Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

De Dietsche warande: tijdschrift voor kunst en Zedegeschiedenis — 3: 12.1899

DOI Seite / Zitierlink:
https://doi.org/10.11588/diglit.26592#0424

DWork-Logo
Überblick
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
©e ©atis

cn jijtic gcscfpü5futnöigi> onïtotftftcfing, (1)

door Prof. A. POTTMANN.

IV.

EN einde mijne lezers van de waarheid van het
hierboven aangevoerde te overtuigen, zij het
mij vergund hen in den geest terug te voeren
tot die volkeren en tijden, waarin de dans niet enkel tot
wereldsch vermaak diende, maar als iets verheveners
gold, daar hij in het nauwste verband stond met de
godsdienstoefeningen dier volkeren.

Zoo maakte bij de Egyptenaren de dans een
hoofddeel der godsdienstplechtigheden uit.

Onder de godsdienstige dansen telde men die,
welke de bewegingen der sterren weêrgaven, evenals
die dansen, welke tot het Aegir-feest voorgeschreven
waren, en waarin de in prachtig feestgewaad gehulde
priesters, onder het zingen van rhythmisch afgemeten
liederen, in de edelste bewoordingen hun vereering
uitdrukkende, heendansten om een in hun midden
staand altaar, dat de zon moest verbeelden. De figuren
dezer sterrekundige dansen stelden den dagelijkschen
en jaarlijkschen loop der hemellichamen om de
zon voor.

(i) Zie Dietsche Warande, Nr, 4, blz. 363.
 
Annotationen