fimanml Hiel
EN 2711 Augusti 11. is te Schaarbeek-Brussel over-
leden de Nederlandsche dichter Emanuel Hiel.
Hij werd te St Gillis-bij-Dendermonde den
3o11 Mei 1834 geboren. Hij ontving zijn onderwijs in de
Denderstad en schreef er nog jong zijnde in de Ga^ette
van Dender monde. Hij dichtte toen reeds vele liederen
en vertaalde er ook uit het Hoogduitsch. Na eenigen
tijd in die stad als fabriekbestuurder werkzaam geweest
te zijn en vruchteloos beproefd te hebben aldaar eenen
boekwinkel recht te houden, werd hij tolbeambte te
Brussel en was dit nog, toen in 1859 het octrooi af-
geschaft werd. Door toedoen van Désiré Delcroix kwam
hij toen in het Vlaamsch Bureel bij het Ministerie van
Binnenlandsche zaken.
In 1867 werd hij professor van Nederlandsche lyri-
sche voordracht bij het Conservatorium te Brussel en
in 1869 bibliothecaris-boekhouder bij het koninklijk
Nijverheidsmuseüm aldaar; deze beide laatste betrekkin-
gen behield hij tot aan zijnen dood.
HIEL was ridder der Leopoldsorde en werkend lid
der Koninklijke Vlaamsche Academie. Hij was te Brussel
de schrik der franschgezinden en vooral der verfranschte
Vlamingen, welke hij nooit of nergens spaarde; ook
trachten dezen het hem wel betaald te zetten ; rnaar het
ging hun gelijk in de fabel der slang met de vijl. Hiel
EN 2711 Augusti 11. is te Schaarbeek-Brussel over-
leden de Nederlandsche dichter Emanuel Hiel.
Hij werd te St Gillis-bij-Dendermonde den
3o11 Mei 1834 geboren. Hij ontving zijn onderwijs in de
Denderstad en schreef er nog jong zijnde in de Ga^ette
van Dender monde. Hij dichtte toen reeds vele liederen
en vertaalde er ook uit het Hoogduitsch. Na eenigen
tijd in die stad als fabriekbestuurder werkzaam geweest
te zijn en vruchteloos beproefd te hebben aldaar eenen
boekwinkel recht te houden, werd hij tolbeambte te
Brussel en was dit nog, toen in 1859 het octrooi af-
geschaft werd. Door toedoen van Désiré Delcroix kwam
hij toen in het Vlaamsch Bureel bij het Ministerie van
Binnenlandsche zaken.
In 1867 werd hij professor van Nederlandsche lyri-
sche voordracht bij het Conservatorium te Brussel en
in 1869 bibliothecaris-boekhouder bij het koninklijk
Nijverheidsmuseüm aldaar; deze beide laatste betrekkin-
gen behield hij tot aan zijnen dood.
HIEL was ridder der Leopoldsorde en werkend lid
der Koninklijke Vlaamsche Academie. Hij was te Brussel
de schrik der franschgezinden en vooral der verfranschte
Vlamingen, welke hij nooit of nergens spaarde; ook
trachten dezen het hem wel betaald te zetten ; rnaar het
ging hun gelijk in de fabel der slang met de vijl. Hiel