f (8ui5o (80S0ÏI0.
ij ’t afdrukken der laatste bladzijden van
de Dietsche Warande, gelijk die in ’t jaar
1855 werd gesticht, ontvangen wij het
treurig bericht van het plotselijk overlijden van
onzen vriend en alouden medestander, den
genialen dichter, den waardigen priester GuiDO
Gezelle.
Wie eerbied heeft voor een zelfstandig
karakter, voor eenen geest, welke bewust van
het doel dat hij wil bereiken, rustig en stil,
standvastig en bescheiden, edelmoedig en volks-
gezind, met ijzeren vlijt en onwrikbaren moed
begaafd, het oog steeds op God gericht, voor-
waarts streeft, - al wie zulk streven, zulke
gaven hoogschat, moet met diepe droefheid het
verlies van dezen dichterlijken priester beweenen.
Zijn gelieele levensloop, ja, al wat hij dichtte en
trachtte is doorademd van den zich steeds gelijk
blijvenden edelen geest, onderworpen in het
lijden, moedig in het offer.
Wij weten niet wat wij in Gezelle meer
moeten bewonderen : de kalmte, de zielerust,
waarmede hij de beproevingen opvatte, voort-
gevloeid uit de omstandigheden, waarmede de
Voorzienigheid zijn daarzijn had omgeven, of
de schitterende dichtersgaven die hem sierden,
en die hem gelegenheid boden, alle zijne ziels-
aandoeningen in lyrische tonen te doen klinken
en aan het ontroerde, het geschokte gemoed
troost en hoop te schenken, blinkende als kris-
ij ’t afdrukken der laatste bladzijden van
de Dietsche Warande, gelijk die in ’t jaar
1855 werd gesticht, ontvangen wij het
treurig bericht van het plotselijk overlijden van
onzen vriend en alouden medestander, den
genialen dichter, den waardigen priester GuiDO
Gezelle.
Wie eerbied heeft voor een zelfstandig
karakter, voor eenen geest, welke bewust van
het doel dat hij wil bereiken, rustig en stil,
standvastig en bescheiden, edelmoedig en volks-
gezind, met ijzeren vlijt en onwrikbaren moed
begaafd, het oog steeds op God gericht, voor-
waarts streeft, - al wie zulk streven, zulke
gaven hoogschat, moet met diepe droefheid het
verlies van dezen dichterlijken priester beweenen.
Zijn gelieele levensloop, ja, al wat hij dichtte en
trachtte is doorademd van den zich steeds gelijk
blijvenden edelen geest, onderworpen in het
lijden, moedig in het offer.
Wij weten niet wat wij in Gezelle meer
moeten bewonderen : de kalmte, de zielerust,
waarmede hij de beproevingen opvatte, voort-
gevloeid uit de omstandigheden, waarmede de
Voorzienigheid zijn daarzijn had omgeven, of
de schitterende dichtersgaven die hem sierden,
en die hem gelegenheid boden, alle zijne ziels-
aandoeningen in lyrische tonen te doen klinken
en aan het ontroerde, het geschokte gemoed
troost en hoop te schenken, blinkende als kris-