ze i6s8.;
PHILIPS DE 17, DOOR GODS GENADE KONING VAN
SPANJE EN DE INDIEN; ENZ: i6ss
Op