Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

De Dietsche warande: tijdschrift voor kunst en Zedegeschiedenis — 3: 12.1899

DOI Seite / Zitierlink:
https://doi.org/10.11588/diglit.26592#0051

DWork-Logo
Überblick
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
$mtrooiös

door A. J. M. JANSSENS.

IE heeft er, bij ’t doorbladeren van oude boeken,
niet soms oude beddekens of santjes gevonden,
van zoo wat io centim. op 7 1/2 groot, de eene
in perkament, de andere in oud papier, de bovenhelft
met eene kleine kopersnede, de onderhelft met een twaalf-
tal verzen versierd?

Vele zijn zwart, andere geschilderd (1), sommige
dragen op de keerzijde doodmaren van het begin dezer
eeuw. Voorzeker hebben menigen onder u zulke ont-
moetingen gedaan, geglimlacht bij het kunstelooze der
prentjes en, met zekere verwondering, daaronder de
eenvoudige versjes gelezen.

Hier en daar, bij de oude lieden, te lande, vindt men
nog van die santjes. Doch de meeste zijn verloren
geraakt, indien zij niet, in het album van den eene

(1) Het gebruik van die prentjes te schilderen moet in de jaren
1728-1729 het meest hebben toegenomen, toen Abr. Geloude, verlichter,
deken van S^Lucasgilde was. Alsdan gebruikte J.-B. de Witt 5 leer-
gasten om beddekens af te zetten (te verlichten) en Abr. Geloude 8,
’t geen eenen buitengewonen zwang verraadt, waarvan men nergens elders
een voorbeeld vindt. (Liggeren van S* Lucasgilde, door Rombouts en
Van Lerius, uitgegeven door Julien de Konincic, Antwerpen, II,
bl. 756.
 
Annotationen